ECLI:NL:RBGEL:2025:5557
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag WIA-uitkering en beoordeling UWV
In deze uitspraak van de Rechtbank Gelderland, gedateerd 14 juli 2025, wordt het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag om een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) behandeld. Eiseres, die eerder als huishoudelijk hulp werkte, heeft op 18 april 2022 een aanvraag ingediend voor een WIA-uitkering. Het UWV heeft deze aanvraag op 6 maart 2023 afgewezen, omdat eiseres per 8 augustus 2022 minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. Eiseres is het niet eens met deze afwijzing en heeft beroep ingesteld. De rechtbank heeft op 3 juni 2025 de zaak behandeld, waarbij zowel eiseres als de gemachtigde van het UWV aanwezig waren.
De rechtbank oordeelt dat het UWV zorgvuldig heeft gehandeld in zijn besluitvorming. De rechtbank stelt vast dat het UWV de aanvraag van eiseres heeft beoordeeld op basis van medische rapporten en dat eiseres op verschillende momenten is gezien door artsen van het UWV. De rechtbank concludeert dat de bevindingen van de artsen logisch zijn en dat de beperkingen die zijn vastgesteld in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) adequaat zijn. Eiseres heeft aangevoerd dat haar beperkingen zijn onderschat en dat het medisch onderzoek onzorgvuldig is geweest, maar de rechtbank oordeelt dat het UWV voldoende onderbouwing heeft gegeven voor zijn besluiten.
Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep van eiseres ongegrond, wat betekent dat de afwijzing van de WIA-aanvraag door het UWV standhoudt. Eiseres krijgt geen gelijk en er worden geen proceskosten vergoed. De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid in de besluitvorming van het UWV en de rol van medische rapporten in de beoordeling van arbeidsongeschiktheid.