Op 2 september 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening tegen een verleende omgevingsvergunning voor het oprichten van 35 tijdelijke flexwoningen en bergingen in Lochem. De vergunninghoudster, de gemeente Lochem, had op 15 juli 2025 de omgevingsvergunning verleend, waartegen verzoekers bezwaar maakten. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat het bezwaar van verzoekers geen redelijke kans van slagen had. De voorzieningenrechter heeft in haar beoordeling gekeken naar de argumenten van verzoekers, waaronder de vermeende strijdigheid met de Omgevingswet en de Kernvisie Wonen van de gemeente. De voorzieningenrechter concludeerde dat de vergunning op basis van de AERIUS-berekeningen niet leidt tot stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden en dat de verkeersafwikkeling adequaat is. De voorzieningenrechter benadrukte dat het oordeel voorlopig is en niet bindend voor een eventueel bodemgeding. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.