2.16.Vervolgens heeft WSGV [verzoeker in verz] op 22 april 2025 (daags na Paasweekend) op staande voet ontslagen. In de ontslagbrief van die datum staat:
Signalen en intern onderzoek
Op 3 april 2025 is naar aanleiding van verschillende signalen over u een intern onderzoek gestart door WSGV, uitgevoerd door [naam 3] . Deze signalen betroffen onder meer uw frequente afwezigheid, de werktijden in uw agenda, meerdere tekortkomingen in uw dossiervorming, zorgen van collega’s over uw inzetbaarheid en betrokkenheid en vermoedens van onrechtmatige verlofopname.
Op 17 april 2025 heeft een hoor en wederhoor gesprek plaatsgevonden met u in het bijzijn van uw advocaat, waarin u de gelegenheid heeft gehad om te reageren op de bevindingen uit de rapportage van 10 april 2025 van het onderzoek. De uitkomsten van het onderzoek, uw reactie naar aanleiding van de onderzoeksbevindingen in combinatie met uw houding tijdens dit gesprek, hebben ons doen besluiten tot beëindiging van uw arbeidsovereenkomst met onmiddellijke ingang wegens dringende redenen.
Tijdens het onderzoek zijn structurele tekortkomingen aan het licht gekomen, welke van grote invloed zijn (geweest) op de veiligheid van kwetsbare kinderen en de bedrijfsvoering van WSGV. Uit uw Outlook-agenda en verlofregistraties is gebleken dat u in de jaren 2022 tot en met 2024 stelselmatig meer verlof heeft opgenomen dan waarop u recht had. In totaal betreft het circa 30 weken aan niet-geoorloofd verlof. Voorts heeft u gedurende langere tijd minder gewerkt dan het aantal uren waarvoor u salaris ontving. Gedurende ten minste drie maanden in 2023 en begin 2024 werkte u gemiddeld 6 uur per week minder dan contractueel overeengekomen, zonder dit te melden of (tijdig) te corrigeren.
Tijdens het onderzoek zijn ernstige tekortkomingen geconstateerd in de uitvoering van uw werkzaamheden als pleegzorgwerker, zoals o.a.:
• het gedurende meerdere maanden werken met een lagere daadwerkelijke inzet dan
contractueel met u overeengekomen, zonder de vereiste mutaties door te geven, wat heeft geleid tot een caseload die structureel niet in verhouding stond tot uw dienstverband;
• het opnemen van meer verlof dan waar u recht op had, zonder dat daar toestemming voor is verleend of juiste (tijdige) registratie heeft plaatsgevonden, met als gevolg een onrechtmatige loonuitbetaling en zeer beperkte beschikbaarheid binnen het team met alle gevolgen van dien voor pleeggezinnen en uw collega’s;
• het niet naleven van professionele normen ten aanzien van dossiervorming, waaronder het niet (tijdig) actualiseren van hulpverleningsplannen ('HVP's’) en
pleegouderbegeleidingsplannen, onvolledige verslaglegging en het onjuist registreren of titelen van documenten waardoor deze niet vindbaar waren;
• het onvoldoende uitvoeren van verplichte fysieke pleegoudercontacten, waaronder
huisbezoeken, ook in dossiers met verhoogd veiligheidsrisico (‘code oranje'), zonder zichtbare acties of verslaglegging ter waarborging van de veiligheid van het kind;
• het onvoldoende voorbereiden van casuïstiekbesprekingen, waardoor consultatie en adequate ondersteuning door collega’s en gedragswetenschappers niet mogelijk was.
Wij verwijzen voor nadere onderbouwing en concrete voorbeelden naar het onderzoeksrapport van 10 april 2025, dat u op 15 april 2025 heeft ontvangen.
Uw reactie tijdens het hoor en wederhoor gesprek
Tijdens het gesprek op 17 april 2025 heeft u zich niet open opgesteld en sprak u uw verbazing uit over onze constateringen die niet zouden kloppen. U nam geen verantwoordelijkheid voor de geconstateerde tekortkomingen. Zo beriep u zich op u onmogelijkheid om zaken te controleren of te verifiëren vanwege uw schorsing. Voorts legde u de schuld bij de werkgever nu er sprake zou zijn van administratieve fouten aan onze zijde dan wel ontbrekende toelichting op registraties tijdens uw
ziekteverlof. Tegelijkertijd gaf u aan dat het zou kunnen dat u meer verlof heeft opgenomen. U liet - ondanks meerdere verzoeken daartoe - na om inzichtelijk te maken waarom u meermaals onterecht verlof heeft opgenomen en minder gewerkt heeft dan contractueel overeengekomen.
Op vragen over de ontbrekende hulpverleningsplannen, kindcontacten en verslaglegging gaf u antwoorden als “dat zou kunnen", “dat weet ik niet" of “dat moet ik nakijken". In het dossier van [naam 4] , waarin zorgen zijn geuit over het ontbreken van toezicht op een ernstig zieke pleegmoeder, kon u desgevraagd geen onderbouwde verklaring geven waarom er geen toezicht is gehouden, terwijl de veiligheid van het kind in het geding was. [naam 3] heeft hierbij terecht opgemerkt dat het ongeloofwaardig is dat u als jeugdzorgprofessional, die reeds jarenlang betrokken is bij deze dossiers en gezinnen, niet kan aangeven of en hoe vaak een huisbezoek ongeveer heeft plaatsgevonden, welke signalen zijn opgevangen en welke documentatie er mogelijk nog ontbreekt in het dossier. Uw verklaringen wekten de indruk dat u onvoldoende inzicht heeft op uw eigen werkpraktijk, waarbij ook uw gebrek aan betrokkenheid schrijnend was. Een en ander past niet bij het professionele verantwoordelijkheidsbesef dat van een SKJ-geregistreerde pleegzorgwerker mag en moét worden verwacht. De wijze waarop u de schuld bij anderen legt dan wel volstaat met een ontkenning, heeft het gebrek aan vertrouwen in u verder heeft versterkt.
Tijdens het gesprek verwezen zowel u als uw advocaat meermaals naar de mogelijkheid van een verbetertraject in het kader van functioneren. Hierbij wordt eraan voorbijgegaan dat in casu sprake is van ernstig verwijtbaar handelen en nalaten. In deze context is een verbetertraject thans niet aan de orde.
Gevolgen voor de organisatie van WSGV
Uw ernstig verwijtbaar handelen en nalaten brengt de organisatie in gevaar en veroorzaakt schade aan het vertrouwen van collega’s, de veiligheid van de aan ons toevertrouwde kinderen en de integriteit van WSGV. U heeft door onrechtmatig opgenomen verlof en onderbelasting een aanzienlijk bedrag aan salaris ten onrechte ontvangen. Tegelijkertijd heeft uw frequente afwezigheid geleid tot verhoogde
werkdruk bij collega's, die geen dossiers van u wilden of konden overnemen vanwege onduidelijke inhoud of gebrekkige verslaglegging. Collega’s hebben geen vertrouwen in u en enig draagvlak is komen te ontbreken.
Uw gedrag heeft geleid tot situaties waarin kwetsbare kinderen onvoldoende beschermd zijn geweest. Concrete voorbeelden hiervan zijn het niet naleven van toezichtnormen bij kinderen met 'code oranje’, ontbreken van acties na zorgsignalen van jeugdconsulenten en het ontbreken van actuele plannen en evaluaties. U heeft daarmee rechtstreeks bijgedragen aan risico’s voor de veiligheid van minderjarigen
in pleeggezinnen. Juist van u, in uw functie als jeugdzorgprofessional, mag worden verwacht dat u zorgvuldig handelt om dergelijke risico’s te signaleren, te beperken en zoveel mogelijk te voorkomen. Uw nalaten op dit punt raakt de kern van onze wettelijke opdracht. Ook voor de verantwoording richting Inspectie en opdrachtgevers brengt dit voor ons grote risico’s met zich mee.
Vertrouwensbreuk
Als pleegzorgwerker bekleedt u een functie die vraagt om betrouwbaarheid, zelfstandigheid en transparantie. Uw handelen is onverenigbaar met deze uitgangspunten. U heeft niet gehandeld conform de wettelijke vereisten, onze interne protocollen of uw verplichtingen op grond van de arbeidsovereenkomst. U heeft het vertrouwen dat in u werd gesteld ernstig en onherstelbaar geschonden.
Ontslag op staande voet
Wij hebben ons beraden op basis van het onderzoeksrapport en uw reactie tijdens het hoor en wederhoor gesprek. De uitkomst van ons beraad is dat wij u met onmiddellijke ingang per 22 april 2025 ontslaan op staande voet wegens meerdere dringende redenen in de zin van artikel 7:678 BW.
De dringende redenen houden - op hoofdlijnen - het volgende in:
• u heeft zonder toestemming meer verlof opgenomen dan waarop u recht had, hetgeen geleid heeft tot onverschuldigde loonbetaling;
• u heeft gedurende meerdere maanden aanzienlijk minder pleeggezinnen begeleid dan de norm die hiervoor staat en conform uw contract van u werd verwacht, zonder dit te melden of tijdig te corrigeren, hierdoor heeft u niet alleen teveel loon ontvangen, maar heeft u ook uw collega s met werk opgezadeld waardoor zij onder druk zijn komen te staan;
• u heeft in strijd met wettelijke en professionele verplichtingen nagelaten dossiervoering bij te houden en op zodanige wijze administratief te verwerken en op te slaan, waardoor de organisatie niet in staat is gesteld om conform wet- en regelgeving te handelen. Daarnaast heeft uw gedrag c.q. nalaten ertoe geleid dat collega’s u niet wilden waarnemen omdat uw stukken niet op orde c.q. vindbaar waren en collega’s het niet aandurfden in uw chaos te opereren;
• u heeft daarmee het vertrouwen dat wij als werkgever in u moesten kunnen stellen als jeugdzorgprofessional ernstig geschonden en gehandeld in strijd met wat van een goed werknemer mag worden verwacht;
• het op 17 april 2025 niet steeds naar waarheid beantwoorden van de vragen naar aanleiding van de onderzoeksresultaten.
Bovengenoemde gronden vormen zowel ieder voor zich, als in onderling verband beschouwd, een dringende reden.
Bij onze beslissing hebben wij uw persoonlijke omstandigheden in de afweging betrokken. Wij hebben daarbij met name gelet op uw leeftijd en functie, dienstjaren, de mogelijkheden elders aan de slag te komen en de overige (financiële) gevolgen die dit door uw handelen zal hebben. Dit heeft niet genoeg gewicht in de schaal gelegd om ons besluit te doen veranderen.