Uitspraak
RECHTBANK Gelderland
1.De procedure
2.De zaak in het kort
3.De feiten
5 november 2019 (de advocaat van het actiecomité, de advocaat van Gemeente Barneveld en de heer [naam 4] van het ADR Instituut) weten dat dit overleg niet kon doorgaan. In deze e-mail stond dat [eiser] het helaas nodig vond om bedreigingen te uiten aan zijn adres en dat daarom het protocol voor dit soort situaties in werking was gesteld. Ook had hij overleg gehad met de politie. Gezien de situatie werd ieder overleg met het actiecomité opgeschort.
4.De beoordeling
gevoeld. Anders dan [eiser] tot uitgangspunt neemt, wordt hij dus niet beschuldigd van het plegen van een (ernstig) strafbaar feit. De uitspraken van de voorzitter worden verder niet omschreven of (anderszins) gekwalificeerd. Hiermee heeft Gemeente Barneveld geen relevante informatie bekendgemaakt die niet reeds was opgenomen in het voornoemde artikel in de Barneveldse Krant, met uitzondering van het feit dat wordt gesproken over de voorzitter (in plaats van een bestuurslid) en dat de uitspraken worden aangemerkt als niet acceptabel.
2 november 2019. Hierin werd gesproken over het ‘uiten van bedreigingen’. Deze e-mails zijn echter niet openbaar gemaakt door Gemeente Barneveld. Deze e-mails zijn gericht aan een beperkt aantal direct betrokkenen en zijn niet door Gemeente Barneveld aan de krant verstrekt. Hiermee heeft Gemeente Barneveld dan ook geen uitlatingen aan het (brede) publiek gedaan. Voor de opmerkingen in de e-mail van [naam 1] van 2 november 2019 dat er een protocol in werking is gesteld en overleg is gevoerd met de politie geldt hetzelfde. Deze opmerkingen keren niet terug in het memo van het college dat openbaar is gemaakt.
5.De beslissing
8 oktober 2025