Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
3.Het verzoek en het verweer in de voorlopige voorziening en de hoofdzaak
- de onregelmatige opzegging van 7 april 2025 te vernietigen;
- Maestro te veroordelen tot betaling aan [verzoeker] van het gemiddelde maandsalaris van € 3.271,35, te vermeerderen met de vakantiebijslag en overige emolumenten, gerekend vanaf 23 maart 2025 tot het moment waarop de arbeidsovereenkomst tussen partijen rechtsgeldig is beëindigd, te vermeerderen met de wettelijke verhoging;
- Maestro te veroordelen om aan [verzoeker] een schriftelijk en deugdelijke netto/bruto salarisspecificatie te verstrekken, waaronder in ieder geval de specificatie over de ontbrekende maand januari 2025, alsmede – in het geval van loondoorbetaling – de specificaties over alle overige betreffende maanden, op straffe van een dwangsom van € 100,00 per dag voor iedere dag dat Maestro, vanaf vijf dagen na deze beschikking, niet aan deze veroordeling voldoet;
- Maestro te veroordelen tot betaling aan [verzoeker] van de wettelijke rente vanaf het tijdstip van opeisbaarheid van de hiervoor genoemde bedragen tot aan de dag van volledige betaling;
- Maestro te veroordelen in de kosten van deze procedure.
4.De beoordeling
dezelfde duurvan
vier weken.Omdat de eerste arbeidsovereenkomst is aangegaan voor 44 dagen en niet voor vier weken geeft artikel 2.2 van de arbeidsovereenkomst geen eenduidig antwoord op de vraag voor welke periode de arbeidsovereenkomst na 23 februari 2025 is voortgezet.