ECLI:NL:RBHAA:2010:BO9279

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
15 september 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
459350- CV EXPL 10-3514
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van een boedelbijdrage in faillissement met betrekking tot onder eigendomsvoorbehoud geleverde goederen

In deze zaak heeft Heineken Nederland BV, eiseres, de curatoren van de failliete besloten vennootschap Lekker van der Laan Dekker BV gedagvaard. De vordering betreft de betaling van een boedelbijdrage die Heineken heeft voldaan voor de uitlevering van goederen die onder eigendomsvoorbehoud waren geleverd. De curatoren, mr. R. Mulder en mr. D. Winters, hebben de boedelbijdrage van 7% over de factuurwaarde van de goederen in rekening gebracht, maar Heineken betwist deze vordering en stelt dat de betaling onverschuldigd is gedaan. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de kosten voor de uitlevering van de goederen uitsluitend ten dienste van de rechthebbende buiten faillissement zijn gemaakt en niet ten laste van de gezamenlijke schuldeisers komen. De curatoren zijn belast met het beheer van de failliete boedel en de kosten van hun werkzaamheden behoren tot hun wettelijke taak. De kantonrechter oordeelt dat een boedelbijdrage van 4% van de factuurwaarde van de goederen redelijk en billijk is, en wijst de vordering van Heineken toe tot een bedrag van € 833,23, vermeerderd met wettelijke rente. De proceskosten worden gecompenseerd, en de gevorderde buitengerechtelijke kosten worden afgewezen. Het vonnis is uitgesproken op 15 september 2010.

Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM
Sector kanton
Locatie Haarlem
zaak/rolnr.: 459350 / CV EXPL 10-3514
datum uitspraak: 15 september 2010
VONNIS VAN DE KANTONRECHTER
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HEINEKEN NEDERLAND BV
gevestigd te Amsterdam
eiseres
hierna te noemen Heineken
gemachtigde: mr. P.J. Bos
tegen
1. mr. R. MULDER in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Lekker van der Laan Dekker BV
kantoorhoudende te Haarlem
2. mr. D. WINTERS in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Lekker van der Laan Dekker BV
kantoorhoudende te Hoofddorp
gedaagden
hierna gezamenlijk te noemen De Curatoren
gemachtigde: mr. M.W. Langhout
De procedure
Heineken heeft De Curatoren gedagvaard op 5 maart 2010. De Curatoren hebben schriftelijk geantwoord. Nadat de kantonrechter had beslist dat de zaak zich niet leent voor een comparitie van partijen na antwoord, heeft Heineken schriftelijk op het antwoord gereageerd, waarna De Curatoren nog een schriftelijke reactie hebben gegeven.
De feiten
1. Lekker van der Laan Dekker BV (hierna: De Groothandel) exploiteerde een groothandel in tabaks- en zoetwaren. Deze activiteiten werden uitgeoefend vanuit distributiecentra te Nieuw-Vennep, Venlo en Groenlo.
2. Heineken heeft onder eigendomsvoorbehoud roerende zaken geleverd aan
De Groothandel, voor een bedrag van € 27.774,08 inclusief btw. Betaling van deze goederen heeft niet plaatsgevonden.
3. Bij vonnis van deze rechtbank van 6 februari 2009 is De Groothandel in staat van faillissement verklaard met benoeming van mr. Mulder en mr. Winters tot curatoren.
4. Nadat het faillissement was uitgesproken troffen De Curatoren in het magazijn van
De Groothandel een voorraad producten aan, die voor een deel bleek toe te behoren aan leveranciers die onder eigendomsvoorbehoud goederen aan De Groothandel hadden geleverd.
5. Teneinde de verificatie en uitlevering van de goederen aan de rechthebbenden te organiseren en uit te voeren hebben De Curatoren het Nederlands Taxatie- en Adviesbureau (hierna: NTAB) ingeschakeld.
6. Bij brief van 16 februari 2009 heeft het NTAB Heineken aangeschreven en in de gelegenheid gesteld om haar rechten uit te oefenen. In dat schrijven staat onder meer het volgende:
Ter dekking van de boedelkosten, welke gemaakt moeten worden, zal de boedel u een bedrag van 7% over de factuurwaarde van de terug te leveren goederen in rekening brengen te vermeerderen met 19% B.T.W., met als maximum een bijdrage van
€ 15.000,00,-, exclusief B.T.W. Het bedrag dient ter plaatse contant te worden voldaan. Achteraf zal aan u een factuur van de betaalde boedelkosten verstuurd worden.
7. Heineken heeft onder protest € 1.944,19 inclusief btw op de derdengeldrekening van
De Curatoren voldaan.
De vordering
Heineken vordert (samengevat) veroordeling van De Curatoren tot betaling van € 1.944,19, te vermeerderen met de wettelijke rente en de buitengerechtelijke incassokosten, alsmede veroordeling van De Curatoren tot betaling van de proceskosten en de nakosten.
Heineken legt aan de vordering ten grondslag dat zij de gevraagde boedelbijdrage onverschuldigd heeft betaald. Voor de gevraagde boedelbijdrage is geen grondslag te vinden in de wet. De Curatoren hebben door het stellen van voorwaarden aan de teruggave van de eigendommen van Heineken, inbreuk gemaakt op het eigendomsrecht van Heineken. Heineken maakt voorts bezwaar tegen de hoogte van de in rekening gebrachte boedelbijdrage. Heineken heeft ten behoeve van het revindiceren van haar eigendommen buitengerechtelijke incassokosten moeten maken, welke voor rekening van De Curatoren dienen te komen.
Het verweer
De Curatoren betwisten de vordering en voeren aan dat geen sprake is van onverschuldigde betaling, nu de redelijkheid en de billijkheid de rechtsgrond is voor de gevorderde boedelbijdrage. In het faillissement van De Groothandel werden de curatoren geconfronteerd met meerdere grote distributiecentra, waar kostbare goederen lagen opgeslagen. Er moesten 425 leveranciers worden aangeschreven aan wie mogelijk een beroep op een eigendomsvoorbehoud zou toekomen. Hieruit hebben De Curatoren geconcludeerd dat het uitleveren van de goederen aan de rechthebbenden een zeer omvangrijke en tijdrovende bezigheid zou worden, waarop zij hebben besloten om het NTAB in te schakelen. Het NTAB heeft voor de door hen verrichtte werkzaamheden een factuur gezonden van € 137.876,38 inclusief btw. Ook De Curatoren hebben diverse werkzaamheden verricht ter beoordeling en afwikkeling van de claims. Deze kosten overschrijden reeds het door De Curatoren als boedelbijdrage in totaal ontvangen bedrag ad € 185.550,06 inclusief btw. Rekening houdend met aanvullende kosten zoals de kosten van gas, water en licht en betaalde onkostenvergoedingen aan de werknemers van De Groothandel voor het klaarzetten van de goederen is de gevraagde boedelbijdrage van 7% niet kostendekkend geweest. Nu die kosten slechts zijn gemaakt ten behoeve van de leveranciers met een eigendomsvoorbehoud is het redelijk dat die kosten ook voor rekening van die leveranciers komen en niet ten laste van de boedel.
In aanvulling daarop wijzen De Curatoren op de bepalingen over vergoeding van kosten en schade bij zaakswaarneming, ongerechtvaardigde verrijking en bezit te goeder trouw.
De Curatoren betwisten buitengerechtelijke kosten en nakosten verschuldigd te zijn.
De beoordeling van het geschil
1) De vraag die in de onderhavige zaak moet worden beantwoord is of Heineken de boedelbijdrage onverschuldigd aan De Curatoren heeft betaald.
2) De Curatoren zijn belast met het beheer en de vereffening van de failliete boedel van De Groothandel. De Curatoren verrichten hun taak hoofdzakelijk ten behoeve van de gezamenlijke schuldeisers. Een beroep op afgifte van onder eigendomsvoorbehoud geleverde goederen kan buiten het faillissement geldend worden gemaakt, zodat de door De Curatoren verrichte werkzaamheden ter uitlevering van deze goederen niet ten bate van de boedel komen. Omdat de kosten ter uitlevering van deze goederen uitsluitend worden gemaakt ten dienste van de belangen van de rechthebbende buiten faillissement en niet van de belangen van de gezamenlijke schuldeisers, gebiedt de redelijkheid en billijkheid dat die kosten kunnen worden verhaald op diegenen in wier belang die kosten worden gemaakt. Een en ander maakt naar het oordeel van de kantonrechter geen inbreuk op het eigendomsrecht van de rechthebbende buiten faillissement. Op grond hiervan zijn de Curatoren gerechtigd Heineken kosten in rekening te brengen ter uitlevering van aan Heineken toebehorende goederen.
3) De Curatoren hebben de door hen gevorderde boedelbijdrage van 7% als volgt onderbouwd. Zij brengen onder verwijzing naar de factuur van het NTAB de werkzaamheden van NTAB in rekening. De door NTAB in rekening gebrachte werkzaamheden bevatten naast werkzaamheden ter uitlevering van de goederen ook werkzaamheden ter beoordeling van de validiteit van de verzoeken tot afgifte van onder eigendomsvoorbehoud geleverde goederen. Tevens verwijzen De Curatoren ter onderbouwing van de boedelbijdrage naar kosten van door medewerkers van De Curatoren ter beoordeling en afwikkeling van de geclaimde eigendomsrechten verrichte werkzaamheden. Anders dan De Curatoren is de kantonrechter van oordeel dat deze kosten niet voor vergoeding door Heineken in aanmerking komen. Het inventariseren van de activa en het beoordelen van de aanspraken op die activa behoren immers tot de wettelijke taak van De Curatoren, welke werkzaamheden in het belang van de boedel geschieden.
4) Op grond van het voorgaande is de kantonrechter van oordeel dat een deel van de door De Curatoren ter onderbouwing van de gevorderde boedelbijdrage aangevoerde kosten niet voor vergoeding door Heineken in aanmerking komt. De kantonrechter acht derhalve een lagere boedelbijdrage op zijn plaats en acht een boedelbijdrage van vier procent van de factuurwaarde van de goederen redelijk en billijk. Dit betekent dat de vordering van Heineken kan worden toegewezen tot een bedrag van € 833,23.
5) Voor toewijzing van de gevorderde buitengerechtelijke kosten is geen plaats nu de gestelde kosten slechts betrekking hebben op het revindiceren van de eigendommen en niet op het innen van de gestelde onverschuldigde betaling.
6) De gevorderde wettelijke rente zal worden toegewezen.
7) Omdat beide partijen op enige punten in het ongelijk gesteld worden, zullen de proceskosten op de hierna te bepalen wijze worden gecompenseerd. Voor toewijzing van de gevorderde nakosten is geen aanleiding, nu van deze kosten vooralsnog niet is gebleken.
De beslissing
De kantonrechter:
- veroordeelt De Curatoren tot betaling aan Heineken van € 833,23 te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 5 maart 2010 tot aan de dag van de algehele voldoening;
- bepaalt dat iedere partij de eigen kosten draagt;
- verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.I.V. Scherpenhuijsen Rom en uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum.