In deze zaak, die voor de Rechtbank Limburg is behandeld, heeft de kantonrechter op 9 april 2014 een vonnis gewezen in een civiele procedure tussen Vormvast b.v. en twee gedaagden. De zaak betreft een geschil over de hoogte van schadevergoeding die door de gedaagden wordt gevorderd op basis van tekortkomingen in de nakoming van een overeenkomst door Vormvast. In een eerder tussenvonnis van 22 januari 2014 is al een aantal vragen geformuleerd over de begroting van de schade, waarbij partijen de gelegenheid hebben gekregen om hun standpunten kenbaar te maken. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er aanzienlijke verschillen zijn in de schadebegrotingen van beide partijen, wat aanleiding geeft om een deskundige te benoemen. De deskundige zal moeten vaststellen of het geleverde kookeiland kan worden verlaagd tot de overeengekomen hoogte en welke kosten daarmee gemoeid zijn. Daarnaast zal de deskundige de kosten moeten begroten voor het spuiten van de koelkastdeur en de vervangingen van andere onderdelen die in het geschil aan de orde zijn. De partijen zijn in de gelegenheid gesteld om hun wensen met betrekking tot het aantal deskundigen en de vragen die aan hen gesteld moeten worden, kenbaar te maken. De kosten van de deskundige dienen door de eiseres in reconventie voorgeschoten te worden. De verdere beslissing in deze zaak is aangehouden tot de rolzitting van 7 mei 2014.