ECLI:NL:RBLIM:2014:4502

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
22 januari 2014
Publicatiedatum
16 mei 2014
Zaaknummer
496277 CV EXPL 12-4123
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van geleverde badkamermaterialen en keukenapparatuur met opschortingsrecht en schadevergoeding

In deze zaak vordert Vormvast b.v. betaling van geleverde badkamermaterialen en keukenapparatuur van gedaagde partij, die zich beroept op opschortingsrecht en verrekening vanwege tekortkomingen in de nakoming van de overeenkomst. De kantonrechter oordeelt dat er diverse tekortkomingen zijn vastgesteld, waaronder een te hoge hoogte van het kookeiland en gebreken aan de geleverde apparatuur. De rechter stelt partijen in de gelegenheid om zich uit te laten over de schadebegroting. De vordering in reconventie van gedaagde partij tot schadevergoeding wordt eveneens besproken, waarbij de kantonrechter oordeelt dat Vormvast in verzuim verkeert en dat gedaagde partij zich terecht op haar opschortingsrecht beroept. De zaak wordt verwezen naar een rolzitting voor verdere behandeling en mogelijke minnelijke regeling.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Burgerlijk recht / Kantonrechter
Zaaknummer: 496277 CV EXPL 12-4123
typ: RW

Vonnis van 22 januari 2014

in de zaak van

Vormvast b.v.,

gevestigd en kantoorhoudend te Breda,
eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie,
verder te noemen: Vormvast,
gemachtigde: mr. drs. R.G.M. van der Pas, advocaat te Breda
tegen

[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie 1],

en
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie 2],
beiden wonend te [woonplaats],
gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie,
verder te noemen: [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] (in vrouwelijk enkelvoud),
gemachtigde: mr. S.L. Bruijns-Emons, advocaat te Maastricht.

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Partijen hebben achtereenvolgens de navolgende processtukken ingediend:
  • exploot van dagvaarding van 4 september 2012 met producties;
  • conclusie van antwoord in conventie, tevens conclusie van eis in reconventie, met producties;
  • conclusie van repliek in conventie, tevens conclusie van antwoord in reconventie, met producties;
  • conclusie van dupliek in conventie, tevens conclusie van repliek in reconventie, met producties;
  • conclusie van dupliek in reconventie.
Vervolgens is vonnis bepaald, waarvan de uitspraak nader vastgesteld is op heden.

MOTIVERING

de feiten in conventie en in reconventie
Vormvast heeft op basis van een koopovereenkomst in opdracht van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op 3 augustus 2010 een keuken van het merk Boffi en keukenapparatuur van het merk Gaggenau geleverd en gemonteerd in de woning van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie]. De door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] goedgekeurde (ontwerp)tekeningen vermelden dat de hoogte van het kookeiland aan de linkerzijde 96,5 cm (inclusief een werkblad van 6 cm dik) dient te zijn en aan de rechterzijde 92,5 cm (inclusief een werkblad van 2 cm dik). De hoogte van het kookeiland exclusief de werkbladen dient volgens die tekeningen derhalve 90,5 cm te zijn. Het door Vormvast geleverde en gemonteerde kookeiland heeft een hoogte van 93,5 cm (exclusief de werkbladen met een dikte van respectievelijk 6 cm links en 2 cm rechts).
Ten aanzien van de door Vormvast te leveren apparatuur van het merk Gaggenau zijn partijen overeengekomen dat Vormvast de nieuwste apparatuur van dit merk zou leveren en dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voor de te leveren apparatuur 20% korting zou krijgen. De door Vormvast aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] geleverde inbouwkoffiemachine was niet het nieuwste model. Vormvast heeft vervolgens alsnog aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] het nieuwste model koffiemachine geleverd en, omdat het een duurder apparaat was dan het aanvankelijk geleverde model, daarvoor bij factuur van 27 april 2011 aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een bedrag van € 699,74 (extra) in rekening gebracht. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft een afleverbon van 27 april 2011 “voor akkoord” ondertekend waarop dit bedrag vermeld staat. Het bedrag van € 699,74 is de meerprijs van het nieuwere model, zonder dat daar een korting van 20% in verdisconteerd is. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft het bedrag van € 699,74 niet betaald aan Vormvast.
Tussen partijen staat vast dat van de door Vormvast aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] geleverde keuken:
1.
twee schuifdeuren lakbeschadigingen hebben;
2.
de deuren van de kastwand niet goed afgesteld zijn;
3.
de apparatuur “gesteld” moet worden;
4.
de koelkastdeur een lakbeschadiging heeft;
5.
van een strip van de oven de coating verwijderd/beschadigd is;
6.
het achterpaneel beschadigd is.
Vormvast heeft voorts op basis van dezelfde koopovereenkomst en/of in aanvulling daarop in opdracht van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een tekening/ontwerp van een badkamer met een dubbele douche gemaakt en aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] diverse zaken ten behoeve van de badkamer geleverd, waaronder een “bouwpakket” van een badkamermeubel ten bedrage van € 2.373,00. Het badkamermeubel bevat geen achterwand. Op 3 juni 2009 heeft Vormvast aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een factuur gezonden met betrekking tot de geleverde zaken ten behoeve van de badkamer. Van het door Vormvast gefactureerde bedrag heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een bedrag van € 900,00 onbetaald gelaten.
de vordering in conventie
Vormvast vordert [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te veroordelen - bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad - tot betaling van:
1.
een bedrag van € 900,00, te vermeerderen met de wettelijke rente, primair vanaf 11 juni 2009 en subsidiair vanaf de dag van dagvaarding;
2.
een bedrag van € 699,74, te vermeerderen met de wettelijke rente, primair vanaf 27 april 2011 en subsidiair vanaf de dag van dagvaarding;
3.
een bedrag van € 2.642,80, te vermeerderen met de wettelijke rente, primair vanaf 31 januari 2012 en subsidiair vanaf de dag van dagvaarding;
4.
een vergoeding van de buitengerechtelijke kosten, berekend volgens de door de (kanton)rechter gehanteerde staffel;
5.
de kosten van dit geding.
de standpunten van partijen in conventie
Ter onderbouwing van de vordering voert Vormvast (samengevat) aan dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gehouden is tot betaling van de verkochte en geleverde badkamermaterialen. Volgens Vormvast is er geen reden voor [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] om van het daarvoor bij factuur van 3 juni 2009 in rekening gebrachte bedrag een bedrag van € 900,00 niet te voldoen. Volgens haar beroept [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zich in dat verband ten onrechte op een gebrek aan het geleverde badkamermeubel (het ontbreken van een achterwand) alsmede op een gebrek ten aanzien van de waterdruk van de douchekraan en op het feit dat van één van de twee douches geen gebruik gemaakt kan worden omdat dan water de badkamer inloopt. Vormvast voert aan dat het bedrag van
€ 900,00 (aanvankelijk) door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] achtergehouden werd in verband met de nalevering van een paneel voor een ligbad. Dit ontbrekende paneel is volgens Vormvast alsnog geleverd, zodat ook dat geen grond kan zijn voor [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] om het bedrag van € 900,00 niet te betalen. Vormvast claimt dat het badkamermeubel overeenkomt met het showroommodel zoals door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gezien in de showroom. Ten aanzien van de overige gebreken voert Vormvast aan dat zij slechts schetstekeningen van de badkamer gemaakt heeft, welke tekeningen niet zijn bedoeld om te worden gebruikt als technische werktekeningen. Vormvast voert verder aan dat zij niet betrokken geweest is bij de montage van de badkamer.
Vormvast vordert eveneens betaling van een bedrag van € 699,74 voor de door haar aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] verkochte en geleverde koffiemachine. Zij stelt dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] met betrekking tot het voor dit apparaat verschuldigde bedrag zich ten onrechte op het standpunt stelt dat een korting van 20% overeengekomen is. Volgens Vormvast had het bedrag van € 699,74 reeds op de datum van levering betaald moeten worden.
Het door Vormvast tot slot voor wat betreft de hoofdsom gevorderde bedrag van € 2.642,80 ziet op het door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] onbetaald gelaten deel van het voor de levering en montage van de keuken door Vormvast gefactureerde bedrag. Volgens Vormvast doet [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] met betrekking tot de betaling van dit bedrag ten onrechte een beroep op een opschortingsrecht.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voert aan dat het te hoge spoel-/kookeiland voor hem onacceptabel is. Daarnaast heeft Vormvast volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de zes “schadepunten” zoals die hiervoor op bladzijde 2 van dit vonnis vermeld staan, nog steeds niet verholpen. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voegt daar nog aan toe dat de verlichting boven het kookeiland door Vormvast is “voorbereid” en dat de lichtpunten niet juist boven het kookeiland bleken te zitten. Verplaatsing van die lichtpunten heeft voor [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] extra kosten met zich gebracht. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt dat die kosten voor rekening van Vormvast dienen te komen. Ten aanzien van de vervangende koffiemachine is [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de mening toegedaan dat Vormvast ten onrechte geen korting van 20% berekend heeft. Voor wat betreft de badkamer voert [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aan dat deze is geïnstalleerd conform de door Vormvast aangeleverde tekening. Zij stelt dat de tweede douche niet te gebruiken is omdat anders het water de badkamer instroomt. Dat het geleverde badkamermeubel (dat als een bouwpakket geleverd is) geen achterwand heeft, vindt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] onacceptabel. Zij stelt Vormvast bij e-mailbericht van 18 mei 2011 van deze gebreken in kennis gesteld te hebben. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] claimt verder meermaals een probleem met de waterdruk in de douches aan Vormvast medegedeeld te hebben. Zij verwijst daartoe naar een e-mailbericht van 24 mei 2011 waaruit dat volgens haar blijkt. Vormvast heeft volgens haar tot op heden nog geen “advies” gegeven over de wijze van oplossing van dit probleem. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] concludeert dat Vormvast gelet op de diverse schriftelijke sommaties om tot herstel en vervanging over te gaan, reeds geruime tijd in verzuim verkeert. Zij doet een beroep op verrekening en/of opschorting. Als zij al gehouden zou zijn tot betaling, dan beroept zij zich (primair) op verrekening met de door Vormvast aan haar te betalen (vervangende) schadevergoeding ex art. 6:87 BW. Subsidair doet zij een beroep op het haar toekomende opschortingsrecht omdat zij een opeisbare vordering op Vormvast heeft en omdat Vormvast in verzuim is met de correcte nakoming van haar verplichtingen. Omdat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] naar eigen zeggen terecht een beroep op verrekening “c.q.” opschorting doet, is zij de mening toegedaan geen wettelijke rente verschuldigd te zijn.
Hetgeen partijen voorts in voortgezet debat aangevoerd hebben, zal bij de beoordeling verder nog besproken worden.
de vordering in reconventie
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vordert Vormvast te veroordelen – bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad – tot:
  • vergoeding van de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te lijden en nog te lijden schade, op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 november 2011, althans vanaf de dag van dagvaarding tot de dag van voldoening;
  • vergoeding van de buitengerechtelijke kosten van € 768,00 (excl. btw);
  • betaling van de wettelijke rente over de buitengerechtelijke kosten vanaf de dag van dagvaarding tot de dag van voldoening;
  • betaling van de kosten van dit geding.
de standpunten van partijen
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] verwijst naar haar in conventie ingenomen stellingen waaruit volgens haar blijkt dat Vormvast toerekenbaar tekortgeschoten is in de nakoming van de verbintenissen die voortvloeien uit de tussen partijen gesloten overeenkomst. Zij stelt dat Vormvast meermaals in gebreke gesteld en gesommeerd is die gebreken te herstellen, hetgeen volgens haar (ook) blijkt uit een aan Vormvast gezonden brief van 31 oktober 2011 (productie 9 bij conclusie van eis in reconventie), waarin Vormvast, zo stelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie], is gesommeerd om binnen drie weken tot herstel over te gaan. Vormvast is gehouden de schade als gevolg van die tekortkoming te vergoeden op grond van art. 6:74 BW. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt aanspraak te hebben op vervangende schadevergoeding als bedoeld in art. 6:87 BW. Omdat volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op dit moment de hoogte van de vervangende schadevergoeding nog niet bekend is en omdat door Vormvast het verzoek om een deskundige aan te wijzen die de wijze van herstel en de daarmee gepaard gaande kosten kan begroten, van de hand gewezen is, vordert [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vergoeding van de schade nader op te maken bij staat.
De wettelijke rente is Vormvast naar de mening van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] primair verschuldigd vanaf
21 november 2011 omdat Vormvast in ieder geval op die dag in verzuim is komen te verkeren. De hoogte van de gevorderde vergoeding van buitengerechtelijke kosten baseert [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op de wet en het rapport Voor-werk II.
Vormvast voert aan dat de brief van 31 oktober 2011 geen verzuim aan haar zijde heeft doen intreden aangezien [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op dat moment reeds (lange tijd) in verzuim verkeerde. Het inschakelen van een deskundige vindt zij overbodig zowel ten aanzien van de opleverpunten van de keuken als ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] klachten omtrent de badkamer. Voor wat betreft de badkamer stelt zij zich op het standpunt dat zij slechts materialen aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] geleverd heeft en dat uit niets blijkt dat die materialen niet op behoorlijke wijze functioneren. Zij betwist dat er aan de zijde van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] sprake is van schade.
Hetgeen partijen overigens nog aangevoerd hebben zal, voor zover relevant, in de navolgende beoordeling betrokken worden.
de beoordeling in conventie en in reconventie
De door Vormvast en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] over en weer gevorderde vergoedingen van buitengerechtelijke kosten zijn niet toewijsbaar nu beide partijen niet hebben gespecificeerd welke werkzaamheden aan die kosten ten grondslag liggen. Hierdoor kan niet beoordeeld worden of de buitengerechtelijke werkzaamheden (als die al verricht zijn) qua noodzaak en omvang de over en weer gevorderde vergoedingen rechtvaardigen. Hieruit volgt dat de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gevorderde wettelijke rente over de gevorderde vergoeding eveneens afgewezen zal worden.
De kantonrechter overweegt dat op grond van hetgeen partijen aangevoerd hebben, vaststaat dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in beginsel, op grond van de tussen partijen gesloten overeenkomst, de door Vormvast gevorderde hoofdsommen van € 900,00 en € 2.642,80 aan Vormvast verschuldigd is. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] doet evenwel een beroep op (primair) haar recht op verrekening met een door Vormvast aan haar verschuldigde schadevergoeding op de voet van art. 6:87 BW en subsidiair doet zij een beroep op een opschortingsrecht in verband met deze (gestelde) schadevergoedingsplicht aan de zijde van Vormvast.
Dit verweer werpt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ook op ten aanzien van het door Vormvast gevorderde bedrag ter zake van de koffiemachine. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft daarbij evenwel vooreerst betwist het gevorderde bedrag van € 699,74 verschuldigd te zijn omdat volgens hem een korting van 20% overeengekomen is. Alvorens het verrekenings- en opschortingsverweer te bespreken zal eerst beoordeeld worden welk bedrag [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] (in beginsel) verschuldigd is voor de geleverde koffiemachine.
De kantonrechter is van oordeel dat op grond van hetgeen partijen overeengekomen zijn, [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] recht heeft op een korting van 20% met betrekking tot de meerprijs van de koffiemachine. Het verweer van Vormvast dat ten aanzien van de in tweede instantie geleverde koffiemachine geen korting overeengekomen is, slaagt niet. Vaststaat immers, nu Vormvast dat niet betwist heeft, dat partijen voor de Gaggenau-apparatuur een korting van 20% ten voordele van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] overeengekomen zijn. Voor zover Vormvast zich in dezen beroept op een nadere afspraak met [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voor wat betreft de nageleverde nieuwste koffiemachine, moet dat verweer verworpen worden. Het enkele feit dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een afleverbon van 28 april 2011 met betrekking tot de levering van dat apparaat ondertekend heeft waarop een te betalen bedrag van € 699,74 vermeld staat, is onvoldoende om tot het oordeel te komen dat partijen nader overeengekomen zijn dat voor dit apparaat de korting niet zou gelden. Dat zou anders zijn indien partijen over het achterwege laten van die korting nader onderhandeld zouden hebben, maar dat is door Vormvast niet gesteld en daarvan is ook verder niets gebleken. Dat Vormvast, zoals zij stelt, met betrekking tot de omwisseling van de koffiemachine “geen eurocent” verdiend heeft en dat zij daartoe bereid is geweest “als service in relatie tot [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie]”, doet daar verder niet aan af. Partijen zijn immers overeengekomen dat Vormvast de nieuwste apparatuur tegen een korting van 20% diende te leveren. Als door Vormvast in eerste instantie niet de nieuwste apparatuur geleverd is, komen de kosten van het omwisselen sowieso voor haar rekening. Van het door Vormvast gevorderde bedrag van € 699,74 is derhalve hooguit een bedrag van € 559,79 toewijsbaar.
Ten aanzien van het verrekenings- en opschortingsverweer wordt vooropgesteld dat
beide verweren zijn gestoeld op de stelling dat Vormvast aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] schadevergoeding ex. art. 6:87 BW verschuldigd is. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] wijst in dat verband op de door haar gestelde tekortkomingen in de nakoming door Vormvast ten aanzien van de keuken en de badkamer. Met betrekking tot die gestelde tekortkomingen wordt als volgt overwogen.
het koffieapparaat
Hiervan kan niet gezegd worden dat Vormvast tekortgeschoten is in de nakoming van haar verbintenis. Zij heeft de tekortkoming immers hersteld. Het feit dat zij kennelijk een te hoog bedrag (zonder aftrek van 20% korting) aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in rekening gebracht heeft, leidt niet tot de conclusie dat Vormvast op dit onderdeel heeft gewanpresteerd en dat er aan de zijde van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] sprake is van (te verrekenen) schade die aanleiding geeft tot opschorting van haar betaling.
de hoogte van het kookeiland
Ten aanzien van de hoogte van het op 3 augustus 2010 geleverde kookeiland staat vast dat dit object (exclusief de werkbladen) 93,5 cm hoog is en derhalve 3 cm hoger dan hetgeen partijen blijkens de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] goedgekeurde tekeningen overeengekomen zijn. De stellingen dat het geleverde kookeiland exact overeenkomt met het showroommodel dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gezien heeft en dat levering van een kookeiland met een hoogte van 90,5 cm niet mogelijk is, doen (wat er ook zij van de juistheid daarvan) er verder niet aan af dat de hoogte van het kookeiland niet conform de tussen partijen gesloten overeenkomst is.
Bij e-mailbericht van 18 september 2010 heeft Vormvast [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] naar aanleiding van het te hoge object en de volgens haar gemaakte afspraken het volgende medegedeeld:
“Jullie nemen de keuken in gebruik en kijken hoe de hoogte bevalt. Naar aanleiding van jullie ervaringen besluiten we of en hoeveel het eiland verlaagd dient te worden. Door het weglaten van de stelpootjes onder de twee zijpanelen kunnen we 9 mm winnen. In tweede instantie is er de mogelijkheid beide bladen op 2 cm te maken, dus zonder hoogteverschil.”
Bij e-mailbericht van 8 december 2010 deelde Vormvast aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] (onder meer) het volgende mede:
“Het hoge blad van het kookeiland:
Dit wordt, na veel vijven en zessen, door Boffi opnieuw aangeleverd. Graag hoor ik van jullie of jullie dit blad op 6 cm willen houden of kiezen voor de optie van 2 cm, zodat de werkhoogte lager is. Om onnodige vertraging te voorkomen wil ik Boffi hierover zo snel mogelijk informeren.”
Tussen partijen staat vast dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vervolgens (op enig moment) aan Vormvast medegedeeld heeft te kiezen voor vervanging van het (beschadigde) hoge werkblad van 6 cm door een nieuw werkblad met dezelfde dikte. Vormvast heeft dat werkblad van 6 cm daarna geleverd en gemonteerd.
Bij e-mailbericht van 18 mei 2011 heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] Vormvast onder meer het volgende gevraagd/medegedeeld:
“Het hoge werkblad incl spoelbak is geplaatst. Dit punt is afgehandeld.
(…)
Aan de hoogte van het kookeiland kan volgens [naam] niets worden bijgesteld? “
Bij e-mailbericht van 18 mei 2011 deelde Vormvast aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] onder meer het volgende mee:
“Ook over de hoogte van het kookeiland hebben we uitgebreid gesproken: een mogelijke oplossing was het hoge blad ook op 2cm te leveren. Hier hebben jullie niet voor gekozen. We kunnen het eiland niet lager maken dan het is.”
Vervolgens heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] Vormvast bij brief van 31 oktober 2011 in gebreke gesteld en Vormvast gesommeerd tot herstel van (onder andere) het gebrek ten aanzien van de hoogte van het kookeiland binnen drie weken.
Op grond van deze feiten staat naar het oordeel van de kantonrechter wel vast dat Vormvast is tekortgeschoten in de nakoming van haar verbintenis tot levering van een kookeiland op de overeengekomen hoogte. Het feit dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet ingegaan is op de door Vormvast voorgestelde oplossing tot levering van een werkblad dat 4 cm minder dik is, maakt dat niet anders. Niet gezegd kan worden dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gehouden was op dat (van de overeenkomst afwijkende) aanbod in te gaan. Vormvast stelt dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] na vervanging van het hoge blad gedurende zeer lange tijd daadwerkelijk gebruik gemaakt heeft van de keuken, zonder aan Vormvast te melden dat sprake zou zijn van een onacceptabele situatie. Wellicht heeft Vormvast hiermee willen aanvoeren dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet heeft voldaan aan haar klachtplicht. Dat betoog kan dan niet gevolgd worden aangezien tussen partijen niet in geschil is dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] onmiddellijk (en dus binnen bekwame tijd in de zin van art. 7:23 BW) na de levering van de keuken heeft gemeld dat de hoogte van het kookeiland niet conform de afspraak was. Vormvast was bovendien van begin af aan op de hoogte van het feit dat het geleverde kookeiland niet aan de overeenkomst beantwoordde en nergens blijkt uit dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] akkoord gegaan is met de afwijkende hoogte. Dat laatste kan ook niet afgeleid worden uit het feit dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de keuken (en dus ook het kookeiland) in gebruik genomen heeft. De kantonrechter is van oordeel dat Vormvast ten aanzien van dit onderdeel in verzuim verkeert, nu uit het e-mailbericht van 18 mei 2011 blijkt dat zij in de nakoming van haar verbintenis op dit onderdeel zou tekortschieten, zodat zij reeds op dat moment in verzuim geraakt is. Vormvast kan dan niet (met succes) stellen dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] reeds eerder, (op een onbekend gebleven datum) met de nakoming van haar betalingsverplichting in verzuim verkeerde, dat wil zeggen voordat zij zelf in verzuim geraakte.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft bij conclusie van antwoord in conventie (tevens conclusie van eis in reconventie) de verbintenis met Vormvast omgezet in een tot vervangende schadevergoeding. Aangezien Vormvast in verzuim verkeert met betrekking tot de levering van een kookeiland op de overeengekomen hoogte en haar met voornoemd processtuk door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] schriftelijk medegedeeld is dat hij schadevergoeding in plaats van nakoming vordert, zal in reconventie vastgesteld dienen te worden hoe hoog de schadevergoeding in verband met deze tekortkoming in de nakoming dient te zijn.
de zes punten zoals vermeld op bladzijde 2 van dit vonnis
Voor wat betreft de punten 2. tot en met 6. staat, nu Vormvast dat niet betwist heeft, vast dat er sprake is van een tekortkoming in de nakoming. Voorts staat vast dat Vormvast met de nakoming van haar verbintenis ten aanzien van die punten in verzuim verkeert. Dit verzuim is in ieder geval ingetreden na ommekomst van de termijn die [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] haar gegeven heeft bij brief van 31 oktober 2011. Het verweer van Vormvast dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] geen opschortings- en/of verrekeningsrecht toekomt omdat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] reeds in verzuim was, moet verworpen worden. Een concrete datum waarop [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] volgens Vormvast in verzuim was, is door haar immers niet gesteld. Ook uit het feit dat zij wettelijke rente over het voor de keuken (exclusief koffiemachine) door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] nog verschuldigde bedrag van € 2.642,80 vordert vanaf 31 januari 2012 omdat op die datum [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] medegedeeld is dat er sprake is van crediteursverzuim, volgt niet dat en vanaf welke datum [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] daadwerkelijk in verzuim verkeerde met betrekking tot de betaling van dit bedrag.
Ook ten aanzien van deze punten zal in reconventie beoordeeld dienen te worden welke schade zich voor vergoeding ex art. 6:87 BW leent.
Ten aanzien van de lakbeschadigingen in de schuifdeuren (punt 1.) wordt als volgt overwogen.
Vormvast stelt zich op het standpunt dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] haar niet in staat gesteld heeft die beschadigingen te herstellen. Reeds in haar exploot heeft Vormvast aangevoerd dat zij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft aangeboden de deuren te demonteren en opnieuw te laten spuiten (bij de fabrikant) in Italië. Voorts heeft zij gesteld dat voor de twee tot drie weken dat de deuren “weg zouden zijn” het voor haar niet mogelijk was om aan de wens van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tegemoet te komen om vervangende deuren aan haar ter beschikking te stellen aangezien de schuifdeuren “maatwerkdeuren” zijn. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft hiertegen (bij antwoord in conventie) enkel aangevoerd dat, anders dan Vormvast stelt, een en ander twee tot drie maanden zou duren. Zij betwistte evenwel (aanvankelijk) niet dat het tijdelijk plaatsen van vervangende schuifdeuren niet mogelijk was omdat het maatwerkdeuren zijn. Eerst bij dupliek stelde [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] dat er geen sprake zou zijn van maatwerkdeuren en dat tijdelijke vervanging van maatwerkdeuren bovendien wel mogelijk zou zijn. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft zij dit te laat aangevoerd, aangezien Vormvast hierop niet meer heeft kunnen reageren. De kantonrechter gaat er derhalve van uit dat tijdelijke vervanging van de geleverde schuifdeuren door andere schuifdeuren niet mogelijk was omdat het om maatwerkdeuren gaat. Hieruit volgt dat er, omdat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet akkoord gegaan is met het opnieuw laten spuiten van de geleverde schuifdeuren in Italië, geen sprake kan zijn van verzuim aan de zijde van Vormvast. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft Vormvast immers niet in staat willen stellen de tekortkoming in de nakoming te herstellen. Vormvast is ten aanzien van dit onderdeel dan ook niet in verzuim geraakt. Daarom kon [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de verbintenis op dit onderdeel ook niet omzetten in een verbintenis tot schadevergoeding als bedoeld in art. 6:87 BW. Het opschortings- en verrekeningsverweer gaat derhalve op dit onderdeel niet op.
de verlichting boven het kookeiland
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt dat Vormvast ook ten aanzien van de aangebrachte verlichting boven het kookeiland is tekortgeschoten in de nakoming van haar verbintenis. Na de gemotiveerde betwisting van Vormvast heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te weinig concrete stellingen geponeerd om tot het oordeel te kunnen komen dat Vormvast op dit punt tekortgeschoten is. Het enkele feit dat er tussen partijen gecorrespondeerd is over de verschuiving van de lichtpunten en over “modular plafondringen”, wijst er niet (zonder meer) op dat Vormvast tekortgeschoten is.
Reeds om die reden komt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ten aanzien van dit onderdeel geen schadevergoeding ex art. 6:87 BW toe, zodat ook een verrekenings- en opschortingsverweer op dit punt niet kan slagen. Bovendien is gesteld noch gebleken dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] Vormvast op enig moment in gebreke gesteld heeft met betrekking tot dit onderdeel van de overeenkomst.
onjuiste voorlichting Vormvast over rookkanaal en incorrecte voorbereiding kastenwand keuken
Eerst bij dupliek in conventie voerde [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aan dat Vormvast op deze onderdelen tekortgeschoten is in de nakoming van haar verbintenis. Aangezien Vormvast hier niet op heeft kunnen reageren, zou reeds om die reden geoordeeld kunnen worden dat deze eventuele tekortkomingen geen reden voor verrekening en opschorting kunnen opleveren.
Daarnaast moet geoordeeld worden dat nergens uit blijkt dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] Vormvast op deze punten in gebreke gesteld heeft en dat derhalve niet geconcludeerd kan worden dat Vormvast in verzuim verkeert. Ook op deze onderdelen kan derhalve het verrekenings- en opschortingsverweer niet opgaan.
de badkamer
Ten aanzien van het badkamermeubel stelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zich op het standpunt dat achteraf bleek dat de kast nog gemonteerd diende te worden. Wat hier verder ook van zij, gesteld noch gebleken is dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] hierdoor schade ondervonden heeft. Derhalve valt niet in te zien waarom [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] dit aanvoert als een grond voor verrekening/opschorting.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelling dat het badkamermeubel zonder achterwand geleverd is, is gelet op hetgeen partijen over en weer aangevoerd hebben, evenmin grond om schade aan de zijde van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aan te nemen. Uit het tussen partijen gevoerde voortgezette debat blijkt dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] het badkamermeubel ongezien en naar eigen zeggen op aanraden van Vormvast gekocht heeft. Het standpunt van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] dat Vormvast gehouden was mede te delen dat het badkamermeubel geen achterwand had, onderschrijft de kantonrechter niet. Op zichzelf genomen is het immers niet ongebruikelijk dat een badkamermeubel geen achterwand heeft. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] licht verder niet toe waarom dat in dit geval anders zou zijn. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] had derhalve ook zelf, nu dat kennelijk voor hem zo belangrijk was, kunnen informeren of het badkamermeubel een achterwand had. Ook op dit punt is er derhalve geen sprake van een tekortkoming in de nakoming van de verbintenis door Vormvast, zodat ook dit onderdeel geen grond biedt voor verrekening en/of opschorting.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voerde voorts aan dat er sprake is van een probleem met de waterdruk in de douches. Zij wees er in dat verband op dat de badkamer is ingericht conform een door Vormvast getekend ontwerp, door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] overgelegd als productie 7. Naar aanleiding van het verweer van Vormvast dat zij niet verantwoordelijk is voor de waterdruk in de woning, heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet verder concreet onderbouwd dat en waarom Vormvast tekortgeschoten is in de nakoming van de overeenkomst in die zin dat het (onbekend gebleven probleem) met de waterdruk in de douches veroorzaakt is door, althans voor rekening en risico komt van Vormvast. Het enkele feit dat er door Vormvast een (schets)ontwerp met betrekking tot de badkamer gemaakt is, is onvoldoende onderbouwing voor het standpunt van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te dien aanzien.
Dat laatste geldt evenzeer voor de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] naar voren gebrachte problemen met de glaswand. Niet in geschil is dat Vormvast een (schets)ontwerp gemaakt heeft met betrekking tot de doucheruimte en dat daarop tevens met twee dikkere lijnen een wand getekend is die de doucheruimte afschermt van de badkamer. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft op die plek een glaswand laten aanbrengen. Vaststaat dat die glaswand niet door Vormvast geplaatst is. Dat Vormvast die tekening vervaardigd heeft, is op zichzelf genomen onvoldoende onderbouwing voor [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelling dat Vormvast verantwoordelijk is te houden voor de waterlekkage bij gebruik van de douche die zich het dichtst bij die glaswand bevindt.
Resumerend
In beginsel zijn van de in conventie gevorderde hoofdsommen de volgende bedragen toewijsbaar:
1.
een bedrag van € 900,00 (met betrekking tot de badkamer);
2.
een bedrag van € 559,79 (met betrekking tot de koffiemachine);
3.
een bedrag van € 2.642,80 (met betrekking tot de keuken).
Vaststaat evenwel dat er sprake is van een tekortkoming in de nakoming van Vormvast met betrekking tot:
  • de hoogte van het door haar geleverde kookeiland (3 centimeter hoger dan tussen partijen overeengekomen is);
  • de punten 2. tot en met 6. zoals vermeld in de derde alinea van bladzijde 2 van dit vonnis.
Op deze onderdelen verkeert Vormvast in verzuim. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vordert in reconventie schadevergoeding (nader op te maken bij staat) op grond van artikel 6:87 BW. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voor wat betreft de aan Vormvast verschuldigde bedragen onder 1. tot en met 3. zich gelet op deze (vooralsnog qua omvang onbekende) door Vormvast verschuldigde schadevergoeding terecht op zijn opschortingsbevoegdheid beroepen. Hieruit volgt dat de door Vormvast tot op heden gevorderde rente over die bedragen niet toewijsbaar is, waar verzuim van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] door de gerechtvaardigd te achten opschorting vooralsnog uitgebleven is.
In het licht van hetgeen hiervoor overwogen is, acht de kantonrechter het opportuun om partijen enige tijd de gelegenheid te geven voor onderling overleg om een minnelijke regeling te beproeven ter zake van hetgeen te beslissen resteert.
Partijen dienen bij akte de kantonrechter te informeren over de uitkomst van dat overleg en de gevolgen die zij daaraan verbinden voor deze procedure (in conventie en in reconventie). Indien het overleg geen resultaat opgeleverd heeft, dienen zij zich in die akte voorts uit te laten over de vraag of en hoe zij de in reconventie aan de orde zijnde schade aan de zijde van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] (reeds thans - dus zonder een schadestaat -) denken te kunnen begroten. Indien dan mocht blijken dat partijen over de hoogte van die schade substantieel van mening verschillen, is de kantonrechter voornemens een deskundige te benoemen teneinde die schade te begroten. Partijen dienen zich daarbij dan wel te realiseren dat de kosten van die deskundige (wellicht) niet in redelijke verhouding zullen staan tot hetgeen over en weer toewijsbaar wordt geacht.

BESLISSING

Stelt partijen in de gelegenheid een akte te nemen conform hetgeen hiervoor overwogen is.
Verwijst de zaak daartoe naar de rolzitting van 19 februari 2014.
Houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.W.M.A. Staal, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken.