Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
Vonnis van de kantonrechter van 6 augustus 2014
[eiseres]
de maatschap DIERENKLINIEK STRIJTHAGEN-SIMPELVELD
De procedure
Het geschil
.
De feiten
- [eiseres], geboren [geboortedatum], is van 16 september 1991 tot 1 oktober 2013 krachtens arbeidsovereenkomst als parttime dierenartsassistente in dienst van STRIJTHAGEN geweest, laatstelijk tegen een maandloon van € 1 709,52 bruto exclusief vakantiebijslag e.d.
- Bij brief d.d. 6 mei 2013 van haar toenmalige gemachtigde W.J.H. Franssen te Kerkrade heeft STRIJTHAGEN het UWV WERKbedrijf om toestemming verzocht de arbeidsovereenkomst van de beide assistentes [eiseres] en [naam 3] (die kon bogen op veel minder dienstjaren dan [eiseres]) op te zeggen wegens bedrijfseconomische noodzaak (omzetdaling en structurele werkvermindering), die geleid heeft tot de beleidsbeslissing de functie van dierenartsassistente geheel te laten vervallen (‘deze hele afdeling op te heffen’).
- Drie andere assistentes in dienst van STRIJTHAGEN bleven buiten de UWV-procedure omdat zij een arbeidsovereenkomst voor bepaalde duur hadden die in de loop van 2013 afliep en niet werd verlengd.
- Slechts voor de drie dierenartsen (twee maten, één in loondienst van de maatschap) zou aldus emplooi in de onderneming blijven (blijkens het overzicht van het ‘personeelsbestand’ dat deel uitmaakte van het toestemmingsverzoek).
- Volgens de brief van 6 mei 2013 aan het UWV zouden de betrokken werkneemsters pas op de dag daarna, 7 mei 2013, geïnformeerd worden over deze voor hen uiterst gewichtige ontwikkeling.
- In het namens [eiseres] gevoerde verweer ten overstaan van UWV WERKbedrijf is benadrukt dat [eiseres] bij keuze voor handhaving van de functie van slechts één assistente op grond van anciënniteit in aanmerking zou komen voor behoud van haar arbeidsplaats. Reeds bij die gelegenheid heeft [eiseres] het vermoeden uitgesproken dat STRIJTHAGEN (eventueel na de winter) nieuwe assistentes zou aannemen en dat het werkgeefster er slechts om te doen was op een makkelijke manier van haar twee vaste werknemers af te komen met een beroep op een kostenbesparing die ook langs andere weg te realiseren zou zijn.
- Reeds op 5 juni 2013 en na slechts één schriftelijke ronde (verzoek en verweer) heeft het UWV WERKbedrijf conform unaniem advies van de Ontslagadviescommissie aan STRIJTHAGEN toestemming tot opzegging verleend.
- De toetsende instantie had - met inachtneming van het Ontslagbesluit - de door STRIJTHAGEN beschikbaar gestelde cijfermatige en bedrijfsmatige gegevens (waaronder stukken van de accountant) voldoende geacht om uit te kunnen gaan van de aannemelijkheid van een geleidelijke omzetdaling van structurele aard, die het ‘in het kader van pro-actief beleid voorstelbaar’ maakte dat op dat moment actie ondernomen werd, waarbij de keuze om de functie dierenartsassistente op te heffen ‘een redelijke’ werd geacht en tevens passend binnen de beleidsvrijheid van een ondernemer / werkgever, zodat de economische noodzaak aannemelijk gemaakt was.
- Omdat alle arbeidsplaatsen vervielen, was afspiegeling niet aan de orde en het feit dat [eiseres] ook andere dan alleen ‘paraveterinaire’ taken vervulde, maakte dat volgens het UWV WERKbedrijf niet anders .
- Tevens achtte het UWV WERKbedrijf in voldoende mate aannemelijk gemaakt dat voor STRIJTHAGEN mogelijkheden tot herplaatsing van [eiseres] intern én extern ontbraken, stellend dat [eiseres] de toetsingsinstantie niet had weten te overtuigen van de gerechtvaardigdheid van haar bezwaren tegen het gevoerde personeelsbeleid.
- Aan de toestemming werd voor STRIJTHAGEN de gebruikelijke clausule / voorwaarde verbonden: “
- Bij brief van 10 juni 2013 heeft de heer Franssen namens STRIJTHAGEN de arbeidsovereenkomst (‘het dienstverband’) opgezegd tegen 1 oktober 2013.
- Door middel van een protestbrief van 12 november 2013 heeft Abvakabo FNV namens [eiseres] geopponeerd tegen de opzegging wegens het feit [eiseres] had moeten bemerken dat (buiten haar om) ‘vanaf 1 oktober 2013 een andere werkneemster op haar plek zat’, die zich ook als assistente presenteerde, waarmee de door het UWV gestelde voorwaarde geschonden werd.
- In eerste instantie heeft [eiseres] zich deswege beroepen op vernietigbaarheid van de opzegging in strijd met de voorwaarde, terwijl zij thans (in deze procedure) haar vordering anders ingericht heeft.
De beoordeling
- Kosten exploot van dagvaarding € 104,80
- Griffierecht € 462,00
- Salaris gemachtigde € 800.00