Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.[gedaagde 1],
[gedaagde 2],
[gedaagde 3],
1.De procedure
- Het exploot van dagvaarding d.d. 28 oktober 2014;
- Het verhandelde ter gelegenheid van de mondelinge behandeling ter terechtzitting van 13 november 2014, waar alle partijen en de twee raadslieden verschenen zijn.
2.De feiten
t/m december 2012reeds waren verwerkt) het slot van de veroordeling onder 5.2 van dat vonnis had dienen te luiden: "
(…), te vermeerderen met de maandelijkse huurtermijnenmet ingang van januari 2013tot aan de dag dat het pand aan hen wordt geleverd".
3.Het geschil
- partijen zijn kinderen en erfgenamen van dhr. [naam overledene], overleden te Genk (België) op [overlijdensdatum] en laatstelijk gewoon hebbend te Geleen, gemeente Sittard-Geleen;
- [gedaagde 3] heeft de overige erfgenamen in rechte betrokken om verdeling van de nalatenschap te bewerkstelligen;
- daarop heeft deze rechtbank bij vonnis van 16 oktober 2013 de verdeling vastgesteld;
- tegen dat vonnis heeft geen van partijen hoger beroep ingesteld;
- het belangrijkste bestanddeel van de nalatenschap is de onroerende zaak aan de [adres], een cafetaria met bovenwoning, en de daarop rustende hypothecaire schuld;
- de cafetaria wordt (van de gemeenschap) gehuurd door [gedaagde 1] en [gedaagde 2], de bovenwoning door [gedaagde 3];
- ondanks herhaalde verzoeken van [eiseres] en haar zus [gedaagde 3], en in weerwil van toezeggingen van de zijde van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] om daartoe over te gaan, is de in rechte vastgestelde verdeling tot op de dag van dagvaarden niet uitgevoerd;
- de rechtbank heeft in haar vonnis niet bepaald hoe de overdracht te realiseren zou zijn bij gebreke van medewerking van de deelgenoten aan de vastgestelde verdeling;
- [gedaagde 1] en [gedaagde 2] weigeren (althans laten na) er aan mee te werken dat de notaris de akte van verdeling en levering passeert;
- zij heeft er recht op en belang bij dat de verdeling zoals de rechtbank die - onherroepelijk - heeft vastgesteld, nu daadwerkelijk wordt uitgevoerd;
- zij heeft een rechtens te respecteren belang dat partijen op korte termijn uit de impasse van hun gezamenlijke eigendom geraken, nu van haar niet kan worden verlangd dat zij - met het oog op wat haar in rechte onherroepelijk is toekend - een bodemprocedure aanhangig maakt, terwijl de tot de nalatenschap behorende eigendom al die tijd gemeenschappelijk blijft en in gebruik blijft bij [gedaagde 1], [gedaagde 2] en [gedaagde 3];
- de (huur)vorderingen op [gedaagde 1], [gedaagde 2] en [gedaagde 3] lopen voortdurend op en dreigen onverhaalbaar te worden, en de vaste lasten die met de eigendom van de onroerende zaak gepaard gaan, blijven ook zolang het duurt verschuldigd;
- zij vordert daarom medewerking van [gedaagde 1], [gedaagde 2] en [gedaagde 3] aan de tenuitvoerlegging van de in rechte vastgestelde verdeling, op straffe van door [gedaagde 1], [gedaagde 2] en [gedaagde 3] te verbeuren dwangsommen;
- indien [gedaagde 1], [gedaagde 2] en [gedaagde 3] zelfs onder de druk van de (maximaal) te verbeuren dwangsommen niet tot uitvoering van de door de rechtbank vastgestelde verdeling willen of kunnen overgaan, heeft zij er recht op dat in rechte kan worden afgedwongen dat de onroerende zaak te koop wordt gezet, wordt verkocht en in eigendom wordt overgedragen aan een derde;
- gelet op het vorenstaande heeft zij een spoedeisend belang bij haar vorderingen.
4.De beoordeling
betekeningvan dit vonnis.
816,00