Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding van 4 april met producties,
- de brief van 25 mei 2016 van Vrijthof Mooi, met producties, en de mededeling dat door informatie verkregen naar aanleiding van het vonnis van 26 april 2016 in de zaak met kenmerk 218709 de onderbouwing van de vordering wijzigt,
- de incidentele conclusie tot primair tussenkomst, subsidiair voeging, van Winterevents,
- de brief van 27 mei 2016 van Vrijthof Mooi, met productie,
- de brief van 27 mei 2016 van de Gemeente, met producties,
- de akte houdende – onder meer – incidentele conclusie interventie van Duursma, met producties,
- de brief van Winterevents met het verzoek te bevelen de stukken aan haar te doen toekomen,
- de mondelinge behandeling van 30 mei 2016,
- de pleitnota van Vrijthof Mooi,
- de pleitnota van de Gemeente,
- de pleitnota van Winterevents.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
In de hoofdzaak
scopevan het geding dienen gepasseerd te worden, omdat Vrijthof Mooi de grondslag van haar vordering, namelijk dat op de onderaannemer de uitsluitingsgronden van toepassing zijn en/of de onderaannemer niet voldoet aan de geschiktheidseisen, en dat er onmogelijke scores zijn behaald door Winterevents, niet heeft verlaten. Vrijthof Mooi moest noodgedwongen speculeren over de feitelijke invulling van haar stellingen. Deze feitelijke grondslag is gelet op het verloop van de procedure na het nemen van de gunningsbeslissing en de aard van de procedure tijdig naar voren gebracht.
het organiseren van een evenement met een bezoekersaantal van tenminste 20.000 bezoekers (over de gehele periode) en een minimale duur van twaalf dagen exclusief op- en afbouwtijd, en
het organiseren van een evenement met meerdere sfeervolle onderdelen, waaronder tenminste het aanbieden van etenswaren, (alcoholische) dranken, shopping en attracties.
shoppen) regel is. Dat een en ander niet blijkt uit de website van De Kermisgids doet daar niet aan af.
kerncompetentie 1. Vrijthof Mooi stelt dat het daarbij moet gaan om een kerst- of winterevenement, omdat de bewoordingen van de geschiktheidseisen moeten worden geïnterpreteerd in het licht van de opdracht. En omdat De Kermisgids geen ervaring heeft met kerst- of winterevenementen kan Winterevents zich niet op de ervaring van De Kermisgids beroepen, zodat de inschrijving terzijde moet worden gelegd, aldus Vrijthof Mooi. De voorzieningenrechter kan Vrijthof Mooi niet volgen in haar stellingen. De objectieve betekenis van “een evenement“ dat tenminste 12 dagen duurt, de tijd van opbouwen en afbreken niet meegerekend, waar gedurende de hele periode van dat evenement tenminste 20.000 bezoekers zijn geweest, kan door de normaal oplettende en behoorlijk geïnformeerde inschrijver niet mis worden verstaan. De Gemeente wil kennelijk dat de inschrijver kan bogen op ervaring met een langdurig en grootschalig evenement.
kerncompetentie 2. Dat kon inderdaad voor elke inschrijver duidelijk zijn. Vrijthof Mooi stelt dat het daarbij moet gaan om een kerst- of wintersfeer en om het verhandelen van waren die refereren aan kerst of winter en om ambachtelijke producten, alsmede het tonen van die ambachten, omdat de bewoordingen van de geschiktheidseisen moeten worden geïnterpreteerd in het licht van de opdracht. En omdat De Kermisgids geen ervaring heeft met kerst- of winterevenementen en op kermissen louter speelgoed en snoepgoed wordt verhandeld, kan Winterevents zich niet op de ervaring van De Kermisgids beroepen, zodat de inschrijving terzijde moet worden gelegd, aldus Vrijthof Mooi.
– vermaak, eten en drinken, winkelen – gezamenlijk een bepaalde sfeer uitstralen. De aard of het thema van dat evenement is ook daarbij niet van belang. Een verenging van kerncompetentie 2 zou bovendien juist strijdig zijn met de algemene doelstellingen van het aanbestedingsrecht, gelijk hiervoor overwogen ten aanzien van kerncompetentie 1.
€ 816,00 aan salaris advocaat en € 619,00 aan griffierecht. De rente en nakosten worden toegewezen.
€ 816,00 aan salaris advocaat. De nakosten worden toegewezen.