In deze zaak heeft de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid DE VIER GEWESTEN BV (DVG) een kort geding aangespannen tegen de Gemeente Peel en Maas. DVG vorderde primair dat de Gemeente de gunning van de Europese openbare aanbesteding 'Leerlingenvervoer perceel 3' aan Munckhof Taxi B.V. zou intrekken, op straffe van een dwangsom. Daarnaast vorderde DVG dat, indien de Gemeente de opdracht nog wenst te gunnen, zij DVG in de gelegenheid zou stellen om bijlage IIIA alsnog over te leggen en tot herbeoordeling van de inschrijvingen over te gaan, ook op straffe van een dwangsom. Subsidiair vorderde DVG dat de aanbestedingsprocedure gestaakt zou worden en dat de Gemeente zou overgaan tot heraanbesteding van de opdracht, eveneens op straffe van een dwangsom.
DVG stelde dat zij bijlage IIIA niet had ingediend vanwege een fout of omissie die zich voor eenvoudig herstel leende. De Gemeente voerde verweer en stelde dat DVG's inschrijving niet volledig was en dat het ontbreken van bijlage IIIA leidde tot uitsluiting van verdere beoordeling. De voorzieningenrechter oordeelde dat DVG niet gevolgd kon worden in haar stelling dat het om een omissie ging die hersteld kon worden. De voorzieningenrechter concludeerde dat het ontbreken van bijlage IIIA een wezenlijk onderdeel van de inschrijving betrof, en dat het alsnog indienen van deze bijlage niet mogelijk was zonder de inschrijving wezenlijk te wijzigen.
Uiteindelijk wees de voorzieningenrechter de vordering van DVG af en veroordeelde DVG in de kosten van het geding, begroot op € 1.429,00, vermeerderd met wettelijke rente en nakosten. Het vonnis werd uitgesproken door mr. J.F.W. Huinen op 28 januari 2016.