ECLI:NL:RBLIM:2018:132

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
10 januari 2018
Publicatiedatum
9 januari 2018
Zaaknummer
6421542 \ CV EXPL 17-8445
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding huurovereenkomst en ontruiming van woonruimte na huurachterstand

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 10 januari 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Destion en de bewindvoerder van [X]. De eisende partij, Stichting Destion, vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning van [X] vanwege een huurachterstand. De huurprijs bedroeg € 566,73 per maand, en de huurachterstand was opgelopen tot € 3.331,95 per eind december 2017. De bewindvoerder van [X] voerde verweer en vroeg om uitstel van de ontbinding, omdat er wijzigingen waren in de privé-situatie van [X] en er een aanvraag voor huurtoeslag was gedaan. De kantonrechter oordeelde echter dat de huurachterstand toewijsbaar was en dat de ontbinding van de huurovereenkomst en de ontruiming moesten worden toegewezen. De bewindvoerder werd veroordeeld tot betaling van de huurachterstand, de wettelijke rente en de proceskosten. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Roermond
Zaaknummer: 6421542 \ CV EXPL 17-8445
Vonnis van de kantonrechter van 10 januari 2018
in de zaak van:
de stichting
STICHTING DESTION,
gevestigd te Gennep,
eisende partij,
gemachtigde Hafkamp Gerechtsdeurwaarders B.V.,
tegen:
[de bewindvoerder] ,in zijn hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van
[X],
kantoorhoudend [kantooradres bewindvoerder] ,
[plaats kantoor bewindvoerder] ,
procederende in persoon.
Partijen worden verder aangeduid als “Destion”, “ [de bewindvoerder] ” en “ [X] ”.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding, met producties;
  • de conclusie van antwoord, met producties;
  • de beslissing waarbij een comparitie van partijen is bepaald;
  • de comparitie die is gehouden op 12 december 2017;
  • de door Destion ter comparitie overgelegde productie.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[X] huurt van Destion de woning aan het adres [adres woning] te [plaats woning] tegen een huurprijs van thans € 566,73 per maand, telkens vóór of op de eerste van iedere maand bij vooruitbetaling te voldoen.
Het vermogen van [X] is bij beschikking van de kantonrechter van 1 september 2017 onder bewind gesteld met benoeming van [de bewindvoerder] als bewindvoerder.

3.Het geschil

3.1.
Destion vordert bij dagvaarding – samengevat – veroordeling van [de bewindvoerder] tot betaling van de op dat moment bestaande huurachterstand tot en met oktober 2017 ad € 2.765,22, een bedrag van € 329,77 aan buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met € 69,25 aan btw daarover, ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde, een en ander vermeerderd met rente en kosten als in de dagvaarding vermeld.
3.2.
[de bewindvoerder] voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Ter zitting is komen vast te staan dat de huurachterstand tot en met december 2017 € 3.331,95 bedraagt. [de bewindvoerder] heeft erkend dat dit bedrag betaald moet worden. De bij dagvaarding gevorderde huurachterstand is naar het oordeel van de kantonrechter daarmee toewijsbaar.
4.2.
[de bewindvoerder] verzet zich tegen de gevorderde ontbinding en ontruiming; er is nog wat tijd nodig om orde op zaken te stellen, de bewindvoering is pas op 1 september 2017 aangevangen. Sindsdien hebben zich wat wijzigingen voorgedaan in de privé-situatie van [X] . [de bewindvoerder] heeft inmiddels voor haar een uitkering en huurtoeslag aangevraagd. Zodra deze ontvangen zijn zal de huur over december en januari worden betaald. [de bewindvoerder] is van mening dat [X] nog een kans verdient en vraagt daarom de gevorderde ontbinding en ontruiming af te wijzen. Destion, op haar beurt, hoopt dat [X] met hulp van de bewindvoerder uit de problemen kan komen, maar wenst toch ook op dit punt een toewijzend vonnis “als stok achter de deur”.
Nu Destion haar eis op dit punt handhaaft moeten, gelet op de achterstand in de betaling, de gevorderde ontbinding en ontruiming naar het oordeel van de kantonrechter worden toegewezen.
4.3.
Het sub IIIb gevorderde wordt toegewezen ingaande december 2017, nu ter zitting vast is komen te staan dat de huur over de maanden oktober en november is betaald. Tot slot zijn de gevorderde rente en buitengerechtelijke incassokosten toewijsbaar, nu daartegen geen verweer is gevoerd.
4.4.
[de bewindvoerder] zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure. De kosten aan de zijde van Destion worden begroot op:
  • dagvaarding € 99,21
  • griffierecht 470,00
  • salaris gemachtigde
totaal € 919,21

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
ontbindt de bestaande huurovereenkomst met betrekking tot het gehuurde, staande en gelegen aan het adres [adres woning] te [plaats woning] ,
5.2.
veroordeelt [de bewindvoerder] , om binnen twee weken na betekening van dit vonnis het gehuurde met personen en zaken te ontruimen en te verlaten en met afgifte van de sleutels ter vrije beschikking van Destion te stellen,
5.3.
veroordeelt [de bewindvoerder] om aan Destion tegen behoorlijk bewijs van kwijting te voldoen een bedrag van € 3.164,24, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 2.765,22 vanaf 16 oktober 2017 tot aan de dag der algehele voldoening,
5.4.
veroordeelt [de bewindvoerder] voorts om aan Destion tegen behoorlijk bewijs van kwijting te voldoen een bedrag van € 566,73 per maand of gedeelte daarvan, ingaande 1 december 2017 tot aan het tijdstip der ontruiming, onder voorbehoud van de eventuele (wettelijk) toegestane huurverhogingen,
5.5.
veroordeelt [de bewindvoerder] ten slotte in de proceskosten aan de zijde van Destion gevallen en tot op heden begroot op € 919,21,
5.6.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
5.7.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.A.J. van Leeuwen en in het openbaar uitgesproken.
type: EB
coll: