Op 20 maart 2018 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die in de periode van 1 januari 2015 tot en met 18 februari 2016 opzettelijk 52 hennepplanten heeft geteeld en 25,5 gram henneptoppen aanwezig heeft gehad. De verdachte, geboren in 1980 en wonende in [woonplaats verdachte], werd bijgestaan door mr. J.C. Oudijk, advocaat te Venlo. Tijdens de zitting op 6 maart 2018 was de verdachte niet aanwezig, maar zijn gemachtigde raadsman wel. De officier van justitie stelde dat er een redelijk vermoeden van overtreding van de Opiumwet was, gebaseerd op bevindingen van de wijkagent en een uitgevoerde netmeting. De verdediging betoogde dat er sprake was van onherstelbare vormverzuimen, waardoor de officier van justitie niet-ontvankelijk zou moeten worden verklaard. De rechtbank verwierp dit verweer en oordeelde dat het binnentreden en de doorzoeking rechtmatig waren, aangezien de verdachte toestemming had gegeven voor de doorzoeking van zijn woning. De rechtbank achtte het bewezen dat de verdachte opzettelijk 52 hennepplanten had geteeld en 25,5 gram henneptoppen aanwezig had gehad, en legde een geldboete van € 2.500,00 op, subsidiair 35 dagen hechtenis. De rechtbank overwoog dat de verdachte meerdere keren hennepplanten had geteeld en dat dit bijdroeg aan de illegale hennepteelt in Limburg, wat ernstige risico's met zich meebrengt voor de samenleving.