In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 19 augustus 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen MEDIA MARKT VENLO B.V. en een gedaagde partij. De eisende partij, MEDIA MARKT VENLO B.V., vorderde betaling van een bedrag van € 6.339,39, vermeerderd met rente en kosten, op basis van onverschuldigde betaling. De gedaagde partij had een factuur van € 6.360,00 ontvangen, welke door de eisende partij tweemaal was voldaan. De gedaagde partij erkende de hoofdsom van € 5.233,00, maar betwistte de bijkomende kosten en stelde dat de eisende partij te snel de vordering ter incasso had uit handen gegeven.
De kantonrechter oordeelde dat de eisende partij niet voldoende had aangetoond dat de gedaagde partij op de hoogte was van de aanmaningen en dat de vordering onterecht was uit handen gegeven. Hierdoor werden de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten afgewezen. De kantonrechter wees echter de proceskosten toe aan de eisende partij, omdat de gedaagde partij de procedure had afgeroepen door niet tijdig te betalen. De totale proceskosten werden begroot op € 1.188,61.
De beslissing van de kantonrechter houdt in dat de gedaagde partij wordt veroordeeld tot betaling van het erkende bedrag van € 5.233,00, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 11 juni 2019, en dat de gedaagde partij de proceskosten dient te vergoeden. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders gevorderde is afgewezen.