Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
4 juni 2021van de rechtbank Limburg naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het wijzigen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 8:12 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz),
verblijvende bij de [verblijfplaats] ,
1.Procesverloop
- de beslissing tijdelijk verplichte zorg van de zorgverantwoordelijke d.d. 30 mei 2021;
- de brief aan betrokkene met informatie over het verlenen van tijdelijke verplichte zorg d.d. 30 mei 2021;
- de beslissing tijdelijke verplichte zorg d.d. 31 mei 2021;
- het zorgplan d.d. 1 juni 2021.
- de brief met informatie over het verlenen van tijdelijke verplichte zorg d.d. 1 juni 2021;
- de aanvraag wijziging zorgmachtiging van de zorgverantwoordelijke d.d. 1 juni 2021;
- het advies en aanvraag van de geneesheer-directeur d.d. 1 juni 2021.
- betrokkene,
- de advocaat van betrokkene mr. Houben,
- de verpleegkundig specialist [naam 1] .
2.Standpunten tijdens de mondelinge behandeling
3.Beoordeling
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- opnemen in een accommodatie.
- toedienen van medicatie;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- opnemen in een accommodatie.
het controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen’niet noodzakelijk is geweest of zal zijn omdat betrokkene open is over het gebruik van middelen. De rechtbank zal deze vorm van verplichte zorg dan ook niet toevoegen aan de zorgmachtiging.
- toedienen van medicatie;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- opnemen in een accommodatie.
4.Beslissing
[betrokkene] ,geboren te [plaats] op [geboortedatum] 1967,
- toedienen van medicatie;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- opnemen in een accommodatie;