[eiser] vordert - samengevat - dat de kantonrechter bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] zal:
I. veroordelen om het gehuurde binnen 24 uur na betekening van dit vonnis aan [eiser] ter beschikking te stellen en aan [eiser] het ongestoorde gebruik c.q. genot van het gehuurde te verschaffen en te blijven verschaffen, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 500,00 per dag tot een maximum van € 25.000,00;
II. veroordelen om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis een werkende sleutel van het gehuurde te verstrekken aan [eiser] ;
III. veroordelen om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis alle eigendommen van [eiser] terug te geven door [eiser] de sleutel en/of code te overhandigen van de opslagruimte waar deze spullen zich bevinden, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 500,00 (de kantonrechter begrijpt: per dag) tot een maximum van € 20.000,00;
IV. verbieden om, nadat het gehuurde ter beschikking is gesteld aan [eiser] , het gehuurde te betreden zonder voorafgaande toestemming van [eiser] , op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.000,00 per overtreding met een maximum van € 20.000,00;
V. veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke kosten ad € 907,50 inclusief btw;
VI. veroordelen in de proces- en nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.