Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Het verdere verloop van de procedure
2.De wijziging van de vordering en het verweer daarop
€ 2.751.946,00wegens misgelopen winst in het nieuwe gezondheidscentrum,
€ 683.789,00wegens misgelopen winst in de praktijk aan de [adres 1] , en het wegvallen van de huidige praktijk in de [adres 2] ,
€ 217.000,00wegens misgelopen goodwill bij verkoop van een onderdeel van de vof,
3.De verdere beoordeling
- Op dat moment ging het om een verwachte investering van € 4,5 mio, waarvan Omni-Tact zelf € 1,5 mio zou inbrengen en een lening werd gevraagd van € 3 mio. Bij de door ABN-AMRO gevraagde zekerheden staat o.a. dat de “Loan-to-value” maximaal 65% dient te zijn bij aanvang en na 10 jaar 50%. Voorts staat als voorwaarde genoemd dat de “debt service coverage ratio” na oplevering te allen tijde minimaal 1,20 diende te zijn.
investeringssomvan
€ 6.164.000,00 exclusief BTW. In dit stuk worden de bouwkosten (exclusief de sloopkosten) begroot op een bedrag van € 4.866.700,00 exclusief btw.
€ 165.000,- groot. Per m2 te bouwen Bruto Vloer Oppervlakte (BVO) betreft het een som ad € 122,75 (€ 165.000/1.469,6 m2). Bij het handhaven van een gemiddelde huurprijs van
€ 122,75 zou de totale huursom € 224.427,- bedragen. Voor [naam] was het zogenaamde Bruto Aanvangs Rendement (BAR) de eerste indicator om het project te toetsen. Vastgoedinvesteerders en -financiers beoordelen het vastgoed op basis van de BAR. Het betreft de huuropbrengst van het eerste jaar afgezet tegen de totale investering. De BAR zou gelet op de mogelijke huuropbrengst 3,4% bedragen. Een marktconforme BAR lag in 2019 rond de 6%.
De onderhavige overeenkomst en de huurovereenkomst tussen huurder en verhuurder worden aangegaan onder de ontbindende voorwaarde dat verhuurder de benodigde vergunning en financiering voor de realisatie van het Medisch Centrum niet krijgt.” Deze ontbindende voorwaarde is in de overeenkomst niet nader uitgewerkt en er is niet gesteld of gebleken dat partijen hier verder veel aandacht aan hebben besteed en/of afspraken over hebben gemaakt. Niet is vastgelegd welke inspanningen van Omni-Tact werden verwacht en evenmin op welke wijze Omni-Tact een beroep op het financieringsvoorbehoud diende te onderbouwen. Partijen verschillen nu over de uitleg van deze bepaling. Omni-Tact stelt zich op het standpunt dat de door [naam] gemaakte exploitatiebegroting van het gezondheidscentrum, in het licht van de eisen die de banken stellen aan het verstrekken van een financiering, zodanig was dat het zinloos was een financieringsaanvraag te doen, [eiseres] stelt zich kennelijk op het standpunt dat Omni-Tact er alles aan had moeten doen om het gezondheidscentrum financieel van de grond te krijgen, zelfs als dat inhield dat zij daarvoor haar volledige eigen vermogen, het vermogen van aan haar gelieerde BV’s en zelfs privévermogen van haar aandeelhouders moest aanwenden.
nietmee, dat Omni-Tact haar gehele eigen vermogen, dat van aan haar gelieerde vennootschappen en van haar aandeelhouders moest aanwenden om het gezondheidscentrum te realiseren. Gelet op de rol die de eisen van redelijkheid en billijkheid spelen bij de uitleg van het beding, kan dat standpunt niet worden gevolgd. Bovendien gaat [eiseres] er met het innemen van dat standpunt aan voorbij dat – gelet op de door haar niet betwiste voorwaarde dat de loan-to-value maximaal 65% mag zijn – ook bij het wel kunnen verkrijgen van de benodigde financiering, Omni-Tact hoe dan ook 35% van de benodigde investeringssom met eigen middelen had moeten voldoen en daar kennelijk ook toe bereid was.
- gemachtigde salaris € 5.554,50 ( 3,5 x tarief € 1.587,00)
- taxe getuigen
- totaal € 6.624,70