ECLI:NL:RBLIM:2025:10162
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake proceskostenveroordeling in civiele procedure met betrekking tot bijzondere overeenkomst
In deze civiele procedure, behandeld door de Kantonrechter in Maastricht, is op 15 oktober 2025 een vonnis gewezen in de zaak met zaaknummer 11464234. De eiseres in conventie, vertegenwoordigd door B. Visser van Juristu Incasso Juristen B.V., heeft een vordering ingesteld tegen de gedaagde in conventie, die ook als eiser in reconventie optreedt. De procedure is gestart met een exploot van dagvaarding, waarbij de kantonrechter in een tussenvonnis van 16 juli 2025 B. Visser in de gelegenheid heeft gesteld om zijn standpunt naar voren te brengen over een voornemen tot proceskostenveroordeling. B. Visser heeft echter geen akte ingediend, wat de kantonrechter ertoe heeft gebracht om het voornemen te handhaven. De kantonrechter heeft geoordeeld dat B. Visser als gemachtigde van de eisende partij is aangemerkt, ondanks dat er enige verwarring was over de status van de eisende partij. Uiteindelijk is B. Visser veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die zijn begroot op € 678,00, inclusief wettelijke rente indien deze kosten niet tijdig worden voldaan. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.