Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 22 oktober 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Woonpunt en een gedaagde huurder. Woonpunt vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde vanwege een aanzienlijke huurachterstand van € 6.319,92. De gedaagde had erkend dat hij in gebreke was gebleven met de huurbetalingen, maar voerde aan dat hij meer schulden had en zich had aangemeld bij schuldhulpverlening. De kantonrechter oordeelde dat de huurachterstand ernstig genoeg was om de huurovereenkomst te ontbinden, vooral gezien het feit dat de achterstand meer dan acht maanden bedroeg op het moment van dagvaarden. De kantonrechter wees de vordering tot ontbinding en ontruiming toe, maar gaf aan dat Woonpunt niet uit was op ontruiming, mits er afspraken gemaakt konden worden voor een betalingsregeling. De kantonrechter vernietigde ook een beding in de algemene voorwaarden van Woonpunt dat onredelijk bezwarend was voor de huurder, waardoor de vordering tot incassokosten werd afgewezen. De gedaagde werd veroordeeld tot betaling van de huurachterstand, de maandelijkse huurprijs tot ontruiming, en de proceskosten.