2.1.[eiser] vordert dat de rechtbank – na wijziging/vermeerdering van zijn eis – bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
Het door [eiser] te betalen bedrag bij levering van de woning conform
het vonnis van 30 maart 2022
I. zal verklaren voor recht dat op het door [eiser] (na levering van het pand aan de [adres 1] in [woonplaats 1] aan [eiser] en de overige activa zoals vermeld in het vonnis van 30 maart 2022 van de rechtbank Limburg) te betalen bedrag van
€ 427.193,98 in mindering strekt een bedrag van € 159.581,71 (zijn aandeel in de banksaldi per 30 maart 2022) en in mindering strekt € 154.475,76 (zijn overbedelingsvordering in de nalatenschap van moeder), zodat door [eiser] (na toedeling van het pand in [woonplaats 1] en de overige activa zoals vermeld in het vonnis van 30 maart 2022) bij levering van de woning aan de [adres 1] aan [eiser] nog een totaalbedrag van € 113.136,51 aan [gedaagde sub 1] en [naam] verschuldigd is, derhalve aan [gedaagde sub 1] een bedrag van € 56.568,25 en aan [naam] eveneens een bedrag van € 56.568,25, althans een zodanig bedrag als de rechtbank in goede justitie zal vaststellen;
De verdeling van de banksaldi
II. zal verklaren voor recht dat van de saldi op de ING betaalrekening [rekeningnummer 1] , de ING profijtrekening (oranje spaarrekening) met nummer [rekeningnummer 2] en de ING betaalrekening [rekeningnummer 3] van in totaal € 567.401,64 per 30 maart 2022, [gedaagde sub 1] en [naam] ieder een aandeel hebben van 23/64e dus van € 203.909,96 en [eiser] een aandeel heeft van 18/64e dus van € 159.581,71, een en ander met inachtneming van het hierna onder XI., XII., XV., XVI., XXI. en XXII. gevorderde;
De door [gedaagde sub 1] en [naam] onttrokken bedragen
PRIMAIR:
Wat betreft de vorderingen van de nalatenschap op [gedaagde sub 1] van € 70.364,59 (privékosten [gedaagde sub 1] ) en van € 176.718,39 (kosten advocaat + adviseurs)
III. zal verklaren voor recht dat de nalatenschap een vordering op [gedaagde sub 1] heeft van
€ 70.364,59, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022, uit hoofde van door [gedaagde sub 1] van de ervenrekening gepinde/overgeboekte bedragen ten behoeve van privé-uitgaven van [gedaagde sub 1] ;
IV. zal verklaren voor recht dat de nalatenschap een vordering op [gedaagde sub 1] heeft van een bedrag van € 176.718,39, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022, uit hoofde van door [gedaagde sub 1] van de ervenrekening betaalde bedragen aan haar advocaat en adviseurs;
V. zal verklaren voor recht dat [gedaagde sub 1] haar aandeel in deze vorderingen zoals hiervoor onder III. en IV. in totaal € 247.082,98 heeft verbeurd en dat van dit bedrag aan [eiser] toekomt € 108.475,45, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022;
Voor wat betreft de vorderingen van € 27.707,68 (extra voorschotten) en van
€ 69.844,40 (kosten [naam] )
VI. zal verklaren voor recht dat de nalatenschap een vordering op [naam] heeft van
€ 27.707,68, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022, uit hoofde van aan [naam] van de ervenrekening betaalde voorschotten;
VII. zal verklaren voor recht dat de nalatenschap een vordering op [gedaagde sub 1] en [naam] heeft van € 69.844,40, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022, uit hoofde van ten laste van de ervenrekening ten behoeve van [naam] betaalde privélasten;
VIII. zal verklaren voor recht dat [gedaagde sub 1] en [naam] hun aandeel in voornoemde bedragen van
€ 27.707,68 (zoals vermeld onder VI.) en € 69.844,40 (zoals vermeld onder VII.) in totaal € 97.552,08 hebben verbeurd en zal bepalen dat dit bedrag van € 97.552,08 althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022, geheel aan [eiser] toekomt;
De betaling door [gedaagde sub 1]
IX. [gedaagde sub 1] primair zal veroordelen binnen zeven dagen na dit vonnis aan [eiser] te voldoen een bedrag van € 108.475,45 (zoals vermeld onder V.) althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022;
X. zal bepalen dat [eiser] het door [eiser] aan [gedaagde sub 1] te betalen bedrag van € 56.568,25, althans het door de rechtbank te bepalen bedrag zoals hiervoor vermeld onder I. kan verrekenen met het door [gedaagde sub 1] aan [eiser] te betalen bedrag van € 108.475,45 (zoals hiervoor vermeld onder IX.), zodat door [gedaagde sub 1] alsdan aan [eiser] nog resteert te voldoen € 51.907,20, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022 en zal bepalen dat [eiser] alsdan niets meer verschuldigd is aan de nalatenschap en/of aan [gedaagde sub 1] en/of [naam] , bij levering van de woning aan de [adres 1] aan [eiser] ;
XI. zal bepalen dat dit bedrag van € 108.475,45, althans het bedrag van € 51.907,20, (zoals hiervoor vermeld onder IX., resp. X.), althans een door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022 in mindering strekt op het aan [gedaagde sub 1] toekomende aandeel van € 203.909,96 in de banksaldi van de ING-ervenrekeningen zoals genoemd onder II.;
XII. [gedaagde sub 1] zal veroordelen binnen zeven dagen na betekening van dit vonnis haar medewerking te verlenen aan overboeking aan [eiser] van genoemd bedrag van
€ 108.475,45 (zonder verrekening zoals hiervoor vermeld onder IX.), althans het bedrag van € 51.907,20 (na verrekening en zoals hiervoor vermeld onder X.), althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022 uit haar aandeel in de onder II. genoemde ING-ervenrekeningen en zal bepalen dat indien [gedaagde sub 1] en/of [naam] weigert/weigeren hun medewerking te verlenen aan overboeking hiervan aan [eiser] , dit vonnis ex artikel 3:300 BW dezelfde kracht heeft als de medewerking van [gedaagde sub 1] en/of [naam] aan de overboeking van het aan [eiser] toekomende bedrag en voorts zal bepalen dat het vonnis in de plaats van genoemde medewerking zal treden;
De betaling door [naam]
XIII. [naam] primair zal veroordelen binnen één week na dit vonnis aan [eiser] te voldoen een bedrag van € 97.522,08 (zoals vermeld onder VIII.), althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022;
XIV. zal bepalen dat [eiser] het door [eiser] aan [naam] te betalen bedrag van € 56.568,25, althans het door de rechtbank te bepalen bedrag zoals hiervoor vermeld onder I. kan verrekenen met het door [naam] aan [eiser] te betalen bedrag van € 97.522,08 (zoals hiervoor vermeld onder XIII.) zodat na verrekening, door [naam] aan [eiser] nog resteert te voldoen
€ 40.983,83, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022 en zal bepalen dat [eiser] alsdan niets meer verschuldigd is aan de nalatenschap en/of aan [gedaagde sub 1] en/of [naam] ;
XV. zal bepalen dat dit bedrag van € 97.522,08 (zoals hiervoor vermeld onder VIII. en XIII.), althans het bedrag van € 40.983,83 (zoals hiervoor vermeld onder XIV.), althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022 in mindering strekt op het aan [naam] toekomende aandeel van
€ 203.909,96 in de banksaldi van de onder II. genoemde ING ervenrekeningen;
XVI. [naam] zal veroordelen binnen zeven dagen na betekening van dit vonnis zijn medewerking te verlenen aan overboeking aan [eiser] van genoemd bedrag van
€ 97.522,08 (zonder verrekening zoals hiervoor vermeld onder XIII.), althans van
€ 40.983,83 (na verrekening zoals hiervoor vermeld onder XIV.), althans een door de rechtbank te bepalen bedrag uit het aandeel van [naam] in de onder II. genoemde ING-ervenrekeningen en zal bepalen dat indien [gedaagde sub 1] en/of [naam] weigeren hun medewerking te verlenen aan overboeking hiervan aan [eiser] , dit vonnis ex artikel 3:300 BW dezelfde kracht heeft als de medewerking van [gedaagde sub 1] en/of [naam] aan de overboeking van het aan [eiser] toekomende bedrag en voorts zal bepalen dat het vonnis in de plaats van genoemde medewerking zal treden;
SUBSIDIAIR:
Voor het geval de rechtbank van oordeel zou zijn dat alleen [gedaagde sub 1] haar aandeel in alle onttrokken gelden/vorderingen heeft verbeurd:
XVII. zal verklaren voor recht dat de nalatenschap een vordering op [gedaagde sub 1] heeft van
€ 344.635,- (zie randnummer 53 van de akte vermeerdering/wijziging van eis) althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022 uit hoofde van door [gedaagde sub 1] van de ervenrekening gepinde/overgeboekte bedragen;
XVIII. zal verklaren voor recht dat [gedaagde sub 1] haar aandeel in deze vordering zoals hiervoor onder XVII. heeft verbeurd en dat van dit bedrag aan [eiser] toekomt € 151.303,17 (zie randnummer 54 van de akte vermeerdering/wijziging van eis) althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022;
XIX. [gedaagde sub 1] zal veroordelen binnen zeven dagen na dit vonnis aan [eiser] te voldoen het bedrag van € 151.303,17, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022;
zal bepalen dat [eiser] het door [eiser] aan [gedaagde sub 1] te betalen bedrag van € 56.568,25, althans het door de rechtbank te bepalen bedrag zoals hiervoor vermeld onder I. kan
verrekenen met het door [gedaagde sub 1] aan [eiser] te betalen bedrag van € 151.303,17 (zoals hiervoor vermeld onder XVIII.), althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, zodat door [gedaagde sub 1] aan [eiser] alsdan nog resteert te voldoen € 94.734,92, althans een door de rechtbank te bepalen bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente
vanaf 22 december 2022;
zal bepalen dat dit bedrag van € 94.734,92 (na verrekening) althans een
bedrag van € 151.303,17 (zonder verrekening), althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022 in mindering strekt op het aan [gedaagde sub 1] toekomende aandeel van € 203.909,96 in de banksaldi van de onder II. genoemde ervenrekeningen bij de ING bank;
[gedaagde sub 1] zal veroordelen binnen zeven dagen na betekening van dit vonnis haar medewerking te verlenen aan overboeking aan [eiser] van genoemd bedrag van
€ 94.734,92 (na verrekening zoals vermeld onder XX.) althans een bedrag van
€ 151.303,17 (zonder verrekening zoals vermeld onder XIX.), althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22
december 2022 van de ervenrekening bij de ING bank aan [eiser] en zal bepalen dat indien [gedaagde sub 1] en/of [naam] weigeren hun medewerking te verlenen aan overboeking hiervan aan [eiser] , dit vonnis ex artikel 3:300 BW dezelfde kracht heeft als de medewerking van [gedaagde sub 1] en/of [naam] aan de overboeking van het aan [eiser] toekomende bedrag en voorts zal bepalen dat het vonnis in de plaats van genoemde
medewerking zal treden;
MEER SUBSIDIAIR:
Indien [gedaagde sub 1] en/of [naam] hun aandeel in deze vorderingen niet
zouden hebben verbeurd
zal verklaren voor recht dat [gedaagde sub 1] aan de nalatenschap heeft onttrokken een bedrag van € 247.082,98 (zie randnummers 39 en 40 van de akte vermeerdering/wijziging van eis) en [naam] een bedrag van € 97.552,08 (zie randnummers 42 en 43 van de akte vermeerdering/wijziging van eis), althans een door de rechtbank vast te stellen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022;
[gedaagde sub 1] zal veroordelen aan de nalatenschap te voldoen een bedrag van € 247.082,98 (zie randnummers 39 en 40 van de akte vermeerdering/wijziging van eis), althans een door de rechtbank vast te stellen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022;
[naam] zal veroordelen aan de nalatenschap te voldoen een bedrag van € 97.552,08 (zie randnummers 42 en 43 van de akte vermeerdering/wijziging van eis), althans een door de rechtbank vast te stellen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022;
zal bepalen dat het door [gedaagde sub 1] aan de nalatenschap te betalen bedrag van
€ 247.082,98 en het door [naam] te betalen bedrag € 97.552,08 (zie XXIII.), althans de door de rechtbank vast te stellen onttrokken bedragen alsnog verdeeld dienen te worden tussen [gedaagde sub 1] , [naam] en [eiser] in de verhouding 23/64e ( [gedaagde sub 1] ): 23/64e ( [naam] ): 18/64e ( [eiser] ) en zal bepalen dat aan [eiser] alsdan nog toekomt een bedrag van € 96.928,61, althans een door uw rechtbank vast te stellen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 december 2022;
zal bepalen dat [eiser] het door [eiser] aan [gedaagde sub 1] en aan [naam] te betalen bedrag van
€ 56.568,25 ieder (dus € 113.136,51 in totaal), althans het door de rechtbank te bepalen bedrag zoals hiervoor vermeld onder I. kan verrekenen met het door [gedaagde sub 1] en [naam] aan [eiser] te betalen bedrag van € 96.928,61 (zoals hiervoor vermeld onder XXVI.), zodat door [eiser] aan [gedaagde sub 1] en aan [naam] alsdan nog resteert te voldoen (na verrekening), een bedrag van € 8.103,95 althans een door de rechtbank te bepalen bedrag, en [eiser] alsdan niets meer aan de nalatenschap en/of aan [gedaagde sub 1] en/of aan [naam] verschuldigd is bij levering van de woning aan de [adres 1] aan [eiser] ;
[gedaagde sub 1] en [naam] zal veroordelen om binnen twee weken na dit vonnis hun medewerking te verlenen aan levering van de onroerende zaak aan de [adres 1] te [woonplaats 1] aan [eiser] en zal bepalen dat indien [gedaagde sub 1] en/of [naam] niet verschijnen/verschijnt, of verschenen zijnde weigeren/weigert zijn/haar/hun medewerking te verlenen aan levering van genoemde onroerende zaak aan [eiser] , dit vonnis ex artikel 3:300 BW dezelfde kracht zal hebben als de in de wettelijke vorm opgemaakte leveringsakte van genoemde onroerende zaak en voorts zal bepalen dat het vonnis in de plaats van genoemde leveringsakte zal treden;
Verdeling van toename saldi bankrekeningen
zal bepalen dat saldi op de ervenrekeningen, zijnde de ING betaalrekening [rekeningnummer 1] , de ING profijtrekening (oranje spaarrekening) met nummer [rekeningnummer 2] en de ING betaalrekening [rekeningnummer 3] voor zover dat meer bedraagt dan het saldo van € 567.401,64 per 30 maart 2022 te verdelen conform de verdeelsleutel
23: 23: 18 tussen [gedaagde sub 1] , [naam] respectievelijk [eiser] en [gedaagde sub 1] en [naam] te veroordelen binnen zeven dagen na dit vonnis haar, respectievelijk zijn medewerking te verlenen aan overboeking van het alsdan nog aan [eiser] toekomende bedrag van de onder II. genoemde ING ervenrekening;
Gedaagde sub 1 ( [gedaagde sub 1] ) en gedaagde sub 2 ( [naam] ) hoofdelijk zal veroordelen aan eiser ( [eiser] ) te voldoen de kosten voor de gelegde beslagen zijnde een bedrag van
€ 1.899,85, inclusief btw + PM aan deurwaarderskosten, beide te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW vanaf 14 dagen na betekening van dit vonnis;
Voor wat betreft de proceskostenveroordeling:
Primair
Gedaagde sub 1 ( [gedaagde sub 1] ) en gedaagde sub 2 ( [naam] ) zal veroordelen in de kosten van deze procedure, daaronder begrepen een vergoeding van de redelijke en evenredig werkelijke (advocaat)kosten en nakosten en het door eiser ( [eiser] ) betaalde griffierecht, althans een door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag, alles te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW vanaf 14 dagen na betekening van dit vonnis;
Gedaagde sub 1 ( [gedaagde sub 1] ) en gedaagde sub 2 ( [naam] ) hoofdelijk zal veroordelen in de proceskosten en nakosten en het door eiser ( [eiser] ) betaalde griffierecht, alles te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW daarover vanaf 14 dagen na betekening van dit vonnis.