Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties 1 en 2;
- de conclusie van repliek, tevens vermeerdering van eis, met producties 10 t/m 14;
- de conclusie van dupliek.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 15 januari 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser, die een gebruikte Ford Mustang Convertible heeft gekocht van een gedaagde, een besloten vennootschap. De eiser stelt dat de auto niet aan de overeenkomst beantwoordt vanwege gebreken en vordert ontbinding van de overeenkomst, terugbetaling van de koopprijs en aanvullende schadevergoeding. De gedaagde betwist de aansprakelijkheid en stelt dat de vordering van de eiser verjaard is. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter bevoegd is om van de zaak kennis te nemen, omdat het een consumentenkoop betreft en de eiser in het buitenland woont. De rechter heeft ook geoordeeld dat Nederlands recht van toepassing is, aangezien de gedaagde de algemene voorwaarden van toepassing heeft verklaard.
De rechter heeft vervolgens de verjaring van de vordering beoordeeld. Op basis van artikel 7:23 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek verjaren rechtsvorderingen die gegrond zijn op non-conformiteit na twee jaar. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de eiser op of omstreeks 25 september 2021 voor het eerst heeft geklaagd, waardoor de verjaringstermijn op dat moment is gaan lopen. Aangezien de dagvaarding pas op 23 januari 2024 is uitgebracht, zijn de vorderingen van de eiser verjaard. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de eiser niet heeft aangetoond dat de verjaringstermijn is gestuit.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter de vorderingen van de eiser afgewezen en hem veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 1.221,00. De gedaagde heeft ook gevorderd dat het vonnis uitvoerbaar bij voorraad wordt verklaard, wat door de rechter is toegewezen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken op 15 januari 2025.