Uitspraak
[eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerlen, het college
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
Meneer toont mij de woning. Op de eerste verdieping is de badkamer. In bad is een badlift en een plankje voor de badspullen. De wasmachine en de wasdroger staan op elkaar in de badkamer met de drogerslang naar buiten”.Partijen zijn er steeds vanuit gegaan dat de wasmachine en de droger nu niet op werkhoogte staan en dat dit op de badkamer ook niet mogelijk is. Daarom stelde het college zich aanvankelijk op het standpunt dat de wasmachine en de droger op een andere plek in huis op werkhoogte zouden kunnen staan. De rechtbank acht de vaststelling van de deskundige dat de wasmachine en de droger op dit moment op werkhoogte staan onnavolgbaar. Aan het vereiste om de was zelf te kunnen doen is dus niet voldaan. Eiseres en haar echtgenoot kunnen de wasverzorging op dit moment dus niet zelf doen. Dat zou alleen tóch kunnen als de wasmachine en droger elders in de woning op werkhoogte zouden kunnen worden geplaatst. De deskundige zegt daarover dat dit niet kan op de door het college voorgestelde locatie (in de trapkast). Dat staat ook niet langer ter discussie. Eiser heeft op de zitting foto’s overgelegd van de trapkast en het college heeft bevestigd dat de wasmachine en droger daar niet in passen (op werkhoogte). Bij die feiten en omstandigheden komt de rechtbank tot de conclusie dat eiseres en haar echtgenoot de was niet zelf kunnen doen. De aanvraag voor een maatwerkvoorziening voor de wasverzorging had daarom moeten worden toegewezen.
de was wordt niet gestreken”. De rechtbank weet daarom niet of eiseres en haar echtgenoot kunnen strijken. Het zou kunnen dat de echtgenoot van eiseres daarvoor kracht in de armen mist. Eiseres heeft wel (verminderde) kracht in de armen, maar is maatschappelijk blind. Het zou kunnen dat zij daardoor ook niet kan strijken. De rechtbank laat echter in het midden of eiseres en haar echtgenoot kunnen strijken. Uit de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) van 18 juli 2024 [1] blijkt namelijk dat gestreken kleding niet noodzakelijk is om te kunnen participeren of voor zelfredzaamheid. Want, burgers kunnen strijkvrije kleding kiezen. Dat valt onder de zogenoemde eigen kracht. Dat eiseres en haar echtgenoot niet voor strijkvrije kleding kunnen kiezen, is de rechtbank niet gebleken. Eiseres heeft tegen de deskundige gezegd dat ze geen kunststof kan verdragen en daarom altijd katoen draagt. Zoals het college heeft toegelicht is strijkvrije kleding niet alleen in synthetische materialen, maar ook in natuurlijke materialen verkrijgbaar. Dat eiseres medisch gezien echt alleen katoen kan verdragen, is niet vastgesteld door de deskundige en ook niet gebleken. Het standpunt dat het voor eiseres financieel niet haalbaar is om strijkvrije kleding aan te schaffen, volgt de rechtbank niet. De echtgenoot van eiseres heeft ter zitting toegelicht dat eiseres ook dure kleding koopt in verband met het niet kunnen verdragen van synthetische materialen. Eiseres komt daarom niet in aanmerking voor een maatwerkvoorziening strijkverzorging op grond van de Wmo 2015.
- 50 minuten voor wasverzorging bij een 2 persoons huishouden
- minus 10 minuten in verband met de onderdelen van de wasverzorging die eiseres en haar echtgenoot nog zelf kunnen uitvoeren, te weten volgens de deskundige: vouwen en opbergen.
plus 19 minuten in verband met extra vervuiling van kleding en extra behoefte aan hygiëne in verband met de wonden aan de armen van de echtgenoot van eiseres.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep tegen bestreden besluit 1 niet-ontvankelijk;
- verklaart het beroep tegen bestreden besluit 2 gegrond;
- vernietigt bestreden besluit 2 voor zover daarbij de aanvraag voor een maatwerkvoorziening voor wasverzorging is afgewezen;
- kent aan eiseres toe een maatwerkvoorziening voor wasverzorging in de vorm van zorg in natura voor 59 minuten per week, per heden en bepaalt dat deze uitspraak in plaats komt van het vernietigde gedeelte van het bestreden besluit 2;
- bepaalt dat het college aan eiseres het griffierecht moet vergoeden van € 50,-;
- veroordeelt het college tot betaling van € 4.081,50 aan proceskosten aan eiseres.