3.3Het oordeel van de rechtbank
Vrijspraakoverweging feit 2 in de zaak met parketnummer 03/080815-23
Aan de verdachte is tenlastegelegd dat hij 10,9 gram ketamine, zonder vergunning als bedoeld in artikel 1 sub a van de Geneesmiddelenwet, in voorraad heeft gehad. In de jurisprudentieis uiteengezet wanneer een stof als geneesmiddel als bedoeld in de Geneesmiddelenwet is aan te merken. Gelet op die jurisprudentie is de rechtbank in deze zaak van oordeel dat daar in dit geval geen sprake van is. In de Geneesmiddelen-informatiebank van het College ter beoordeling van geneesmiddelen komt ketamine niet voor als geneesmiddel waarvoor een handelsvergunning is verleend. De aangetroffen ketamine kan ook niet anderszins worden aangemerkt als een geneesmiddel zoals bedoeld in de Geneesmiddelenwet. Het is door de verdachte namelijk niet als geneesmiddel gepresenteerd of aangeprezen naar derden (het lijkt juist voor eigen gebruik als (party)drug bestemd te zijn geweest) en bovendien is de zuiverheid van de ketamine niet nader, bijvoorbeeld door het NFI, onderzocht. Daarom kan niet worden vastgesteld of de betreffende ketamine naar zijn werking moet worden aangemerkt als geneesmiddel als bedoeld in de Geneesmiddelenwet.
Tot slot kan niet worden gesproken van het ‘in voorraad hebben’ van ketamine. Op basis van de inhoud van dit dossier kan niet worden vastgesteld dat de verdachte zich bezig hield met activiteiten betreffende het drijven van een groothandel en dat hij in dat verband de ketamine in voorraad heeft gehad.
De verdachte wordt van dit feit vrijgesproken.
Ten aanzien van de overige tenlastegelegde feiten
Aangezien de verdachte deze feiten ter terechtzitting duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit, volstaat de rechtbank, met toepassing van artikel 359, derde lid, laatste volzin, van het Wetboek van Strafvordering (Sv), met een opsomming van de bewijsmiddelen:
De zaak met parketnummer 03/338935-24:
T.a.v. feit 1:
- het proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024;
- de kennisgevingen van inbeslagname;
- het proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024;
- het afzonderlijk proces-verbaal onderzoek verdovende middelen met proces-verbaalnummer 241205-298-327, d.d. 9 december 2024 en de daar bijbehorende rapportages van het Nederlands Forensisch Instituut (hierna: NFI);
- de verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 12 augustus 2025;
T.a.v. feit 2:
- het proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024;
- het proces-verbaal van bevindingen d.d. 3 november 2024;
- de verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 12 augustus 2025.
Partiële vrijspraak
Met de raadsman is de rechtbank van oordeel dat de verdachte partieel moet worden vrijgesproken van het voorhanden hebben van meerdere explosieven. Uit onderzoek is gebleken dat het in het dossier genoemde “explosief 2” verpakt zat in regulier vuurwerk en dat bij ontsteking van het explosief de impact gelijk is aan regulier vuurwerk. Zodoende kan dit explosief niet worden gekwalificeerd als een wapen van categorie II, onderdeel 7º van de Wet wapens en munitie.
- het proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024;
- de kennisgevingen van inbeslagname:
- het proces-verbaal van onderzoek aan inbeslaggenomen vuurwerk d.d. 18 november 2024;
- de verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 12 augustus 2025;
T.a.v. feit 4:
- het proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024;
- de kennisgevingen van inbeslagname:
- het proces-verbaal onderzoek wapen d.d. 26 november 2024;
- de verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 12 augustus 2025;
De zaak met parketnummer 03/206819-24:
- het proces-verbaal van bevindingen d.d. 29 september 2023;
- het proces-verbaal onderzoek verdovende middelen d.d. 24 november 2023;
- het rapport van het NFI d.d. 29 januari 2024;
- de verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 12 augustus 2025.
De zaak met parketnummer 03/080815-23:
T.a.v. feit 1:
- het proces-verbaal van bevindingen d.d. 22 maart 2023;
- de kennisgeving van inbeslagname;
- het afzonderlijk proces-verbaal van bevindingen onderzoek verdovende middelen met proces-verbaalnummer PL2300-2023044167-10 d.d. 15 mei 2023 en de daar bijbehorende NFI-rapportages;
- de verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 12 augustus 2025.
Partiële vrijspraak
Met de officier van justitie is de rechtbank van oordeel dat een hoeveelheid van ongeveer 17,84 gram amfetamine bewezen kan worden verklaard. Van het overige wordt de verdachte partieel vrijgesproken.