Uitspraak
RECHTBANK Limburg
1.De procedure
2.De beoordeling
persoonvan de rechter betreffen. Voor alle hiervoor opgenomen wrakingsgronden geldt dat [verzoeker] geen concrete feiten en omstandigheden heeft aangevoerd waaruit volgt dat de behandelend bestuursrechter vooringenomen is tegen [verzoeker] of objectief gerechtvaardigde vrees daarvoor bestaat. Hetgeen [verzoeker] aan het verzoek tot wraking ten grondslag heeft gelegd, kan dan ook geen grond voor wraking opleveren.