4.3.2Bewijsmiddelen
Verbalisant [naam verbalisant 1]relateert, – zakelijk weergegeven –, voor zover hier van belang, het volgende:
Op 27 december 2023 kwam er informatie naar boven dat de verdachte [verdachte] in het bezit zou zijn van explosieven. De verdachte gaf toestemming tot het doorzoeken van zijn woning aan de [adres 2] te Urmond. Nadat de teamleider explosieven verkenning en de speurhonden een verkenning hadden gedaan in de woning, bleek dat er mogelijk sprake was van een grote hoeveelheid aan verschillende stoffen. Vervolgens is de EOD (
de rechtbank begrijpt:Explosieven Opruiming Dienst) ter plaatse gekomen. Aldaar troffen zij direct veel aanwijzingen aan welke duidden op het bereiden van explosieven. Zo werd er onder andere aceton aangetroffen. Ook werden er diverse lonten aangetroffen. Hierna is er verder onderzoek uitgevoerd in de woning. In de woonkamer werd vervolgens, door het uitvoeren van een indicatieve test, TAPT (
de rechtbank begrijpt: triacetontriperoxide), aangetroffen. TATP betreft een zeer explosieve stof welke zeer instabiel is. Vervolgens werd er wederom TATP aangetroffen in het schuurtje van de woning. Door de EOD werd aan mij aangegeven dat het hierbij ging om een grote hoeveelheid TATP waarbij sprake was van veel risico voor ons en de omwonenden.
Verbalisant [naam verbalisant 2]relateert, – zakelijk weergegeven –, voor zover hier van belang, het volgende:
[adres 2] Urmond: Door de EOD werden twee goederen op veilige en gecontroleerde wijze tot ontploffing gebracht. Monsters van deze goederen werden afgenomen en ter analyse verzonden aan het NFI. Het betreft de onderstaande twee monsters:
Poeder, explosief 2023204149-92133 SIN AAPP5621NL. Door EOD werd epitheel
afgenomen van dit goed. Poeder, explosief 2023204149-92134 SIN AAF3039NL. Door EOD werd epitheel afgenomen van dit goed.
In de woning werden een aantal precursoren voor explosieven aangetroffen.
2023204149-92135, SIN AAFI3876NL vaste stof
2023204149-91749, SIN AARH0540NL, jerrycan waterstofperoxide
2023204149-91750, SIN AARH0541NL, jerrycan aceton
2023204149-91762, SIN AARH0543NL zakje koperpoeder
Het
Nederlands Forensisch Instituut(hierna: NFI) heeft de monsters met Spoor Identificatienummers AAPP5621NL en AAFI3039NL onderzocht. Beide monsters van respectievelijk 300 en 3 gram betreffen een mengsel van triacetontriperoxide (TATP) en diacetondiperoxide (DADP). TATP en DADP zijn beide zogenaamde primaire (dat wil zeggen ontsteekgevoelige) springstoffen.
Ook het voorwerp met Spoor Identificatienummer AAFI3876NL is onderzocht en dit bleek een geïmproviseerd lont te zijn dat geschikt is om explosieve stoffen op basis van TATP mee te ontsteken.
Verbalisanten [naam verbalisant 5] , [naam verbalisant 3] en [naam verbalisant 4]relateren namens het Nationaal Bom Data Centrum (NBDC), voor zover hier van belang, het volgende:
Op 27 december 2023 zijn tijdens een opsporingsonderzoek in een woning aan de [adres 2]
te Urmond diverse precursoren en artikelen aangetroffen die zouden kunnen duiden op het vervaardigen van zelfgemaakte explosieven.
De navolgende precursoren zijn door ons, verbalisanten, aangetroffen in het onderzoek:
- 001 aceton
- 002 waterstofperoxide
- 004 natriumcarbonaat
- 008 ammoniumnitraat
- 009 zwavelpoeder
Indicatief onderzoek precursor 001: Ik verbalisant [naam verbalisant 5] , heb een monster genomen van de doorzichtige vloeistof in deze jerrycan en heb dit monster getest. Ik, verbalisant [naam verbalisant 5] , zag dat het spectrum van dit monster overeenkwam met het spectrum van acetone (aceton).
Indicatief onderzoek precursor 002: Ik, verbalisant, [naam verbalisant 3] , heb een monster genomen van de doorzichtige vloeistof in deze jerrycan en heb dit monster getest. Ik, verbalisant, [naam verbalisant 3] , zag dat het spectrum van dit monster overeenkwam met het spectrum van hydrogen peroxide (waterstofperoxide).
Indicatief onderzoek precursor 004: Ik, verbalisant [naam verbalisant 3] , heb een monster genomen van deze witte kristallijne stof en getest. Ik, verbalisant [naam verbalisant 3] , zag dat het spectrum van dit monster overeenkwam met het spectrum van Sodium carbonaat decahydrate (natriumcarbonaat).
Indicatief onderzoek precursor 008: Ik, verbalisant, [naam verbalisant 3] , heb een monster genomen van de korrels in de blauwe zak en heb dit monster getest. Ik, verbalisant, [naam verbalisant 3] , zag dat het spectrum van dit monster overeenkwam met het spectrum van o.a. ammonium nitrate (ammoniumnitraat). Ik, verbalisant [naam verbalisant 3] , zag dat de uiterlijke verschijningsvorm van de grijze korrels overeenkwam met kunstmestkorrels, waarvan het hoofdbestanddeel ammoniumnitraat kan zijn.
Indicatief onderzoek precursor 009: Ik, verbalisant, [naam verbalisant 3] , heb een monster genomen van het grijze poeder in de plastic zak en heb dit monster getest met de FirstDefender. Ik, verbalisant, [naam verbalisant 3] , zag dat het spectrum van dit monster overeenkwam met het spectrum van Sulfur powder (zwavelpoeder).
Uit een BVH-mutatie blijkt dat er naar alle waarschijnlijkheid op 27-12-2023 TATP is aangetroffen in de woning aan de [adres 2] te Urmond. Ons, verbalisanten, is ambtshalve bekend dat dit een zeer gevoelige explosieve stof is. Bij de ontploffing van TATP treedt een schokgolf, hitte en brisantie op. Indien de TATP is opgesloten in een container, treedt bovendien scherfwerking van de container op. De mate waarin deze effecten optreden zijn o.a. afhankelijk van de hoeveelheid en de zuiverheid van de TATP, het containermateriaal en de wijze van opsluiting in deze container en de omgeving waarin de ontploffing optreedt. Als bijvoorbeeld 250 gram TATP in opgesloten toestand tot ontploffing komt, ontstaat door de genoemde effecten, afgezien van materiele schade, tot op een afstand in de orde van grootte van enkele tientallen meters gevaar voor zwaar lichamelijk tot dodelijk letsel voor personen.
Precursoren: Voor het maken van TATP zijn o.a. waterstofperoxide en aceton benodigd. Beide precursoren zijn door ons, verbalisanten [naam verbalisant 5] en [naam verbalisant 3] , via het indicatief onderzoek aangetroffen. Daarnaast is ons, verbalisanten [naam verbalisant 5] en [naam verbalisant 3] , uit het indicatief onderzoek gebleken dat er ook ammoniumnitraat is aangetroffen. Gezien de uiterlijke verschijningsvorm betreffen dit waarschijnlijk kunstmestkorrels, waar nog andere chemicaliën aan toegevoegd zijn. Ambtshalve is ons bekend dat met de eveneens aangetroffen zwavelpoeder (…) ook een explosieve stof gemaakt kan worden, te weten ANS (Ammonium Nitrate Sulphur) of ANIS (Ammonium Nitrate Iced Sugar).
Ook is ons, verbalisanten, ambtshalve bekend dat ammoniumnitraat kan worden toegevoegd aan TATP om deze laatste minder gevoelig te maken. Deze explosieve stof wordt dan APAN genoemd (Acetone Peroxide Ammonium Nitrate). Het is ons, verbalisanten, ambtshalve bekend dat natriumcarbonaat, aangetroffen bij de indicatieve onderzoeken, gebruikt kan worden in het productieproces van TATP.
Het voorhanden hebben van TATP en DADP is strafbaar gesteld in artikel 2 lid 1 van de Wet wapens en munitie en betreft een wapen van categorie II onder 7°. Dit is strafbaar gesteld in artikel 26 lid 1 juncto artikel 55 lid 7 van de Wet wapens en munitie.
Getuige [naam getuige] verklaardeop 28 december 2023, voor zover hier van belang, het volgende:
V: vraag verbalisant
O: opmerking verbalisant
A: antwoord getuige
V: Wanneer heeft u voor het laatst gezien of gehoord dat [verdachte] bezig was met het
maken van explosieven?
A: Ik denk begin november was hij nieuwe dingen aan het proberen. Dit liet hij me
zien in zijn woning gelegen aan de [adres 2] te Urmond. (…) Ik heb gezien wat dit spul gedaan heeft bij de brug in Urmond.
(…)
O: U zegt, ik heb gezien wat het met de brug in Urmond heeft gedaan.
V: Heeft u de schade bekeken achteraf (…)?
A: Achteraf toen we aan het wandelen waren met onze dochter. [verdachte] zei toen dat ik zo
dadelijk eens bij de brug kon zien wat de ontploffingen teweeg hadden gebracht. Die
wandeling was ergens in november dit jaar. Ik zag onder de brug stukken steen liggen.
Ik zag scheuren in de brug.
(…)
V: Hoe lang bent u er van op de hoogte dat [verdachte] zich bezig houdt met het maken van
explosieven?
A: Ik denk dat hij er al twee jaar mee bezig is. Hij zoekt het allemaal op via
internet en probeert dan van alles uit. Uren filmpjes kijken en erover lezen.
(…)
V: Op welke dagen heeft [verdachte] explosieven tot ontploffing gebracht onder de brug in
Urmond?
A: Dat zou ik kunnen nakijken op mijn telefoon (…). Op 23 november vind ik een appgesprek terug in mijn telefoon. [verdachte] appte mij dat hij een week of twee weken geleden een dikke gemaakt had bij de brug.
Noot verbalisanten: Wij zagen op de telefoon van aangever een app bericht. Het betrof
een app in Limburgs dialect tussen aangever en [verdachte] (telefoonnummer [gsm-nummer] ).
(…) Als bijlage is bij dit proces-verbaal gevoegd: Foto van een appgesprek aangever/verdachte
(…)
[verdachte] , 20:05-20:07: “(…) hub weak geleje of 2 weake eg dikke gemaakr bie de bruk allein tapt bienoa alles wat ich der nog van had. zo ennuh vuurbal jonguhh (…) Die luukes denke edere keer dat de apocolypse is oetgebrooke … zin luu wat jeet durve te goan zeuke es der een knal is want waren geintimideerd door de kracht van de explosies Mer hub in de tied ver ff apart zin geweas eg zieke sjizzel dertusse zitte gehad.. dea slaag veulde ste in stein nog in hoes benne vanonder de bruk hie
[gevolgd door een schaterlachende smiley en een smiley met rode wangen, rechtbank]”
Verbalisant [naam verbalisant 6]relateert – zakelijk weergegeven –, voor zover hier van belang, als het volgende:
Op 30 december 2024 bekeek ik de veiliggestelde data van de telefoon van de verdachte [verdachte] .
Whatsapp 27-09-2023:
Te zien is dat de video wordt opgenomen met in beeld de woning van de verdachte
[verdachte] . Ik hoor dat in het filmpje wordt gesproken in het Limburgs dialect. Ik hoor dat de persoon zegt:
'ik ga even een bommetje doen onder de brug'
'
ik wil hem eens filmen, ik vergeet de bommetjes altijd te filmen'
'Tatta tattataaaa, dat moet een mooie worden'
Whatsapp 28-09-2023:
Ik hoor dat in het filmpje wordt gesproken in het Limburgs dialect. Ik hoor dat niet
alles wat gezegd wordt, verstaanbaar is. Ik hoor dat de persoon zegt:
'zwart kruid he, je weet hoe zwart kruid brand he...en weg'
'dit is 4 keer krachtiger dan wart kruid, 4 à 5 keer, hetzelfde als TNT en dynamite1.
Verbalisant [naam verbalisant 6]relateert – zakelijk weergegeven –, voor zover hier van belang, als het volgende:
Door collega [naam verbalisant 7] werden de enkelbandgegevens van de verdachte [verdachte]
gevorderd bij de reclassering. De aangeleverde gegevens werden door mij onderzocht.
Hierdoor werd, op basis van de coördinaten, een kaart samengesteld met
pinpoints.
Bij elke pinpoint staat een datum/tijdnotitie. Op de brug van de Bergerweg in Urmond zijn er meerdere
pinpoints.
woensdag 2023-09-27 04:01:06 uur
woensdag 2023-09-27 06:20:26 uur
In het proces-verbaal van bevindingen 2023204149-28 staan filmpjes vanaf de telefoon
van de verdachte [verdachte] beschreven. Hierin staat op 27-09-2023 een filmpje waarin de
verdachte [verdachte] zegt:
'ik ga even een bommetje doen onder de brug'
'ik wil hem eens filmen, ik vergeet de bommetjes altijd te filmen’
'Tatta tattataaaa, dat moet een mooie worden'
Hierbij laat de verdachte [verdachte] een bom zien, welke hij vasthoudt. Het filmpje is gemaakt omstreeks 00:55 uur. Voorgenoemde datum komt overeen met een pinpoint van de enkelbandgegevens.
De verdachte verklaarde ter terechtzittingvan 30 september 2025 – zakelijk weergegeven –, voor zover hier van belang, het volgende:
Het klopt dat ik op 27 december 2023 TATP en DADP in huis had. Ik had interesse in het maken van bommetjes en werd daardoor gefascineerd en liet mij meeslepen. Toen ben ik zelf gaan knutselen. Dat was in de periode dat ik mijn enkelband droeg. Ik had inderdaad de voorwerpen en stoffen genoemd onder feit 2 in huis, maar berylliumnitraat had ik niet. Die lonten waren Chinese lonten. Ik heb inderdaad wel eens iets laten ontploffen in de buurt van de brug in Urmond. Ik ging bij de brug vaak ’s nachts wandelen. Ik weet dat TATP en DADP heel gevaarlijk zijn. Als je dat niet goed bewaart, kan het flink mis gaan. Je bent levensmoe als je dat in een ijzeren pijp bewaart.
4.3.3Bewijsoverwegingen
Feit 1 – Voorhanden hebben van TATP en DADP
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte TATP en DADP voorhanden heeft gehad. Dit heeft de verdachte ter terechtzitting bekend.
Met de raadsman is de rechtbank van oordeel dat de verdachte partieel moet worden vrijgesproken van het voorhanden hebben van 11 zelfgemaakte pijpbommen en/of onderdelen daarvan. Eerst en vooral moet worden opgemerkt dat er geen daadwerkelijke pijpbommen, dat wil zeggen van explosief materiaal voorziene voorwerpen, aangetroffen zijn. Dan resteert de vraag of, in het licht van het dossier, de aangetroffen metalen buisvormige voorwerpen aangemerkt moeten worden als onderdelen of hulpstukken van pijpbommen. Die vraag beantwoordt de rechtbank ontkennend. De verdachte heeft reeds in een vroeg stadium verklaard dat de aangetroffen metalen voorwerpen diverse herkomsten hebben; het betreffen pijpjes die hij gebruikte bij de productie van wietolie, resten van een badkamerverbouwing en restanten van pogingen om zaklantaarns aan te passen. De hiermee door de verdachte gegeven alternatieve verklaring is, naar het oordeel van de rechtbank, niet op voorhand onaannemelijk en kan ook niet door andere bewijsmiddelen weerlegd worden. Zo zijn er geen sporen van explosief materiaal aangetroffen in de diverse voorwerpen en er zijn ook overigens geen opsporingsbevindingen voorhanden die de verklaring van de verdachte zouden kunnen logenstraffen.
De verdachte wordt aldus partieel vrijgesproken van het voorhanden hebben van 11 pijpbommen en/of hulpstukken/onderdelen daarvan.
Net als de officier van justitie en de raadsman ter terechtzitting, zal de rechtbank voor de leesbaarheid van dit vonnis eerst feit 3 en vervolgens feit 2 bespreken.
Feit 3 – Veroorzaken van ontploffingen
Het dossier bevat naar het oordeel van de rechtbank voldoende bewijs dat de verdachte in de tenlastegelegde periode ontploffingen teweeg heeft gebracht.
De rechtbank baseert dit niet alleen op de verklaring van de verdachte dat hij vaker bij de brug in Urmond kwam en nabij de brug wel eens iets liet ontploffen en de die verklaring ondersteunende berichten van zijn hand, maar ook op het aangetroffen filmpje op de telefoon van de verdachte van 27 september 2023 en de
pinpointsop voornoemde datum van de enkelband van de verdachte. Een en ander vindt daarbij steun in de door de getuige [naam getuige] hierboven aangehaalde, bij de politie afgelegde verklaring.
Dat de getuige [naam getuige] bij de rechter-commissaris terug is gekomen van haar, bij de politie afgelegde verklaring, mag overigens zo zijn, maar de rechtbank gaat daar aan voorbij.
Niet alleen had de getuige toen een groot, persoonlijk belang bij het trachten af te zwakken van haar eerdere uitlatingen, zij had immers niet alleen opnieuw een relatie met de verdachte, maar was bovendien zwanger van hem en had trouwplannen, maar ook acht de rechtbank het ongeloofwaardig dat de politie haar eerste verklaringen – vastgelegd in een ambtsedig proces-verbaal dat de getuige heeft doorgelezen en ondertekend – op cruciale punten verkeerd heeft genoteerd.
Gemeen gevaar voor goederen
Naar het oordeel van de rechtbank staat dus vast dat de verdachte meermalen ontploffingen teweeg heeft gebracht.
De vraag is dan of bij deze ontploffingen sprake is geweest van gemeen gevaar voor goederen, gelet op het naar algemene ervaringsregels voorzienbare gevaar van het teweegbrengen van een ontploffing door middel van zelfgemaakte explosieven en mede in aanmerking genomen dat deze nog vervoerd moesten worden naar de plek waar de verdachte doorgaans explosief materiaal liet ontploffen. Dat een brug en een wegdek nabij de ontploffing van een zelfgemaakt explosief beschadigd kunnen raken, is naar algemene ervaringsregels immers voorzienbaar. Anders dan de raadsman heeft bepleit, hoeft, gelet op het tenlastegelegde, niet bewezen te worden verklaard dát er schade is ontstaan, aan in dit geval bijvoorbeeld de brug in Urmond. Alleen de vaststelling dat er gemeen gevaar voor goederen te duchten was, is voldoende en daar is in het onderhavige geval sprake van.
Partiële vrijspraak
De rechtbank acht, gelet op hetgeen onder feit 1 is overwogen, niet bewezen dat de verdachte voor de ontploffingen zelfgemaakte
pijpbommen gebruikte, zodat hij daar partieel van wordt vrijgesproken.
Feit 2 – Voorbereidingshandelingen van het veroorzaken van een ontploffing
Zoals hiervoor overwogen heeft de verdachte meermalen ontploffingen teweeggebracht waarbij gemeen gevaar voor goederen te duchten was. Het explosief materiaal vervaardigde de verdachte zelf en hij had daartoe stoffen en voorwerpen voorhanden. Die stoffen en voorwerpen, welke volgens de verbalisanten van het NBDC geschikt zijn voor de productie van TATP en DADP, komen terug in de tenlastelegging van het tweede feit.
Aldus kan ook bewezen worden dat de verdachte voorbereidingshandelingen pleegde voor het veroorzaken van een ontploffing. Aan het gemeen gevaar voor goederen dat daarbij te duchten was, gevaar waarmee hij blijkens zijn uitlatingen in de filmpjes en berichten van zijn hand bekend was en dat de verdachte met zijn handelen ook aanvaard heeft (en waar hij dus opzet op had), heeft de rechtbank hierboven al overwegingen gewijd.
Ten aanzien van de in de tenlastelegging genoemde aansluiting van een waterslang, de suiker, het berylliumnitraat en het koperpoeder wordt de verdachte partieel vrijgesproken, aangezien uit het dossier niet blijkt dat hij deze voorwerpen of stoffen voorhanden heeft gehad dan wel op welke wijze deze gebruikt kunnen worden bij de voorbereiding van het veroorzaken van een ontploffing.
Eendaadse samenloop?
Nu het onder feit 1 en 2 bewezenverklaarde voortvloeit uit het naar tijd en plaats zelfde feitencomplex en de betrokken strafbepalingen een vergelijkbare strekking kennen, is de rechtbank met de raadsman van oordeel dat hier sprake is van eendaadse samenloop.