ECLI:NL:RBMAA:2007:BB2277

Rechtbank Maastricht

Datum uitspraak
8 augustus 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
repnr. 2840/2007 zaaknr. 263947 BMnr. 12363
Instantie
Rechtbank Maastricht
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing machtigingsverzoek tot verkoop onroerende zaak onder bewind

In deze zaak heeft de Rechtbank Maastricht op 8 augustus 2007 uitspraak gedaan over een verzoek tot machtiging voor de verkoop van een onroerende zaak die onder bewind was gesteld. De verzoeker had eerder, op 18 juli 2006, machtiging gekregen om de woning te verkopen voor een getaxeerde waarde van € 196.000,--. Echter, de verzoeker vroeg nu om de woning te verkopen voor € 130.000,--, omdat de marktwaarde volgens een taxateur niet haalbaar zou zijn. De verzoeker stelde dat er binnen een jaar een waardedaling van € 66.000,-- had plaatsgevonden, maar de kantonrechter oordeelde dat deze waardedaling niet voldoende onderbouwd was.

De procedure begon met de indiening van een verzoekschrift op 3 augustus 2007. De kantonrechter merkte op dat de verzoeker, in zijn rol als bewindvoerder, de belangen van de rechthebbende moest behartigen en dat het aanzienlijke verschil tussen de getaxeerde waarde en de voorgestelde verkoopprijs vragen opriep over de haalbaarheid van de verkoop. De kantonrechter concludeerde dat er geen controleerbare feitelijke informatie was die de gestelde waardedaling ondersteunde en wees het verzoek af. De verzoeker werd aangeraden om mogelijk een andere deskundige te raadplegen of nader marktonderzoek te laten doen naar reële verkoopprijzen.

De beslissing werd openbaar uitgesproken door mr. H.W.M.A. Staal, kantonrechter, in aanwezigheid van Y.A.M. Tilmans, griffier. De uitspraak benadrukt het belang van een gedegen onderbouwing bij verzoeken tot verkoop van onroerend goed onder bewind.

Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Kanton
Locatie Maastricht
repnr: 2840/2007
zaaknr: 263947
BMnr: 12363
Beschikking van 8 augustus 2007
Op het verzoek van:
[verzoeker], wonende te [woonplaats], [adres].
VERLOOP VAN DE PROCEDURE:
Verzoeker heeft een verzoekschrift ingediend dat op 3 augustus 2007 ter griffie van deze Rechtbank is ontvangen.
Hierna is beschikking bepaald.
BEOORDELING:
Bij beschikking van de kantonrechter van 3 januari 2006 zijn alle goederen die toebehoren of zullen toebehoren aan [naam rechthebbende], rechthebbende, onder bewind gesteld met gelijktijdige instelling van een mentorschap ten behoeve van [naam rechthebbende] voornoemd en met benoeming van verzoeker tot bewindvoerder en mentor.
Bij beschikking van de kantonrechter van 18 juli 2006 is aan verzoeker machtiging verleend om de bij de rechthebbende in eigendom zijnde onroerende zaak staande en gelegen te [woonplaats], [adres], te verkopen voor de getaxeerde waarde ad
€ 196.000,-- kosten koper.
Bij gedetailleerd taxatierapport van 6 juli 2006 van [naam X] (Heuvelland Makelaars) is de onderhandse verkoopwaarde op € 196.000,-- en is de executiewaarde op € 174.400,-- getaxeerd.
Verzoeker vraagt machtiging om opgemelde onroerende zaak te verkopen voor
€ 130.000,-- kosten koper, omdat na uitgebreide marktpeiling door de taxateur gebleken zou zijn dat de getaxeerde waarde van € 196.000,-- niet haalbaar is en omdat verzoeker op dit moment overeenstemming heeft bereikt met een kandidaat-koper over een koopsom van
€ 130.000,--.
De kantonrechter merkt op dat er naar het oordeel van verzoeker binnen een tijdbestek van een jaar een waardedaling van de te realiseren onderhandse verkoopprijs heeft plaatsgevonden van liefst € 66.000,-- en van de executiewaarde van liefst € 44.400,--. Een van de taken van verzoeker in zijn hoedanigheid van bewindvoerder is het genereren van zo veel mogelijk inkomen voor de rechthebbende. Gelet op het aanzienlijke verschil met zowel de getaxeerde verkoopwaarde als de executiewaarde rijst de vraag of verzoeker de belangen van de rechthebbende met de voorgenomen verkoop voldoende behartigt.
In verband met het ontbreken van iedere controleerbare feitelijke informatie die tendeert in de richting van zo sterke afwijking van de in juli 2006 gemaakte inschatting wijst de kantonrechter het verzoek af. Wellicht zou verzoeker eens te rade kunnen gaan bij een andere deskundige of een nader marktonderzoek kunnen laten doen naar reële verkoopprijzen.
BESLISSING:
Wijst het verzoek af.
Aldus gewezen en in het openbaar uitgesproken op 8 augustus 2007 door mr. H.W.M.A. Staal, kantonrechter, in aanwezigheid van Y.A.M. Tilmans, griffier.