ECLI:NL:RBMAA:2009:BH6078

Rechtbank Maastricht

Datum uitspraak
17 februari 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
322834 BR VERZ 09-7
Instantie
Rechtbank Maastricht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot verwerping van de nalatenschap door de wettelijke vertegenwoordiger van een minderjarige

In deze zaak heeft de kantonrechter te Heerlen op 17 februari 2009 uitspraak gedaan in een verzoek tot verwerping van de nalatenschap van een overleden persoon, die de Duitse nationaliteit had en in Duitsland is overleden. De verzoekster, in haar hoedanigheid als wettelijke vertegenwoordiger van haar minderjarige zoon, heeft verzocht om de nalatenschap te verwerpen, omdat het saldo negatief is. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter internationaal bevoegd is op basis van artikel 8 van de Verordening (EG) nummer 2201/2003, aangezien de minderjarige op het moment van de indiening van het verzoek in Nederland woonachtig was.

De kantonrechter heeft ook het Haags Kinderbeschermingsverdrag 1961 in overweging genomen, dat bepaalt dat wanneer de Nederlandse rechter bevoegd is, deze ook Nederlands recht toepast. De verzoekster is in de gelegenheid gesteld om binnen vier weken na de uitspraak een overzicht van baten en lasten te overleggen, inclusief afschriften van bank- of girorekeningen en facturen van de overledene, om de verwerping van de nalatenschap te onderbouwen.

De beschikking is openbaar uitgesproken door de kantonrechter, die de verzoekster machtiging heeft verleend om de nalatenschap namens haar minderjarige zoon te verwerpen. Dit besluit is genomen met inachtneming van de belangen van de minderjarige, waarbij de kantonrechter benadrukt dat de verwerping van de nalatenschap in het Nederlandse recht niet expliciet bestaat, maar dat de verzoekster wel de mogelijkheid heeft om dit te doen namens haar kind.

Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Kanton
Locatie Heerlen
zaaknr: 322834 BR VERZ 09-7
typ: YT
coll:
Beschikking van 17 februari 2009 op een verzoek ex artikel 4:193 lid 1 BW.
inzake:
[verzoekster], wonende te [adres],
verzoekster, in haar hoedanigheid van ouder c.q. wettelijke vertegenwoordiger van de minderjarige [rechthebbende], geboren op [2005] te [geboorteplaats], wonende te [adres].
VERLOOP VAN DE PROCEDURE:
Door verzoekster is een verzoekschrift met bijlagen ingediend dat 26 januari 2009 ter griffie van deze rechtbank, sector kanton, locatie Heerlen, is ontvangen.
Daarna is beschikking bepaald waarvan de uitspraak is gesteld op heden.
BEOORDELING:
Uit het verzoekschrift is de kantonrechter gebleken dat op [2008] te [plaats van overlijden] mevrouw [overledene], laatstelijk wonende te [woonplaats], is overleden.
Het verzoek strekt tot het voor en namens de minderjarige [rechthebbende] verwerpen van de nalatenschap van wijlen [overledene] nu het saldo van de nalatenschap volgens verzoekster negatief is.
Op basis van artikel 8 van de Verordening (EG) nummer 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid is de Nederlandse rechter internationaal bevoegd als de rechter van de gewone verblijfplaats van het kind op het tijdstip dat de zaak bij het gerecht aanhangig wordt gemaakt. Aangezien de minderjarige op voormeld tijdstip te [woonplaats] woonde, is de kantonrechter te Heerlen bevoegd om van het onderhavige verzoek kennis te nemen.
Nu het gaat om een minderjarige is ook het Verdrag betreffende de bevoegdheid der autoriteiten en de toepasselijke wet inzake de bescherming van minderjarigen (trb. 1968,101) van toepassing. Artikel 2 van dat verdrag bepaalt dat wanneer de Nederlandse rechter bevoegd is die rechter ook Nederlands recht toepast. Derhalve is op het verzoek tot verwerping van de nalatenschap voor en namens de minderjarige Nederlands recht van toepassing.
Met inachtneming van het behartigen van de belangen van de minderjarige heeft de kantonrechter, alvorens verder te kunnen beslissen, behoefte aan een overzicht van baten en lasten welke dienen te worden gestaafd met afschriften van bank- of girorekening(en) en facturen van wijlen [overledene] ten tijde van haar overlijden en, indien voorhanden, een boedelbeschrijving. De kantonrechter zal verzoekster in de gelegenheid stellen om binnen vier weken na heden opgemelde bescheiden over te leggen.
BESCHIKT:
Alvorens verder te beslissen:
Stelt verzoekster in de gelegenheid om binnen vier weken na heden een overzicht van baten en lasten welke dienen te worden gestaafd met afschriften van bank- of girorekening(en) en facturen van wijlen [overledene] ten tijde van haar overlijden en, indien voorhanden, een boedelbeschrijving over te leggen.
Aldus gewezen en in het openbaar uitgesproken door mr. A.J. Henzen, kantonrechter, in tegenwoordigheid van Y.A.M. Tilmans, griffier.
LJN: BH0589, Sector kantonRechtbank Haarlem, 20-01-2009, 393746 \ AL VERZ 08-2317
Databank: Rechtspraak.nl
Print volledige tekst Kopieer volledige tekst naar het klembord
Naar eerst gevonden zoekterm
Metadata
Uitspraak
Metadata
Inhoudsindicatie: Verzoek tot verwerping nalatenschap door wettelijk vertegenwoordiger van een minderjarige. Erflater had de Duitse nationaliteit en is in Duitsland overleden. De Nederlandse rechter is internationaal bevoegd op grond van artikel 8 van de Verordening (EG) nummer 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid. Toepassing Nederlands recht op grond van artikel 2 van het Haags Kinderbeschermingsverdrag 1961.
Procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Uitspraak
RECHTBANK HAARLEM
Sector kanton
Locatie Haarlem
zaaknr: 393746 \ AL VERZ 08-2317
datum uitspraak: 20 januari 2009
MACHTIGING
De kantonrechter;
Gezien het verzoekschrift van 7 augustus 2008 ingediend door [verzoeker] en ingekomen ter griffie van deze sector op 8 augustus 2008.
[verzoeker] verzoekt om een bevestiging van de verwerping van de nalatenschap van
[XXX], als wettelijk vertegenwoordiger van haar zoon [minderjarige]. [XXX] had de Duitse nationaliteit en is in Duitsland overleden.
DE BEOORDELING
Op basis van artikel 8 van de Verordening (EG) nummer 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid
(PbEG L 338/1) is de Nederlandse rechter internationaal bevoegd als de rechter van de gewone verblijfplaats van het kind naar het tijdstip dat de zaak bij het gerecht aanhangig wordt gemaakt. Derhalve is de kantonrechter te Haarlem bevoegd om op dit verzoek te beslissen. [minderjarige] is immers woonachtig in Heemstede.
Nu het gaat om een minderjarige is ook het Haags Kinderbeschermingsverdrag 1961
(trb. 1969,96) van toepassing. Artikel 2 van dat verdrag bepaalt dat wanneer de Nederlandse rechter bevoegd is die rechter ook Nederlands recht toepast. Derhalve is Nederlands recht van toepassing.
De kantonrechter begrijpt het verzoek van [verzoeker] zo dat zij verzoekt om de nalatenschap van [XXX] namens [minderjarige] te mogen verwerpen. Bevestiging van de verwerping van de nalatenschap bestaat immers niet in het Nederlandse recht.
De kantonrechter verleent machtiging aan [verzoeker] tot het verwerpen van de nalatenschap van [XXX] namens haar minderjarige zoon [minderjarige]. Zij heeft het verzoek tijdig gedaan.
BESCHIKKENDE:
Verleent aan [verzoeker], wonende te [woonplaats], aan het [adres], in haar hoedanigheid van wettelijk vertegenwoordiger van haar zoon [minderjarige], machtiging tot het verwerpen van de nalatenschap van [XXX] namens [minderjarige].
Aldus gegeven en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 20 januari 2009 door mr. J.J. Udo de Haes, kantonrechter en door deze en de griffier ondertekend.