ECLI:NL:RBMAA:2009:BJ8344
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Doorhaling procedure (royement) in civiele zaak tussen Lindorff Purchase B.V. en gedaagde partij
In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Maastricht, heeft de eisende partij, Lindorff Purchase B.V., verzocht om doorhaling (royement) van de procedure. De zaak betreft een vordering die door de eisende partij was ingesteld, maar waarbij de gedaagde partij, vertegenwoordigd door mr.drs. H.M.G. Duijsters, aanvoerde dat de vordering niet voldoende was onderbouwd en dat de eisende partij haar stellingen niet had gemotiveerd betwist. De eisende partij had eerder een exploot van dagvaarding ingediend op 21 januari 2009, gevolgd door een conclusie van antwoord en een akte ter rolle, maar heeft uiteindelijk verzocht om doorhaling van de procedure om haar moverende redenen.
De kantonrechter, mr. H.W.M.A. Staal, heeft vastgesteld dat de eisende partij geen recht meer had op een oordeel over de oorspronkelijke vordering, aangezien zij zelf om doorhaling had verzocht. De rechter heeft enkel de bevoegdheid om de procedure door te halen en een beslissing te nemen over de proceskosten. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de eisende partij in de kosten van het geding moet worden verwezen, omdat het voor haar risico blijft dat er onnodige proceskosten zijn gemaakt voor de gedaagde partij. De kosten aan de zijde van de gedaagde partij zijn begroot op € 300,-- voor het salaris van de gemachtigde, te voldoen aan de Griffier.
Het vonnis is openbaar uitgesproken op 5 augustus 2009 en de beslissing houdt in dat de eisende partij wordt veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan de gedaagde partij. Dit vonnis is een voorbeeld van hoe de rechtbank omgaat met verzoeken tot doorhaling van procedures en de toewijzing van proceskosten in civiele zaken.