ECLI:NL:RBMAA:2009:BJ8344

Rechtbank Maastricht

Datum uitspraak
5 augustus 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
324480 CV EXPL 09-760
Instantie
Rechtbank Maastricht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Doorhaling procedure (royement) in civiele zaak tussen Lindorff Purchase B.V. en gedaagde partij

In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Maastricht, heeft de eisende partij, Lindorff Purchase B.V., verzocht om doorhaling (royement) van de procedure. De zaak betreft een vordering die door de eisende partij was ingesteld, maar waarbij de gedaagde partij, vertegenwoordigd door mr.drs. H.M.G. Duijsters, aanvoerde dat de vordering niet voldoende was onderbouwd en dat de eisende partij haar stellingen niet had gemotiveerd betwist. De eisende partij had eerder een exploot van dagvaarding ingediend op 21 januari 2009, gevolgd door een conclusie van antwoord en een akte ter rolle, maar heeft uiteindelijk verzocht om doorhaling van de procedure om haar moverende redenen.

De kantonrechter, mr. H.W.M.A. Staal, heeft vastgesteld dat de eisende partij geen recht meer had op een oordeel over de oorspronkelijke vordering, aangezien zij zelf om doorhaling had verzocht. De rechter heeft enkel de bevoegdheid om de procedure door te halen en een beslissing te nemen over de proceskosten. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de eisende partij in de kosten van het geding moet worden verwezen, omdat het voor haar risico blijft dat er onnodige proceskosten zijn gemaakt voor de gedaagde partij. De kosten aan de zijde van de gedaagde partij zijn begroot op € 300,-- voor het salaris van de gemachtigde, te voldoen aan de Griffier.

Het vonnis is openbaar uitgesproken op 5 augustus 2009 en de beslissing houdt in dat de eisende partij wordt veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan de gedaagde partij. Dit vonnis is een voorbeeld van hoe de rechtbank omgaat met verzoeken tot doorhaling van procedures en de toewijzing van proceskosten in civiele zaken.

Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Kanton
Locatie Maastricht
zaaknr: 324480 CV EXPL 09-760
Vonnis van 5 augustus 2009
in de zaak van
de besloten vennootschap LINDORFF PURCHASE B.V.,
voorheen genaamd Transfair Purchase B.V.,
statutair gevestigd te Zwolle,
eisende partij,
gemachtigde: J.A.P.M. Kerckhoffs, deurwaarder te Sittard, gemeente Geleen-Sittard,
tegen:
[gedaagde],
wonend te [adres],
gedaagde partij,
gemachtigde: mr.drs. H.M.G. Duijsters, advocaat te Maastricht.
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
Door partijen zijn achtereenvolgens de navolgende processtukken gewisseld:
-exploot van dagvaarding d.d. 21 januari 2009 met producties;
-conclusie van antwoord met producties;
-akte ter rolle van eisende partij ( aan haar toegerekend, hoewel afkomstig van een niet als zodanig aangemelde gemachtigde, “mr. M. Visser”);
-conclusie van dupliek.
Daarna is vonnis bepaald, op heden.
MOTIVERING
Na aanvankelijk bij exploot van dagvaarding een vordering te hebben ingesteld, heeft eisende partij bij akte ter rolle d.d. 13 mei 2009 verzocht om doorhaling (royement) van de onderhavige procedure “om haar moverende redenen”.
Gedaagde partij heeft bij conclusie van dupliek ( in plaats van bij antwoordakte) naar voren gebracht/geconstateerd dat eisende partij zijn stellingen als gedaan in de conclusie van antwoord niet gemotiveerd heeft betwist. Bovendien heeft eisende partij haar vordering, als gedaan in het inleidende exploot, niet met bewijs(middelen) onderbouwd.
Gedaagde partij concludeert derhalve dat eisende partij niet-ontvankelijk behoort te worden verklaard in haar vordering, dan wel dat haar de vordering zal worden ontzegd als rechtens ongegrond en/of onbewezen met veroordeling van eisende partij tot betaling van de kosten van geding.
Nu eisende partij doorhaling van de onderhavige procedure heeft verzocht, komt de kantonrechter rechtens geen bevoegdheid meer toe om over de oorspronkelijke vordering te oordelen.
Het is de kantonrechter in deze stand alleen toegestaan de onderhavige procedure door te halen en een oordeel te geven omtrent de verschuldigdheid van proceskosten aan de zijde van (een der) partijen.
De kantonrechter zal derhalve opdracht geven de onderhavige procedure door te halen op de rol. Eisende partij dient verwezen te worden in de kosten van het geding, omdat het voor haar risico dient te blijven dat zonder gebleken noodzaak proceskosten voor haar wederpartij zijn bewerkstelligd.
Aan de zijde van gedaagde partij worden die kosten begroot - naar het gebruikelijke liquidatietarief - op € 300,-- gemachtigdesalaris, te voldoen via de Griffier.
BESLISSING
Geeft opdracht tot doorhaling van de zaak op de rol.
Veroordeelt eisende partij tot betaling van de kosten van het geding, aan de zijde van gedaagde partij tot heden in totaal begroot op € 300,-- ter zake van salaris van de gemachtigde van gedaagde partij, te betalen aan de Griffier van de gerechten in het Arrondissement Maastricht.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.W.M.A. STAAL, kantonrechter, en is in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
HP