ECLI:NL:RBMAA:2011:BP5196
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van persoonsgebonden uitgaven door orthopedagogisch behandelcentrum
In deze zaak heeft de Rechtbank Maastricht op 26 januari 2011 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Stichting Gastenhof en een gedaagde partij. De vordering van Gastenhof betreft persoonsgebonden uitgaven zoals zakgeld, reisgeld en schoolbenodigdheden voor een minderjarige die in een behandelcentrum is geplaatst. De rechtbank oordeelt dat de kosten van verzorging en opvoeding, die onder de Wet op de Jeugdzorg vallen, niet van toepassing zijn op deze vordering. De gedaagde heeft een beroep gedaan op rechtsverwerking, maar dit werd verworpen omdat er geen sprake was van onredelijk gedrag van de schuldeiser. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gedaagde onderhoudsplichtig is voor haar zoon en dat er een overeenkomst is gesloten waarin is vastgelegd dat de kosten die niet door de AWBZ worden vergoed, voor rekening van de gedaagde komen. De rechtbank heeft de vordering van Gastenhof voor een bedrag van € 1.525,72 toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de dag van dagvaarding. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij haar eigen kosten draagt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders gevorderde is afgewezen.