ECLI:NL:RBMAA:2011:BP5638
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van openstaande bedragen voor telecommunicatiediensten door Ziggo B.V. tegen gedaagde
In deze zaak heeft Ziggo B.V. de gedaagde, die in persoon procedeert, aangesproken tot betaling van een openstaand bedrag van € 798,39, voortvloeiend uit een abonnement voor telecommunicatiediensten. De gedaagde heeft de vordering niet betwist, maar heeft zich beperkt tot een verzoek om clementie, waarbij hij zijn persoonlijke en financiële situatie uiteenzette. De kantonrechter heeft de vordering van Ziggo beoordeeld en geconcludeerd dat de hoofdsom van € 628,32 toewijsbaar is, aangezien de gedaagde niet heeft betwist dat hij deze bedragen verschuldigd was voor de periode van 27 mei 2009 tot en met 28 januari 2010. De nevenvorderingen, waaronder vervallen rente en vergoeding van buitengerechtelijke kosten, zijn echter afgewezen. De kantonrechter oordeelde dat Ziggo niet voldoende heeft aangetoond dat er sprake was van betalingsverzuim en dat de vordering op deze onderdelen niet toereikend was onderbouwd. De proceskosten zijn gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. De uitspraak is gedaan door kantonrechter H.W.M.A. Staal op 12 januari 2011.