ECLI:NL:RBMAA:2011:BP8610
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding en gebrekkig procederen door schadeverzekeraar Achmea
In deze zaak heeft Achmea Schadeverzekeringen N.V., handelend onder de naam Centraal Beheer Achmea, een vordering ingesteld tegen een gedaagde partij, die in het vonnis niet bij naam is genoemd. De vordering betreft een bedrag van € 372,58, vermeerderd met wettelijke rente en kosten, voortvloeiend uit een vermeende premieschuld. Achmea stelt dat de gedaagde partij, ondanks herhaalde aanmaningen, de verschuldigde premie niet heeft betaald. De gedaagde heeft echter betwist dat er een overeenkomst tot stand is gekomen en heeft Achmea verweten dat zij gebrekkig heeft geprocedeerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat Achmea niet heeft voldaan aan de vereisten van inzichtelijkheid en volledigheid in haar processtukken, zoals voorgeschreven in de artikelen 21, 85 en 111 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). De rechtbank oordeelt dat Achmea onvoldoende bewijs heeft geleverd voor haar vorderingen en dat de gedaagde partij in haar verweer is geschaad door de gebrekkige procesvoering van Achmea. De rechtbank heeft de vordering van Achmea integraal afgewezen en haar veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde partij, die zijn vastgesteld op € 120,00. Dit vonnis is gewezen door kantonrechter H.W.M.A. Staal en is openbaar uitgesproken op 16 maart 2011.