ECLI:NL:RBMAA:2011:BQ7119
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van gas- en elektriciteitskosten door Enexis B.V. tegen gedaagde
In deze zaak vorderde de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Enexis B.V. betaling van een bedrag van € 179,66 van de gedaagde, die in eerste instantie in persoon procedeerde en later werd bijgestaan door een advocaat. De vordering was gebaseerd op een vermeende contractuele relatie tussen Enexis en de gedaagde, waarbij de gedaagde maandelijks een vooraf vastgesteld voorschotbedrag diende te voldoen voor geleverde gas- en elektriciteitsdiensten. Enexis stelde dat de gedaagde door het ondertekenen van een contract met zijn energieleverancier, Essent, ook een contract met Enexis had gesloten. De gedaagde betwistte echter dat er een overeenkomst met Enexis tot stand was gekomen en voerde aan dat hij nooit een contract met hen had ondertekend.
De kantonrechter oordeelde dat Enexis niet voldoende bewijs had geleverd om de stelling te onderbouwen dat er een contractuele relatie bestond. De rechter merkte op dat het niet aannemelijk was dat er zonder direct handelen van beide partijen een contractuele relatie tot stand was gekomen. Enexis had de ontstaansgeschiedenis van de overeenkomst niet concreet en gedocumenteerd gepresenteerd, wat noodzakelijk was om de vordering te onderbouwen. De rechter wees de vordering van Enexis af en veroordeelde hen in de proceskosten van de gedaagde.
Dit vonnis is uitgesproken door kantonrechter H.W.M.A. Staal in aanwezigheid van de griffier. De uitspraak vond plaats op 18 mei 2011 in Maastricht.