ECLI:NL:RBMAA:2011:BR1277

Rechtbank Maastricht

Datum uitspraak
16 mei 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
03/700587-10
Instantie
Rechtbank Maastricht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Nietigheid van dagvaarding in strafzaak wegens niet naleven termijn bij verzending naar Frankrijk

In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Maastricht op 16 mei 2011, stond de geldigheid van de dagvaarding centraal. De verdachte, die in Frankrijk woonde, had een dagvaarding ontvangen die op 20 april 2011 per gewone post was verzonden. De rechtbank oordeelde dat, volgens artikel 7 van het Europees Verdrag aangaande wederzijdse rechtshulp in strafzaken, bij rechtstreekse toezending van de dagvaarding een termijn van 30 dagen in acht genomen moet worden. Aangezien deze termijn niet was gerespecteerd, werd de dagvaarding als nietig verklaard. De verdachte was niet verschenen op de zitting, wat de beslissing van de rechtbank verder onderstreepte. De rechtbank concludeerde dat de dagvaarding niet op een geldige wijze was uitgereikt, in strijd met de bepalingen van het Wetboek van Strafvordering, en verklaarde deze nietig. Het vonnis werd uitgesproken door de meervoudige kamer, onder leiding van voorzitter mr. R.A.J. van Leeuwen, en in aanwezigheid van de andere rechters en de griffier. De zaak betrof de verdenking van het vervoeren en aanwezig hebben van ongeveer 319,7 gram heroïne, een middel dat op de lijst I van de Opiumwet staat. De tenlastelegging was als bijlage aan het vonnis gehecht, maar door de nietigheid van de dagvaarding kon de zaak niet verder worden behandeld.

Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector strafrecht
parketnummer: 03/700587-10
vonnis van de meervoudige kamer d.d. 16 mei 2011
in de strafzaak tegen
[naam verdachte],
geboren te [geboortegegevens verdachte],
wonende te [adresgegevens verdachte].
Raadsvrouwe is mr. L. Schyns, advocaat te Maastricht.
1 Onderzoek van de zaak
De zaak is behandeld op de zitting van 16 mei 2011, waarbij de officier van justitie en de verdediging hun standpunten kenbaar hebben gemaakt.
2 De tenlastelegging
De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
319,7 gram heroïne heeft vervoerd danwel aanwezig heeft gehad.
3 De voorvragen
Geldigheid van de dagvaarding
Ingevolge artikel 7 Europees Verdrag aangaande wederzijdse rechtshulp in strafzaken en de door Frankrijk bij de bekrachtiging van het verdrag afgelegde verklaring moet bij de betekening van een dagvaarding via tussenkomst van de Staat een termijn van 30 dagen worden aangehouden. Bij rechtstreekse toezending van de dagvaarding per gewone post behoort naar analogie van deze regeling eveneens een termijn van 30 dagen in acht genomen te worden.
Volgens de akte van uitreiking is de dagvaarding op 20 april 2011 per gewone brief verzonden naar verdachtes adres in Frankrijk. De hiervoor genoemde termijn van 30 dagen is dus niet in acht genomen..
Tevens heeft de rechtbank vastgesteld dat het bovenstaande adres van verdachte niet volledig is. Het volledige adres van verdachte luidt:
[adresgegevens verdachte]
Tenslotte heeft de rechtbank vastgesteld dat in de meegezonden vertaling van de dagvaarding voor de zitting van 16 mei 2011 staat vermeld dat de zittingsdatum 31 januari 2011 zou zijn.
De rechtbank komt dan ook tot de conclusie dat de dagvaarding niet op een geldige wijze is uitgereikt overeenkomstig het bepaalde bij artikel 588, eerste en derde lid en 589 van het Wetboek van Strafvordering.
Daarnaast heeft de rechtbank vastgesteld dat de verdachte niet ter terechtzitting is verschenen.
De dagvaarding moet daarom nietig worden verklaard.
4 De beslissing
De rechtbank:
De geldigheid van de dagvaarding
- verklaart de dagvaarding nietig, nu deze niet op een geldige wijze is uitgereikt overeenkomstig het bepaalde bij artikel 588, eerste en derde lid en 589 van het Wetboek van Strafvordering en verdachte niet is verschenen.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.A.J. van Leeuwen, voorzitter, mr. B.G.L. van der Aa en mr. J.H. Klifman, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S.A.J. Koonen, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 16 mei 2011.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat hij op of omstreeks 23 oktober 2010 in de gemeente Maastricht, opzettelijk heeft vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, ongeveer 319,7 gram heroïne, een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne, zijnde heroïne, een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I.
RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Strafrecht
parketnummer: 03/700587-10
proces-verbaal van het voorgevallene ter openbare zitting van de enkelvoudige kamer van de rechtbank voornoemd van 16 mei 2011 in de zaak tegen:
[naam verdachte],
geboren te [geboortegegevens verdachte],
wonende te [adresgegevens verdachte].
Tegenwoordig:
mr. , rechter,
mr. , officier van justitie,
dhr./mevr. , griffier.
De rechter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is niet in de zaal van de zitting aanwezig.
De rechter spreekt het vonnis uit.
Waarvan proces-verbaal, vastgesteld en getekend door de rechter en de griffier.
Raadsvrouwe L. Schyns, advocaat te Maastricht.