ECLI:NL:RBMAA:2012:BV9179
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vordering Ziggo B.V. tegen gedaagde wegens niet-naleving stelplicht
In deze zaak heeft de Rechtbank Maastricht op 25 januari 2012 uitspraak gedaan in een kantonzaak tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Ziggo B.V. en een gedaagde partij. Ziggo had de gedaagde bij dagvaarding van 17 november 2011 in rechte betrokken met een vordering tot betaling van € 578,47, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. Ziggo stelde dat de gedaagde in gebreke was gebleven met betalingen voor geleverde diensten, maar voldeed niet aan de vereisten van de artikelen 21, 85 en 111 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) in haar exploot van dagvaarding. De rechtbank oordeelde dat Ziggo haar stelplicht niet had nageleefd, omdat zij essentiële onderdelen van haar vordering niet had onderbouwd en geen bewijs had aangeboden. De gedaagde had de vordering gemotiveerd betwist en stelde dat er geen overeenkomst bestond tussen partijen. De rechtbank concludeerde dat de vordering van Ziggo niet voldoende feitelijke grondslag had en wees de vordering af zonder een tweede schriftelijke procesronde. Ziggo werd veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, die op € 100,00 werden begroot. Het vonnis werd uitvoerbaar verklaard bij voorraad.