ECLI:NL:RBMNE:2015:4387
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- M.J. Slootweg
- L. Verschoor-Bergsma
- I.P.H.M. Severeijns
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek tegen rechter in echtscheidingsprocedure
In deze wrakingszaak heeft verzoeker, mr. W.S. Ludwig, de rechter gewraakt die belast was met de behandeling van zijn echtscheidingsprocedure. De wraking vond plaats tijdens de zitting op 30 april 2015, waarbij de rechter betrokken was bij de voorlopige voorzieningen tussen verzoeker en zijn wederpartij, [A]. Verzoeker betoogde dat de rechter al eerder beslissingen had genomen die zijn belangen zouden kunnen schaden, en dat hij twijfelde aan de onpartijdigheid van de rechter. De rechter heeft echter schriftelijk zijn standpunt weergegeven en was niet aanwezig bij de mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek op 2 juni 2015.
De rechtbank heeft de feiten en omstandigheden die verzoeker aanvoerde om de vrees voor partijdigheid te onderbouwen, beoordeeld. De rechtbank oordeelde dat de door verzoeker aangevoerde feiten niet voldoende waren om te concluderen dat de rechter vooringenomen was. De rechtbank benadrukte dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling vermoed wordt onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken. De rechtbank concludeerde dat de eerdere beslissingen van de rechter in de voorlopige voorzieningenprocedure op zichzelf geen grond voor wraking vormen.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het verzoek tot wraking ongegrond verklaard. De beslissing is genomen door de meervoudige kamer voor de behandeling van wrakingszaken, bestaande uit de voorzitter en twee leden, en is openbaar uitgesproken op 16 juni 2015.