ECLI:NL:RBMNE:2016:4992

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
14 september 2016
Publicatiedatum
14 september 2016
Zaaknummer
16/700118-15 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man voor ontuchtige handelingen met kinderen en dieren, en het bezit van kinder- en dierenporno

Op 14 september 2016 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 43-jarige man uit Vianen. De man is schuldig bevonden aan ontuchtige handelingen met een hond en vier zeer jonge kinderen, alsook aan het verwerven, vervaardigen en verspreiden van kinder- en dierenporno. De rechtbank heeft de man veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar en tbs met dwangverpleging. Deskundigen hebben vastgesteld dat de man zwakbegaafd is en lijdt aan een antisociale persoonlijkheidsstoornis, pedofilie en hyperseksualiteit, wat de kans op herhaling vergroot. De rechtbank oordeelt dat de man verminderd toerekeningsvatbaar is, maar dat de gepleegde feiten zo ernstig zijn dat een langdurige gevangenisstraf en behandeling noodzakelijk zijn. De rechtbank heeft de eis van de officier van justitie, die vijf jaar gevangenisstraf had geëist, verlaagd naar vier jaar, mede vanwege de ernst van de psychische stoornissen van de verdachte. De rechtbank heeft ook de vorderingen van de benadeelde partijen, die schadevergoeding hebben geëist, in behandeling genomen en een contactverbod opgelegd voor de duur van vijf jaar. De rechtbank heeft de verdachte als gevaarlijk voor de maatschappij beschouwd en de tbs-maatregel opgelegd om de samenleving te beschermen.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Utrecht
Parketnummer: 16/700118-15 (P)
Vonnis van de meervoudige strafkamer van 14 september 2016
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1973] in [geboorteplaats] ,
wonende in [woonplaats] ,
thans preventief gedetineerd te PI Nieuwegein.

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgevonden op 23 september 2015, 16 december 2015, 8 februari 2016, 14 april 2016, 1 juni 2016, 19 juli 2016 en 31 augustus 2016. De verdachte is bij de inhoudelijke behandeling ter terechtzitting op 31 augustus 2016 in persoon verschenen en heeft zich laten bijstaan door mr. R. Bonis, advocaat te Dordrecht.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van wat verdachte en de raadsman voren hebben gebracht.
De rechtbank heeft voorts kennisgenomen van de vorderingen van de benadeelde partijen, ingediend namens [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] . De moeder van de benadeelde partijen is ter zitting bijgestaan door mr. M.A.J. Kubatsch, advocaat te Utrecht.

2.Tenlastelegging

De tenlastelegging is op de zitting van 8 februari 2016 nader omschreven zoals bedoeld in artikel 314a van het Wetboek van Strafvordering. De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1:in de periode van 1 januari 2005 tot en met 10 juni 2015 te Vianen kinderpornografische afbeeldingen
A) heeft verworven, in bezit gehad en zich de toegang ertoe verschaft, en
B) heeft vervaardigd;
feit 2:in de periode van 4 november 2011 tot en met 4 november 2012 te Werkendam met [slachtoffer 1] (geboren op [2011] ) ontuchtige handelingen heeft gepleegd, mede bestaand uit het seksueel binnendringen van het lichaam;
feit 3:in de periode van 1 augustus 2014 tot en met 22 februari 2015 te Vianen en Werkendam met [slachtoffer 2] (geboren op [2006] ) ontuchtige handelingen heeft gepleegd, mede bestaand uit het seksueel binnendringen van het lichaam;
feit 4:in de periode van 1 september 2014 tot en met 10 juni 2015 te Werkendam met [slachtoffer 3] (geboren op [2003] ) ontuchtige handelingen heeft gepleegd;
feit 5:op 14 juli 2010, of in de periode van 1 juli 2010 tot en met 12 november 2010, te Barendrecht met [slachtoffer 4] (geboren op [2009] ) ontuchtige handelingen heeft gepleegd, samen met een ander;
feit 6:in de periode van 29 mei 2010 tot en met 10 juni 2014 te Vianen dierenpornografische afbeeldingen heeft vervaardigd, verspreid en in bezit gehad;
feit 7:in de periode van 21 februari 2011 tot en met 19 april 2014 te Vianen of Werkendam ontuchtige handelingen heeft gepleegd met een hond.

3.Voorvragen

De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van de ten laste gelegde feiten en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.De beoordeling van het bewijs

4.1
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft gevorderd de ten laste gelegde feiten (onder primair) wettig en overtuigend bewezen te verklaren.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft betoogd dat verdachte dient te worden vrijgesproken van het onder feit 2 primair en feit 4 ten laste gelegde. Bij [slachtoffer 3] heeft verdachte geen ontuchtige handelingen gepleegd. Bij [slachtoffer 1] is geen sprake geweest van binnendringen. Het plegen van ontuchtige handelingen -feit 2 subsidiair- kan wel bewezen worden. Ten aanzien van [slachtoffer 4] -feit 5- is betoogd dat partiële vrijspraak moet volgen voor de zinssnede ‘in de mond nemen van en/of zuigen aan en/of likken aan de penis van die [slachtoffer 4] ’. Wat betreft de feiten 1, 3, 6 en 7 heeft de raadsman zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
4.3
Het oordeel van de rechtbank [1]
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feiten 1, 3, 6 en 7 ten laste gelegde heeft begaan. Verdachte heeft deze feiten bekend en de verdediging heeft geen vrijspraak bepleit. Onder deze omstandigheden zal de rechtbank met toepassing van artikel 359, derde lid, laatste volzin, van het Wetboek van Strafvordering -voor zover zij dit feit bewezen acht- volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen.
Ten aanzien van feit 1:
- de bekennende verklaring van verdachte; [2]
- de bevindingen met betrekking tot het aantreffen van de gegevensdragers; [3] [4]
- de bevindingen met betrekking tot het aantreffen van kinderpornografische afbeeldingen op deze gegevensdragers [5] [6] , waaronder zelf vervaardigde afbeeldingen. [7]
Ten aanzien van feit 3:
- de bekennende verklaring van verdachte; [8]
- de bevindingen met betrekking tot het aantreffen van de gegevensdragers; [9]
- de bevindingen met betrekking tot het aantreffen van kinderpornografische afbeeldingen op deze gegevensdragers, van verdachte en [slachtoffer 2] ; [10] [11]
- de bevindingen met betrekking tot het verhoor van [slachtoffer 2] ; [12]
- de aangifte door [aangeefster] . [13]
Ten aanzien van feit 6:
- de bekennende verklaring van verdachte; [14]
- de bevindingen met betrekking tot het aantreffen van de gegevensdragers; [15] [16]
- de bevindingen met betrekking tot het aantreffen van dierenpornografische afbeeldingen op deze gegevensdragers, [17] [18] waaronder zelf vervaardigde afbeeldingen; [19]
- de bevindingen met betrekking tot de verspreiding van dierenpornografische afbeeldingen. [20]
Ten aanzien van feit 7:
- de bekennende verklaring van verdachte; [21]
- de bevindingen met betrekking tot het aantreffen van de gegevensdragers; [22]
- de bevindingen met betrekking tot het aantreffen van dierenpornografische afbeeldingen op deze gegevensdragers, van verdachte en een hond. [23]
De rechtbank gaat op grond van de wettige bewijsmiddelen van de volgende feiten en omstandigheden uit.
Ten aanzien van feit 2 primair:
Verdachte heeft verklaard dat hij heeft gelikt aan de vagina van [slachtoffer 1] toen hij bij haar thuis was. Hij heeft met zijn hand haar schaamlippen open gehouden. Het zou kunnen, volgens verdachte, dat hij met zijn tong ook tussen haar schaamlippen is geweest. [24]
Verdachte heeft ook verklaard hiervan foto’s te hebben gemaakt. Eén van deze foto’s is door de officier van justitie ter terechtzitting aan de rechtbank getoond. De rechtbank heeft hierop waargenomen dat de tong tussen de schaamlippen is geplaatst. [25] De leeftijd van het meisje op de foto is geschat op 2 tot 3 maanden. [26]
[slachtoffer 1] is geboren op [2011] en is woonachtig te [woonplaats] . [27]
De rechtbank overweegt als volgt.
Op grond van deze bewijsmiddelen acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte -kort gezegd- de vagina van [slachtoffer 1] heeft betast, aan haar vagina heeft gelikt en met zijn tong tussen haar schaamlippen heeft gezeten. [slachtoffer 1] was op dat moment 0 tot 1 jaar oud. Gelet op vaste jurisprudentie van de Hoge Raad wordt het tussen de schaamlippen komen gekwalificeerd als binnendringen.
Ten aanzien van feit 4:
[slachtoffer 3] , geboren [2003] [28] , heeft op 31 oktober 2015 verklaard dat verdachte een keer met diens hand in zijn broek was gegaan en daarbij zijn piemel had aangeraakt en daaraan had zitten friemelen [29] , en dat hij toen 11 jaar was. [30] [slachtoffer 3] verklaart dat het vorig jaar was, deze maand (de rechtbank begrijpt: oktober 2014). [getuige] , de moeder van [slachtoffer 3] , bij wie [slachtoffer 3] in die periode in weekends in Werkendam kwam, heeft verklaard dat verdachte in 2014 veel bij hen kwam. [31]
Verdachte heeft chatgesprekken gevoerd met [slachtoffer 3] in de periode 21 augustus 2014 – 30 december 2014. Daarin zijn onder meer de volgende berichten uitgewisseld:
“Stop lul popen neuker vieze pop verchrachter ho” ( [slachtoffer 3] aan verdachte),
“Aaa ja me hele piemel stijf en sperma” ( [slachtoffer 3] aan verdachte),
“ haha” (verdachte aan [slachtoffer 3] ). [32]
Op 5 juni 2015 heeft verdachte een chatgesprek gehad met [B] , waarin verdachte schrijft: “was je nog vergeten te vertellen schat heb vorig weekend met het broertje van die kennis in bed gelegen ik sliep daar en we hebbeb sex tv gekeken hij kreeg een stijve pikje er van […] ja hij is 12 heb met zijn pikje gespeeld en gepijpt en hij spoot in me mond vond hij lekker en bleef maar tv kijken en geil”. [33] Verdachte verzond in dit chatgesprekken een foto, die door [getuige] is herkend als een foto van haar zoon [slachtoffer 3] . [34]
Dr. F. Poletiek heeft een rapport uitgebracht over de betrouwbaarheid van de verklaringen van [slachtoffer 3] in de zaak tegen verdachte. Haar conclusie luidt dat de verklaringen van [slachtoffer 3] , op het punt van de verweten ontucht door verdachte, in aanzienlijke mate betrouwbaar zijn. [35]
De rechtbank overweegt als volgt.
Verdachte heeft ontkend ontucht te hebben gepleegd met [slachtoffer 3] . De rechtbank acht, op grond van de hiervoor vermelde bewijsmiddelen, het feit niettemin wettig en overtuigend bewezen. De rechtbank gaat er daarbij niet van uit dat de ontucht heeft plaatsgevonden in het weekend vóór 5 juni 2015 en/of op de wijze zoals verdachte in zijn chatgesprek met [B] beschrijft. Immers, [slachtoffer 3] heeft het in zijn verhoor over één incident, van toen hij 11 jaar was en over alleen betasten, maar dat chatgesprek draagt wel bij aan de overtuiging van de rechtbank dat verdachte, zoals [slachtoffer 3] heeft verklaard, ontucht met [slachtoffer 3] heeft gepleegd.
De raadsman heeft nog aangevoerd dat bevindingen uit het rapport van Poletiek twijfel doen rijzen omtrent de betrouwbaarheid van de verklaringen van [slachtoffer 3] . Hij wijst daarbij op de volgende bevindingen in het rapport:
a. Dat [slachtoffer 3] een IQ heeft op zwakbegaafd niveau, dat hij weinig overzicht heeft en fantasie en werkelijkheid door elkaar kan halen (p. 3);
b. Dat onduidelijk is van wie [slachtoffer 3] welke informatie heeft gekregen: ouders, pleegouders, van meeluisteren of van zijn zusjes (p. 3);
c. Dat het niet mogelijk is vast te stellen in hoeverre [slachtoffer 3] fantasie en werkelijkheid goed heeft onderscheiden (p. 4); en
d. Dat een uitdrukking die [slachtoffer 3] bezigt – tegen haar wil misbruikt – gekopieerd lijkt te zijn van een volwassene (p. 5).
Deze bevindingen doen niet af aan de door Poletiek getrokken conclusie. Poletiek heeft de omstandigheid dat [slachtoffer 3] fantasie en werkelijkheid door elkaar kan halen en dat niet goed is vast te stellen wanneer dat gebeurt (a. en c.), in aanmerking genomen in haar analyse. In het bijzonder heeft zij deze omstandigheid in aanmerking genomen bij haar beoordeling van een alternatief scenario, waarin [slachtoffer 3] het misbruik zou hebben verzonnen. Voor dat alternatief scenario onderkent Poletiek ook dat er aanwijzingen zijn, maar zij kwalificeert die als zwak. De sterke aanwijzingen die strekken tot verwerping van dat alternatieve scenario, die Poletiek noemt, stelt de raadsman niet ter discussie. Wat betreft de onduidelijkheid over van wie [slachtoffer 3] voorinformatie had gekregen, voorafgaande aan zijn verhoor (b.), stelt de raadsman niet de bevindingen van Poletiek ter discussie die haar conclusie onderbouwen dat er geen aanwijzingen zijn voor (een alternatief scenario met) pogingen van moeder om [slachtoffer 3] te beïnvloeden over wat hij zou moeten vertellen in het verhoor. Over de overige genoemde omstandigheden (laag IQ (a.), uitdrukking gekopieerd van volwassene (d.)) licht de raadsman niet toe waarom deze afbreuk zouden doen aan de argumentatie of conclusies van Poletiek, en het blijkt ook niet uit haar rapport.
Ten aanzien van feit 5:
Op de computer van verdachte zijn chatgesprekken aangetroffen tussen verdachte en een ander persoon, vermoedelijk [B] . [36] Op 13 juli 2010 wordt er tussen verdachte en deze persoon de afspraak gemaakt dat verdachte de volgende dag naar haar toe gaat. De persoon vraagt verdachte wat hij dan met haar of haar zoontje wil gaan doen. Daarna wordt gesproken over seksuele handelingen die met het zoontje verricht kunnen worden. Zowel [B] als haar zoon [slachtoffer 4] waren in die periode woonachtig te Barendrecht. [37] [slachtoffer 4] is geboren op [2009] . [38]
Verdachte heeft verklaard naar de woning van [B] te zijn gegaan. Hier heeft hij seks met haar gehad. Terwijl zij seks hadden heeft [B] haar zoon gepijpt. Verdachte heeft hem een kus op zijn penis gegeven. [39]
De rechtbank overweegt als volgt.
Gelet op de voorafgaande bespreking tussen verdachte en [B] en de daaropvolgende gezamenlijke uitvoering is de rechtbank van oordeel dat sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en [B] . Verdachte heeft zich daarom als medepleger ook schuldig gemaakt aan de ten laste gelegde, door zijn mededader uitgevoerde handelingen. De rechtbank acht het onder feit 5 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen.
De hiervoor weergegeven feiten en omstandigheden worden slechts gebezigd tot het bewijs van dat ten laste gelegde feit waarop deze blijkens de inhoud kennelijk betrekking hebben.

5.Bewezenverklaring

De rechtbank acht op grond van de in rubriek 4.3 genoemde bewijsmiddelen bewezen dat verdachte
feit 1:
in de periode van 1 januari 2009 tot en met 10 juni 2015 in Vianen telkens gegevensdragers, te weten computers en harddisks en USB-sticks en een SD-kaart, bevattende afbeeldingen te weten foto’s en films,
A:
heeft verworven en in bezit heeft gehad en zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, terwijl op die afbeeldingen seksuele gedragingen zichtbaar zijn, waarbij telkens een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen -zakelijk weergegeven- bestonden uit:
- het oraal en vaginaal en anaal penetreren (met de penis en (een) vinger(s)/hand en een voorwerp) van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt: foto/afbeelding 04 (blz. 471), 10 (blz. 473), 28 (blz. 478),
en
- het oraal en vaginaal penetreren van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (met de penis en de vinger(s)/hand): foto/afbeelding 15 (blz. 474), 38 blz. 482)
en
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, waarbij deze perso(o)n(en) gekleed is/zijn en poseert/poseren in een omgeving en in (een) erotisch getinte) houding(en) (op een wijze die niet bij haar/hun leeftijd passen en waarbij door het camerastandpunt en de uitsnede van de foto('s)/films nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele
strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling: foto/afbeelding 03 (blz.470), 16 (blz. 473), 29,30 (blz. 479), 15 (blz. 549), 17 (blz. 550)
en
- het masturberen en ejaculeren boven/bij het gezicht en/of het lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt en het houden van een (stijve) penis dichtbij lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt: foto/afbeelding 12 (blz. 473), 33 (blz. 480)
en
B:
heeft vervaardigd, terwijl op die afbeeldingen seksuele gedragingen zichtbaar zijn, waarbij telkens een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen -zakelijk weergegeven- bestonden uit:
- het anaal penetreren van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (met de vinger(s)/hand): foto 61, 64 (blz. 489)
en
- het oraal penetreren met de penis van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt: foto 52 (blz. 486)
en
- het betasten en aanraken van de geslachtsdelen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (met de vinger(s)/hand) en/of de mond/tong): foto 44 (blz. 484), 45, 47 (blz. 485), 55 (blz. 487)
en
- het betasten en aanraken van de geslachtsdelen van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (met de vinger(s)/hand): foto 62 (blz. 489)
en
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, waarbij deze perso(o)n(en) poseert/poseren in een omgeving en in (een) erotisch getinte) houding(en) (op een wijze die niet bij haar/hun leeftijd passen en waarbij de uitsnede van de foto('s)/films nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling: foto 42, 43 (blz. 484), 48 (blz. 485), 49, 50 (blz. 486), 53, 54, 56 (blz. 487), 57 (blz. 488), 63 (blz. 489), 65, 66, 67, 68 (blz. 490), 71( blz. 491)
en
- het houden van een (stijve) penis dichtbij lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt: foto 51 (blz. 486)
van welke misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt.
feit 2 primair:
in de periode van 4 november 2011 tot en met 4 november 2012 in Werkendam met [slachtoffer 1] (geboren op [2011] ), die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd die mede hebben bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, immers heeft verdachte met zijn tong tussen de schaamlippen van voornoemde [slachtoffer 1] , die de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, gezeten en die vagina betast en aan haar vagina gelikt.
feit 3 primair:
in de periode van 1 augustus 2014 tot en met 22 februari 2015 in Vianen en Werkendam met [slachtoffer 2] , geboren op [2006] , die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd die mede hebben bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, immers heeft verdachte
- zijn penis geduwd in de mond van die [slachtoffer 2] en
- de vingers/hand van die [slachtoffer 2] in zijn, verdachtes anus laten duwen/stoppen en
- de vagina van die [slachtoffer 2] gelikt en
- door die [slachtoffer 2] zijn penis laten aanraken.
feit 4:
in de periode van 1 september 2014 tot en met 10 juni 2015 in Werkendam met [slachtoffer 3] , geboren op [2003] , die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, bestaande in het ontuchtig betasten/voelen aan de ontblote geslachtsdelen van voornoemde [slachtoffer 3] .
feit 5:
op 14 juli 2010 in de gemeente Barendrecht, tezamen en in vereniging met een ander, met [slachtoffer 4] , geboren op [2009] , die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, bestaande in het ontuchtig door verdachte en zijn mededader in de mond nemen van en het zuigen aan en het likken aan de penis van die [slachtoffer 4] en een kus geven op de penis van die [slachtoffer 4] .
feit 6:
in de periode van 29 mei 2010 tot en met 10 juni 2015 in Vianen telkens gegevensdragers, te weten computers en harddisks en een USB-stick en een SD-kaart, bevattende afbeeldingen heeft verspreid en heeft vervaardigd en in bezit heeft gehad, terwijl op die afbeeldingen ontuchtige handelingen zichtbaar zijn waarbij een mens en een dier zijn betrokken of schijnbaar zijn betrokken, welke ontuchtige handelingen bestonden uit
- het door een dier oraal en vaginaal en anaal penetreren van het lichaam van een persoon en
- het door een persoon betasten en aanraken van de geslachtdelen van een dier en
- het door een persoon likken aan de geslachtsdelen van een dier en
- het door een dier laten likken van de geslachtsdelen en de billen van een persoon.
feit7:
in de periode van 21 februari 2011 tot en met 19 april 2014 in Werkendam met een dier, te weten een hond, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, welke ontuchtige handelingen bestonden uit:
- het in de mond nemen van de penis van die hond en
- likken aan de penis van die hond en
- het met de hand omvatten van de penis van die hond.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

6.De strafbaarheid van de feiten

De bewezen geachte feiten zijn volgens de wet strafbaar als:
feit 1: A) een gewoonte maken van een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt is betrokken, verwerven, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang toe verschaffen,
en
B) een gewoonte maken van een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt is betrokken, vervaardigen;
feit 2 primair: met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam;
feit 3 primair: met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd;
feit 4: met iemand beneden de zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen;
feit 5: medeplegen van met iemand beneden de zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen;
feit 6: een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij een mens en een dier zijn betrokken, verspreiden, vervaardigen en in bezit hebben, meermalen gepleegd;
feit 7: met een dier ontuchtige handelingen plegen.
Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.

7.De strafbaarheid van verdachte

De rechtbank heeft kennis genomen van de Pro Justitia triple rapportage betreffende verdachte van 23 december 2015, opgemaakt door drs. M.R. Weeda (psychiater), drs. P.E. Geurkink (GZ-psycholoog) en W. van Kreel (forensisch milieuonderzoeker). Het rapport vermeldt -kort samengevat- dat bij verdachte sprake is van gecombineerde pathologie in de zin van zwakbegaafdheid, een antisociale persoonlijkheidsstoornis en seksuele stoornissen, te weten pedofilie van het niet-exclusieve type en hyperseksualiteit geclassificeerd als een parafilie niet anderszins omschreven. Zowel deze gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens als de ziekelijke stoornissen hebben de gedragskeuzes van verdachte, ook ten tijde van het ten laste gelegde, in aanzienlijke mate beïnvloed. De deskundigen adviseren om verdachte als verminderd toerekeningsvatbaar te beschouwen.
De rechtbank maakt de conclusies van voornoemde deskundigen tot de hare en zal verdachte als verminderd toerekeningsvatbaar beschouwen.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte geheel uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.Motivering van de straffen en maatregelen

8.1.
De eis van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor de door haar bewezen geachte feiten zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaar, met aftrek van voorarrest, en dat de maatregel van terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege (hierna: tbs met dwangverpleging) zal worden opgelegd.
8.2.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft aangegeven dat verdachte gemotiveerd is voor behandeling en zich neerlegt bij de uitgebrachte adviezen wat betreft oplegging van tbs met dwangverpleging. De raadsman heeft verzocht om een eventueel op te leggen gevangenisstraf van korte duur te laten zijn, zodat zo snel mogelijk met behandeling kan worden aangevangen.
8.3.
Het oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen straf en maatregel zijn in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en maatregel en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Verdachte heeft gedurende een lange periode kinder- en dierenpornografisch materiaal verworven en in zijn bezit gehad. Daarnaast heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het plegen van ontuchtige handelingen met vier (zeer) jonge kinderen, mede bestaande uit het seksueel binnendringen van het lichaam. Verdachte heeft de lichamelijke en psychische integriteit van de slachtoffers ernstig geschonden en de normale en gezonde seksuele ontwikkeling, waar ieder kind recht op heeft, doorkruist. Ook heeft verdachte kinderpornografisch materiaal vervaardigd door van deze ontuchtige handelingen foto’s te maken die hij vervolgens heeft verspreid. [40] Ook door het verspreiden van (een deel van) deze foto’s heeft verdachte de persoonlijke levenssfeer van de slachtoffers in ernstige mate aangetast.
Door op een dergelijke wijze te handelen heeft verdachte zijn eigen onbegrensde seksuele behoeften telkens laten prevaleren boven de lichamelijke en geestelijke integriteit van de slachtoffers. Het is algemeen bekend dat slachtoffers van dergelijke delicten ernstige psychische gevolgen daarvan kunnen ondervinden. Tevens heeft hij op grove wijze misbruik gemaakt van het vertrouwen dat ten aanzien van [slachtoffer 2] , [slachtoffer 1] en [slachtoffer 3] door de familie [familie] in hem werd gesteld. De rechtbank rekent dit alles de verdachte zwaar aan.
De rechtbank is dan ook van oordeel dat de aard en de ernst van de feiten in beginsel een gevangenisstraf van aanmerkelijke duur rechtvaardigen. De rechtbank ziet wel aanleiding om van de eis van de officier van justitie naar beneden af te wijken, het volgende in aanmerking genomen.
Wat betreft de persoon van verdachte stelt de rechtbank op grond van een hem betreffend uittreksel uit de justitiële documentatie van 24 juni 2016 vast dat hij niet eerder met politie en justitie in aanraking is gekomen.
Daarnaast heeft de rechtbank gelet op de onder 7. genoemde Pro Justitia rapportage waaruit volgt dat bij verdachte sprake is van een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens en van ziekelijke stoornissen. Verdachte wordt als verminderd toerekeningsvatbaar beschouwd.
Volgens de deskundigen droegen de parafilie en pedofilie bij aan een grote seksuele drang en de neiging om op ongedifferentieerde, schijnbaar willekeurige, maar sterk gepreoccupeerde wijze bezig te zijn met seksualiteit en seksueel experimenteren, ook met kinderen en dieren. Ook de antisociale persoonlijkheidsstoornis droeg bij aan de wijze waarop de ten laste gelegde feiten plaats hebben gevonden. Het handelen van verdachte is hierdoor gericht op directe behoeftebevrediging. Zijn denken en handelen is ongeremd, wordt niet door geïnternaliseerde normen of waarden gecorrigeerd en evenmin door empathie of schaamte gereguleerd. De zwakbegaafdheid draagt volgens de deskundigen bij aan de vertoonde primitieve gedragingen en het gebrek aan overzicht, zelfreflectie en probleem-analyserend vermogen. Verdachte is -vanuit de beschreven pathologie- zowel emotioneel, sociaal als maatschappelijk een beperkte man met een beperkt inzicht en overzicht, die nauwelijks in staat is tot mentaliseren en reflecteren.
Gelet op de ernst van de gecombineerde pathologie wordt het recidiverisico zowel op korte als op (middel)lange termijn als hoog ingeschat. Interne regulerende en controlerende mechanismen zullen -indien onbehandeld- tekort blijven schieten. De deskundigen stellen zich op het standpunt dat het, om de kans op recidive te verminderen, noodzakelijk is dat de maatschappij wordt beveiligd tegen verdachte. Daarnaast moet hij worden behandeld voor zijn gecombineerde pathologie om terugkeer in de maatschappij op de langere termijn verantwoord mogelijk te maken. Langdurige en intensieve behandeling op verschillende levensgebieden wordt geïndiceerd geacht. Hierbij is het noodzakelijk om verdachtes gedrag en functioneren nauwlettend en zeer intensief te monitoren. Het gebrek aan probleembesef en de aard van de pathologie met impulsiviteit en verregaand grenzeloos gedrag maakt dat een behandeling zal moeten plaatsvinden in een strikt en stevig kader. De deskundigen menen dat enkel het kader van een tbs‑maatregel met dwangverpleging voldoende waarborgen biedt voor het verantwoord managen van het recidiverisico op de korte termijn.
De rechtbank neemt de conclusie van voornoemde deskundigen ten aanzien van het recidiverisico en het behandeladvies -op de daarvoor in het rapport genoemde gronden- over en maakt die tot de hare. Met de deskundigen is de rechtbank van oordeel dat het noodzakelijk is dat de maatschappij wordt beveiligd en de verdachte een behandeling ondergaat en zij zal daartoe de maatregel van terbeschikkingstelling opleggen. Gelet op de ernst van de feiten, de ernst van de problematiek en het gevaar dat verdachte voor anderen oplevert is dwangverpleging noodzakelijk. De rechtbank is van oordeel dat een minder vergaand kader onvoldoende waarborgen biedt.
De rechtbank heeft in aanmerking genomen dat voldaan wordt aan de eisen die de wet aan het opleggen van een terbeschikkingstelling met dwangverpleging stelt, te weten:
  • bij verdachte bestond ten tijde van het plegen van het bewezen verklaarde een ziekelijke stoornis van de geestvermogens;
  • op de gepleegde misdrijven is een gevangenisstraf van vier jaar of meer gesteld;
  • de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen eist oplegging van die maatregel.
De maatregel van terbeschikkingstelling wordt opgelegd ter zake van misdrijven die gericht zijn tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen. De totale duur van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging kan daarom een periode van vier jaar te boven gaan.
Gelet op voornoemde pathologie en mogelijk beperkte beïnvloedbaarheid van verdachte acht de rechtbank de kans aanwezig dat behandeling in het kader van de tbs‑maatregel geruime tijd in beslag zal nemen. De ernst van de feiten in ogenschouw nemend is de rechtbank echter ook van oordeel dat niet kan worden volstaan met oplegging van deze maatregel. In het spanningsveld tussen het belang van afstraffing van verdachte en de behandelnoodzaak wijkt de rechtbank af van de eis van de officier van justitie ten gunste van de behandelnoodzaak, en zal zij aan verdachte een gevangenisstraf opleggen voor de duur van vier jaar.

9.Het beslag

9.1
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft ter terechtzitting een beslaglijst overgelegd. Kort samengevat heeft de officier van justitie gevorderd de gegevensdragers waarop kinder- en dierenpornografische afbeeldingen staan te onttrekken aan het verkeer en de overige gegevensdragers te retourneren aan verdachte. De fototoestellen en seksspeeltjes dienen verbeurd te worden verklaard nu dit voorwerpen betreffen waarmee het ten laste gelegde is begaan.
9.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht tot teruggave van alle gegevensdragers waar geen kinder- en dierenpornografische afbeeldingen staan. Wat betreft de twee harddisks van het merk Western Digital (met SIN AAGC2202NL en AAGC22O5NL, KVI: 2015030855-2) heeft de raadsman verzocht te bepalen dat voorafgaand aan vernietiging hiervan de foto’s van de dochter van verdachte worden gekopieerd en geretourneerd aan verdachte.
9.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat de op de beslaglijst aangeduide voorwerpen onder verdachte in beslag zijn genomen.
De rechtbank acht de in beslag genomen gegevensdragers bevattende dieren- en kinderpornografisch materiaal, nader genoemd in de beslissing, vatbaar voor onttrekking aan het verkeer. Gebleken is dat dit voorwerpen betreffen met behulp van welke het bewezen verklaarde is begaan en van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet en het algemeen belang. Ten aanzien van de twee harddisks van het merk Western Digital overweegt de rechtbank dat er geen grond is om aan het door verdachte gedane verzoek wat betreft de foto’s van zijn dochter te voldoen.
Voorwerpen die eveneens zijn gebruikt bij het begaan van het bewezen verklaarde zijn -kort gezegd- de fototoestellen en seksspeeltjes, nader aangeduid in de beslissing. Deze voorwerpen acht de rechtbank vatbaar voor verbeurdverklaring. Wat betreft de afwikkeling hiervan merkt de rechtbank op dat de goederen op de beslaglijst genummerd 36 en 53 hetzelfde goed lijken te betreffen.
Het restant van de onder verdachte in beslag genomen goederen zal worden geretourneerd aan verdachte.

10.Ten aanzien van de benadeelde partijen en de civiele vorderingen

Voor aanvang van de terechtzitting zijn door de wettelijke vertegenwoordiger van [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] vorderingen ingediend tot vergoeding van schade ten gevolge van de aan verdachte ten laste gelegde feiten. Zij is hiertoe vertegenwoordigd en bijgestaan door mr. M.A.J. Kubatsch. Ter terechtzitting heeft mr. Kubatsch de vorderingen toegelicht en gewijzigd. Namens de benadeelde partijen wordt vergoeding gevorderd van:
  • [slachtoffer 1] : € 1.276,76 betreffende immateriële en materiële schade
  • [slachtoffer 2] : € 3.300,- betreffende immateriële schade
  • [slachtoffer 3] : € 3.300,- betreffende immateriële schade
Daarnaast vorderen de benadeelde partijen oplegging van een locatie- en contactverbod.
10.1
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de gevorderde schade, met uitzondering van de post “reiskosten hoger beroep”, voor toewijzing vatbaar is met toepassing van de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. De officier van justitie sluit zich eveneens aan bij het gevorderde gebieds- en contactverbod.
10.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft de opgevoerde schadeposten en de hoogte daarvan betwist. Niet is gesteld of gebleken dat de slachtoffers psychische schade hebben opgelopen. De overlegde onderbouwing volstaat hiervoor niet. De opgevoerde reiskosten ten behoeve van een hoger beroep zijn niet gemaakt. Blijkens de onderbouwing zijn de afspraken bij het UMCU afgezegd. De bezoeken aan de rechtbank en parkeerkosten zijn geen rechtstreekse schade. De afstand tussen de woning van (de wettelijk vertegenwoordiger van) de benadeelden en het politiebureau in Nieuwendijk betreft volgens de raadsman maar 6,6 kilometer. De verdediging verzet zich niet tegen het gevorderde contactverbod, maar wel tegen het gevorderde gebiedsverbod. Verdachte zou hierdoor te zeer in zijn mogelijkheid tot verplaatsen worden beperkt.
10.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat behandeling van de ingediende vorderingen geen onevenredige belasting van het strafgeding oplevert, voor zover deze vorderingen hierna niet worden toe- of afgewezen. Het is komen vast te staan dat de benadeelde partijen als gevolg van de hiervoor bewezen geachte feiten rechtstreeks schade hebben geleden.
Het gevorderde locatie- en contactverbodNamens alle drie de benadeelde partijen is een schadevergoeding in natura gevorderd, bestaande uit een contactverbod met de familie [familie] en een locatieverbod voor de gemeente Werkendam voor de duur van vijf jaar na de datum van de invrijheidstelling, op straffe van een dwangsom van € 500,- per overtreding (ex artikel 6:103 BW).
De rechtbank wijst het verzoek tot oplegging van een locatieverbod af. Gelet op voornoemde straf- en maatregeloplegging zal verdachte komende jaren niet in de gelegenheid zijn zich te bevinden in de gemeente Werkendam. Tijdens de tbs‑maatregel maakt het toekennen van verloven onderdeel uit van de behandeling. Het delictscenario en de relatie met slachtoffers zullen evenwel onderdeel uitmaken van de behandeling. Uitgangspunt is dat bij het toekennen van verloven door de kliniek en/of het ministerie rekening wordt gehouden met de wensen van slachtoffers. De rechtbank is daarom van oordeel dat het niet noodzakelijk of geboden is om hier reeds bij vonnis over te oordelen.
De rechtbank wijst toe het verzoek tot oplegging van een contactverbod met mevrouw [aangeefster] (de wettelijk vertegenwoordigster van de benadeelde partijen) en haar kinderen voor de duur van vijf jaar ingaande per datum vonnis, te weten 14 september 2016, op straffe van een dwangsom van € 500,- per keer dat verdachte het opgelegde verbod overtreedt. Verdachte mag gedurende deze periode op geen enkele wijze -direct of indirect- contact opnemen, zoeken of hebben met [aangeefster] en haar kinderen [slachtoffer 2] , [slachtoffer 1] en [slachtoffer 3] . De rechtbank zal het maximum van de te verbeuren dwangsommen bepalen op € 10.000,- per kind.
Vordering [slachtoffer 1]De rechtbank is van oordeel dat de gevorderde immateriële schade onvoldoende onderbouwd is. [slachtoffer 1] was ten tijde van het ten laste gelegde 0 tot 1 jaar oud. Hoewel het zeer wel mogelijk is dat dergelijk jonge kinderen psychische schade oplopen bij seksueel misbruik, is in dit geval niet voldoende concreet onderbouwd dat hiervan (reeds) sprake is. Dit gedeelte van de vordering zal daarom niet‑ontvankelijk verklaard worden.
De rechtbank acht de volgende posten betreffende reiskosten voldoende onderbouwd. Gebruikmakend van een routeplanner voor de bepaling van de (afgeronde) afgelegde afstanden wijst de rechtbank deze tot de volgende bedragen toe:
  • 6x politiebureau Nieuwendijk (6 x 13 km vv) is 78 km x € 0,29: € 14,82
  • 2x politiebureau Utrecht (2 x 90 km vv) is 180 km x € 0,29: € 52,20
  • 2x UMC Utrecht (2 x 90 km vv) is 180 km x € 0,29: € 52,20
Totaal zijnde € 119,22 aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 25 januari 2016 tot aan de dag van algehele voldoening. De rechtbank heeft de ingangsdatum van de wettelijke rente bepaald op het midden van de periode vanaf het eerste gesprek van aangeefster bij de politie en de datum van het indienen van de vordering.
Ook de gevorderde reiskosten naar de rechtbank en de parkeerkosten zijn toewijsbaar als zijnde proceskosten. Dit gaat om een totaalbedrag van € 154,40, bestaande uit € 50,- parkeerkosten en € 104,40 reiskosten (4x 90 km vv is 360 km x € 0,29).
Wat betreft het meerdere van de gevorderde reiskosten en de reiskosten betreffende hoger beroep ziet dit op (nog) niet geleden schade. Dit gedeelte van de vordering wordt daarom afgewezen.
In het belang van de benadeelde partij voornoemd wordt als extra waarborg voor betaling de schadevergoedingsmaatregel (artikel 36f Sr) aan verdachte opgelegd.
Vorderingen [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3]De rechtbank stelt vast dat [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] het bewezen verklaarde, mede gelet op hun leeftijd, bewust hebben meegemaakt. Het is een feit van algemene bekendheid dat het op jonge leeftijd ondergaan van seksueel misbruik psychische schade veroorzaakt. Concrete klachten en de omvang daarvan kunnen echter per persoon verschillen. De rechtbank waardeert de schade op basis van dit feit van algemene bekendheid en de feiten en omstandigheden van het geval voor [slachtoffer 2] op minimaal € 2.000,- en voor [slachtoffer 3] op minimaal € 500,- en wijst de vorderingen in zoverre toe. De toegewezen bedragen worden vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment van het ontstaan van de schade tot aan de dag van algehele voldoening. Dit moment heeft de rechtbank bij de vordering van [slachtoffer 2] bepaald op het midden van de bewezenverklaarde periode, nu de immateriële schade op verschillende momenten in deze periode is ontstaan. Bij de vordering van [slachtoffer 3] gaat de rechtbank uit van 1 januari 2015, nu de immateriële schade in 2014 is ontstaan.
Dat het bewezen verklaarde tot meer schade heeft geleden acht de rechtbank op dit moment niet voldoende onderbouwd. De vorderingen worden wat betreft het meerdere gevorderde daarom niet‑ontvankelijk verklaard.
In het belang van de benadeelde partijen voornoemd wordt als extra waarborg voor betaling de schadevergoedingsmaatregel (artikel 36f Sr) aan verdachte opgelegd.

11.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 24c, 33, 33a, 36b, 36c, 36f, 37a, 37b, 47, 57, 240b, 244, 247, 254 en 254a van het Wetboek van Strafrecht en artikel 6:103 van het Burgerlijk Wetboek, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde en op de reeds aangehaalde artikelen.
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.

12.Beslissing

De rechtbank:
BewezenverklaringVerklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
StrafbaarheidHet bewezenverklaarde levert op:
feit 1: A) een gewoonte maken van een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt is betrokken, verwerven, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang toe verschaffen,
en
B) een gewoonte maken van een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt is betrokken, vervaardigen;
feit 2 primair: met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam;
feit 3 primair: met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd;
feit 4: met iemand beneden de zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen;
feit 5: medeplegen van met iemand beneden de zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen;
feit 6: een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij een mens en een dier zijn betrokken, verspreiden, vervaardigen en in bezit hebben, meermalen gepleegd;
feit 7: met een dier ontuchtige handelingen plegen.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte daarvoor strafbaar.
Oplegging van straf en maatregelVeroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van
vier jaren.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Gelast dat de verdachte
ter beschikking wordt gestelden beveelt dat de terbeschikkinggestelde van overheidswege zal worden
verpleegd.
BeslagVerklaart verbeurd (nummering volgens beslaglijst):
nr. 1 Fototoestel KODAK EASYSHAE C340 goednummer: 1530348
nr. 21 Fototoestel kl: zwart SAMSUNG goednummer: 1460036
nr. 22 Filmcamera JVC goednummer: 1460160
nr. 31 Dildo kl: paars goednummer: 1459996
nr. 33 Dildo kl: bruin goednummer: 1459998
nr. 34 Tril ei kl: blauw goednummer: 1459999
nr. 35 Vibrator G-Spot kl: paars goednummer: 1460000
nr. 36 Vibrator kl: roze goednummer: 1460006
nr. 36A Vibrator kl: wit goednummer: 1460003
nr. 37 Vibrator kl: blauw goednummer: 1460008
nr. 38 Voorbinddildo kl: blauw goednummer: 1460010
nr. 39 Vibrator kl: blauw goednummer: 1460014
nr. 40 Dildo kl: bruin goednummer: 1460017
nr. 41 Tril ei kl: roze goednummer: 1460021
nr. 43 Latex onderbroek voorzien van tril ei goednummer: 1460024
nr. 44 Vibrator kl: wit goednummer: 1460027
nr. 45 Vibrator kl: blauw goednummer: 1460028
nr. 46 Vibrator kl: zwart goednummer: 1460030
nr. 53 Vibrator kl: roze goednummer: 1460006
Verklaart onttrokken aan het verkeer (nummering volgens beslaglijst):
nr. 2 Harddisk WESTERN DIGITAL kl: blauw goednummer: 1381064
nr. 3 Computer COMPAQ 100 desktop kl: zwart goednummer: 1381082
nr. 6 Harddisk WESTERN DIGITAL WD 800 goednummer: 1381097
nr. 10 Computer MEDION desktop kl: zwart goednummer: 1460004
nr. 12 Harddisk WSTERN DIGITAL Elements goednummer: 1460125
nr. 14 Usb-stick TRAXDATA kl: rood goednummer: 1460132
nr. 15 Usb-stick KINGSTON kl: zwart goednummer: 1460138
nr. 18 SD kaart 2 gb micro goednummer: 1460147
nr. 49 Computer PACKARD BELL Notebook goednummer: 1460109
Gelast de teruggave aan verdachte van (nummering volgens beslaglijst):
nr. 4 Harddisk IBM, interne harde schijf goednummer: 1381087
nr. 5 Harddisk HITACHI Deskstar goednummer: 1381097
nr. 7 Harddisk MAXTOR QUANTUM Firebal goednummer: 1381102
nr. 8 Harddisk MAXTOR D740x-61 goednummer: 1381117
nr. 9 Telefoon SAMSUNG kl: wit in zwart hoesje goednummer: 1460367
nr. 11 Diskette, floppy goednummer: 1460122
nr. 13 10x cd-Rom CD/DVD goednummer: 1460126
nr. 16 3x diskette, floppy goednummer: 1460142
nr. 17 Usb-stick SANDISK kl: zwart goednummer: 1460141
nr. 19 SD kaart goednummer: 1460155
nr. 20 SD kaart SANDISK goednummer: 1460158
nr. 23 SD kaart SANDISK 128 MB goednummer: 1460165
nr. 24 Tapeband SONY met tekst [naam] afzwemmen goednummer: 1460166
nr. 25 Tapeband SONY goednummer: 1460169
nr. 26 SD kaart FUJI 64 mb goednummer: 1460170
nr. 27 Telefoon HTC goednummer: 1460171
nr. 28 Harddisk MAXTOR goednummer: 1460173
nr. 29 Harddisk MAXTOR goednummer: 1460175
nr. 30 Harddisk QUANTUM Fireball goednummer: 1460176
nr. 32 Cd-Rom goednummer: 1460093
nr. 42 Harddisk goednummer: 1460102
nr. 47 Baby fles kl: roze goednummer: 1460032
nr. 48 Computer COMPAQ desktop Personal goednummer: 1460106
nr. 50 Harddisk TRAVELSTAR goednummer: 1460116
nr. 51 Harddisk SAMSUNG goednummer: 1460117
nr. 52 Harddisk HITACHI goednummer: 1460118
Vordering benadeelde partij: [slachtoffer 1]Wijst de vordering van [slachtoffer 1] gedeeltelijk toe tot een bedrag van € 119,22 (zegge: honderdnegentien euro en tweeëntwintig eurocent), bestaande uit materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 januari 2016 tot aan de dag van algehele voldoening.
Veroordeelt verdachte tot betaling van het toegewezen bedrag aan [slachtoffer 1] voornoemd.
Veroordeelt verdachte voorts in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op € 154,40.
Wijst de vordering gedeeltelijk af wat betreft de overige gevorderde materiële kosten, te weten € 253,14.
Bepaalt dat de benadeelde partij voor de gevorderde immateriële kosten, te weten € 750,-, niet-ontvankelijk in de vordering is en bepaalt dat dit gedeelte kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter.
Legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 1] , € 119,22 (zegge: honderdnegentien euro en tweeëntwintig eurocent), bestaande uit materiële schade, aan de Staat te betalen, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis van 2 dagen. De toepassing van die hechtenis heft de hiervoor opgelegde verplichting niet op. Het bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 januari 2016 tot aan de dag van algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien en voor zover verdachte aan een van de genoemde betalingsverplichtingen heeft voldaan, daarmee de andere is vervallen.
Wijst de vordering tot schadevergoeding in natura toe, voor zover die ziet op het contactverbod met mevrouw [aangeefster] (de wettelijk vertegenwoordigster van de benadeelde partij) en [slachtoffer 1] voor de duur van vijf jaar ingaande per datum vonnis, te weten 14 september 2016, op straffe van een dwangsom van € 500,- per keer dat verdachte het opgelegde verbod overtreedt, en bepaalt dat boven het bedrag van € 10.000,- geen dwangsommen meer zullen worden verbeurd. Verdachte mag gedurende deze periode op geen enkele wijze -direct of indirect- contact opnemen, zoeken of hebben met [aangeefster] en [slachtoffer 1] .
Wijst de vordering tot schadevergoeding in natura voor het overige af.
Vordering benadeelde partij: [slachtoffer 2]Wijst de vordering van [slachtoffer 2] gedeeltelijk toe tot een bedrag van € 2.000,- (zegge: tweeduizend euro), bestaande uit immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 november 2014 tot aan de dag van algehele voldoening.
Veroordeelt verdachte tot betaling van het toegewezen bedrag aan [slachtoffer 2] voornoemd.
Veroordeelt verdachte voorts in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Bepaalt dat de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering is en bepaalt dat dit gedeelte kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter.
Legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 2] € 2.000,- (zegge: tweeduizend euro), bestaande uit immateriële schade, aan de Staat te betalen, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis van 30 dagen. De toepassing van die hechtenis heft de hiervoor opgelegde verplichting niet op. Het bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 november 2014 tot aan de dag van algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien en voor zover verdachte aan een van de genoemde betalingsverplichtingen heeft voldaan, daarmee de andere is vervallen.
Wijst de vordering tot schadevergoeding in natura toe, voor zover die ziet op het contactverbod met mevrouw [aangeefster] (de wettelijk vertegenwoordigster van de benadeelde partij) en [slachtoffer 2] voor de duur van vijf jaar ingaande per datum vonnis, te weten 14 september 2016, op straffe van een dwangsom van € 500,- per keer dat verdachte het opgelegde verbod overtreedt, en bepaalt dat boven het bedrag van € 10.000,- geen dwangsommen meer zullen worden verbeurd. Verdachte mag gedurende deze periode op geen enkele wijze -direct of indirect- contact opnemen, zoeken of hebben met [aangeefster] en [slachtoffer 2] .
Wijst de vordering tot schadevergoeding in natura voor het overige af.
Vordering benadeelde partij: [slachtoffer 3]Wijst de vordering van [slachtoffer 3] gedeeltelijk toe tot een bedrag van € 500,- (zegge: vijfhonderd euro), bestaande uit immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 januari 2015 tot aan de dag van algehele voldoening.
Veroordeelt verdachte tot betaling van het toegewezen bedrag aan [slachtoffer 3] voornoemd.
Veroordeelt verdachte voorts in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Bepaalt dat de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering is en bepaalt dat dit gedeelte kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter.
Legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 3] € 500,- (zegge: vijfhonderd euro), bestaande uit immateriële schade, aan de Staat te betalen, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis van 10 dagen. De toepassing van die hechtenis heft de hiervoor opgelegde verplichting niet op. Het bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 januari 2015 tot aan de dag van algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien en voor zover verdachte aan een van de genoemde betalingsverplichtingen heeft voldaan, daarmee de andere is vervallen.
Wijst de vordering tot schadevergoeding in natura toe, voor zover die ziet op het contactverbod met mevrouw [aangeefster] (de wettelijk vertegenwoordigster van de benadeelde partij) en [slachtoffer 3] voor de duur van vijf jaar ingaande per datum vonnis, te weten 14 september 2016, op straffe van een dwangsom van € 500,- per keer dat verdachte het opgelegde verbod overtreedt, en bepaalt dat boven het bedrag van € 10.000,- geen dwangsommen meer zullen worden verbeurd. Verdachte mag gedurende deze periode op geen enkele wijze -direct of indirect- contact opnemen, zoeken of hebben met [aangeefster] en [slachtoffer 3] .
Wijst de vordering tot schadevergoeding in natura voor het overige af.
Dit vonnis is gewezen door
mr. G.A. Bos, voorzitter,
mrs. N.H.J.M. Veldman-Gielen en J.W. Frieling, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. K.M. Strijbos, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 14 september 2016.
BIJLAGE: de tenlastelegging
Aan bovenbedoelde gedagvaarde persoon wordt ten laste gelegd dat:
1.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 januari 2005
tot en met 10 juni 2015, in de gemeente Vianen en/of (elders) in Nederland
meermalen, althans eenmaal (telkens)
afbeelding(en) te weten foto('s) en/of film(s) en/of
gegevensdrager(s), te weten een of meer computer(s) en/of (een) harddisk(s)
en/of (een) USB-stick(s) en/of (een) SD-kaart(en), bevattende (een)
afbeelding(en) te weten foto('s) en/of
film(s)
(A)
heeft verworven en/of
in bezit heeft gehad en/of
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking
van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft,
terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn,
waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van
18 jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken,
welke voornoemde seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
- het oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren (met de penis en/of (een
vinger(s)/hand en/of (een) voorwerp(en) van het lichaam van een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt
(foto/afbeelding 04 (blz. 471), 10 (blz. 473), 28 blz. 478))
en/of
- het oraal en/of vaginaal penetreren van een (ander) persoon door een persoon
die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (met de penis
en/of de vinger(s)/hand)
(foto/afbeelding 15 (blz. 474), 38 blz. 482))
terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn,
waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van
18 jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken,
welke voornoemde seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
- het oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren (met de penis en/of (een
vinger(s)/hand en/of (een) voorwerp(en) van het lichaam van een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt
(foto/afbeelding 04 (blz. 471), 10 (blz. 473), 28 blz. 478))
en/of
- het oraal en/of vaginaal penetreren van een (ander) persoon door een persoon
die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (met de penis
en/of de vinger(s)/hand)
(foto/afbeelding 15 (blz. 474), 38 blz. 482))
en/of
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die
kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt,
waarbij deze perso(o)n(en) gekleed is/zijn en/of poseert/poseren in een
omgeving en/of in (een) erotisch getinte) houding(en) (op een wijze die niet
bij haar/hun leeftijd passen en/of
waarbij door het camerastandpunt en/of de uitsnede van de foto('s)/films
nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld
gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele
strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(foto/afbeelding 03 (blz.470), 16 (blz. 473), 29,30 (blz. 479), 15 (blz. 549),
17 ( blz. 550))
en/of
- het masturberen en/of ejaculeren boven/bij het gezicht en/of het lichaam van
een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft
bereikt en/of
het houden van een (stijve) penis dichtbij lichaam van een perso(o)n(en) die
kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt
(foto/afbeelding 12 (blz 573), 33 (blz. 480))
en/of
(B)
heeft vervaardigd
terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn,
waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van
18 jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken,
- het anaal penetreren van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk
de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (met een de vinger(s)/hand);
(foto 61, 64 (blz 489))
en/of
- het oraal penetreren met de penis van het lichaam van een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt;
(foto 52 (blz. 486))
en/of
- het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (met (een)
vinger(s)/hand) en/of de mond/tong)
(foto 44 (blz. 484),45, 47 (blz. 485), 55 (blz. 487))
en/of
- het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een (ander) persoon
door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
(met (een)vinger(s)/hand en/of de mond/tong)
(foto 58 (blz. 488),62 (blz. 489),69, 70 (blz. 491))
en/of
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die
kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt,
waarbij deze perso(o)n(en) poseert/poseren in een omgeving en/of met een
voorwerp (een zogeheten (blauw) trileitje (seksspeeltje) en/of in (een)
erotisch getinte) houding(en) (op een wijze die niet bij haar/hun leeftijd
passen en/of
waarbij de uitsnede van de foto('s)/films nadrukkelijk de (ontblote)
geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij)
de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt
tot seksuele prikkeling
(foto 42, 43 (blz. 484),48 (blz. 485),49, 50 (blz. 486) 53, 54, 56 (blz. 487)
57 ( blz. 488),63 (blz. 489),65, 66, 67, 68 (blz. 490), 71( blz. 491))
en/of
- het houden van een (stijve penis) dichtbij lichaam van een perso(o)n(en) die
kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt
(foto 51 (blz. 486))
van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte een gewoonte heeft gemaakt
(art 240b Wetboek van Strafrecht)
--------------------------------------------------------------
MEDEDELINGEN:
de officier van justitie deelt mee dat een representatieve collectie van de
afbeeldingen/filmfragmenten is samengesteld, die ter voorkoming van strafbare
feiten en verdere verspreiding, niet in het dossier is gevoegd en ook niet in
afschrift zal worden verstrekt. De officier zal deze collectie als stuk van
overtuiging op de terechtzitting aanwezig hebben en aan de rechtbank
overleggen. Voorafgaand aan de terechtzitting kan inzake in genoemd materiaal
verleend worden op afspraak met de officier van justitie
art 240b lid 1 Wetboek van Strafrecht
2.
Primair
hij in of omstreeks de periode van 4 november 2011 tot en met 4 november
2012
in de gemeente Werkendam, in elk geval in Nederland,
met [slachtoffer 1] (geboren op [2011] ), die toen de leeftijd van
twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd die hebben
bestaan uit of mede hebben bestaan uit het seksueel binnendringen van het
lichaam, immers heeft verdachte
- met zijn vingers/hand en/of tong tussen/tegen de schaamlippen van voornoemde
[slachtoffer 1] ,die de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt,
gezeten en/of die vagina betast en/of aan haar vagina gelikt;
art 244 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
hij in of omstreeks de periode van 04 november 2011 tot en met 04 november
2012
in de gemeente Werkendam, in elk geval in Nederland,
met [slachtoffer 1] (geboren op [2011] ), die toen de leeftijd van
zestien jaren nog niet had(den) bereikt, buiten echt, één of meer ontuchtige
handelingen heeft gepleegd, bestaande in het ontuchtig, meermalen, althans
eenmaal,
- betasten/ aanraken met (een) vinger(s)/hand en/of de mond/tong van de
vagina van die [slachtoffer 1] , die de leeftijd van 16 jaar nog niet had
bereikt;
art 247 Wetboek van Strafrecht
3.
Primair
hij in of omstreeks de periode van 01 augustus 2014 tot en met 22 februari
2015 in de gemeente Vianen en/of Werkendam, in elk geval in Nederland,
met [slachtoffer 2] , geboren op [2006] , die toen de
leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd die
hebben bestaan uit of mede hebben bestaan uit het seksueel binnendringen van
het lichaam, immers heeft verdachte
- zijn penis geduwd in de mond van die [slachtoffer 2] en/of
- de vinger(s)/hand van die [slachtoffer 2] in zijn, verdachte's
anus laten duwen/stoppen en/of
- met (een) vinger(s)/hand en/of mond/tong van de vagina van voornoemde [slachtoffer 2]
betast en/of aangeraakt en/of
- de vagina van die [slachtoffer 2] gelikt en/of
- door die [slachtoffer 2] zijn penis laten aanraken;
art 244 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
hij in of omstreeks de periode van 01 augustus 2014 tot en met 22 februari
2015 in de gemeente Vianen en/of Werkendam, in elk geval in Nederland, althans
in het arrondissement Midden Nederland, met [slachtoffer 2] , geboren
op [2006] , die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had
bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd,
bestaande in het ontuchtig
- duwen van zijn penis in de mond van die [slachtoffer 2] en/of
- laten duwen van de vinger(s)/hand van die [slachtoffer 2] in zijn,
verdachte's anus en/of
- betasten/aanraken met (een) vinger(s)/hand en/of mond/tong van de vagina van
voornoemde [slachtoffer 2] en/of
- likken van de vagina van die [slachtoffer 2] en/of
- laten aanraken door die [slachtoffer 2] van zijn penis;
art 247 Wetboek van Strafrecht
4.
hij in of omstreeks de periode van 01 september 2014 tot en met 10 juni 2015
in de gemeente Werkendam, in elk geval in Nederland, met [slachtoffer 3]
, geboren op [2003] , die toen de leeftijd van zestien
jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen
heeft gepleegd, bestaande in het ontuchtig betasten/voelen aan de (ontblote)
geslachtsdelen van voornoemde [slachtoffer 3] ;
art 247 Wetboek van Strafrecht
5.
hij op of omstreeks 14 juli 2010, in elk geval in de periode van 01 juli 2010
tot en met 12 november 2010 in de gemeente Barendrecht, althans in het
arrondissement Rotterdam,
tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen
met [slachtoffer 4] , geboren op [2009] , die toen de leeftijd van
zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige
handelingen heeft gepleegd, bestaande in het ontuchtig door verdachte en/of
zijn mededader
in de mond nemen van en/of het zuigen aan en/of het likken aan de penis van
die [slachtoffer 4] en/of een kus geven op de penis van die [slachtoffer 4] ;
art 247 Wetboek van Strafrecht
6.
dat hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 29 mei 2010
tot en met 10 juni 2015, in de gemeente Vianen en/of (elders) in Nederland een
of meermalen (telkens),
(een) afbeelding(en) te weten (een) foto('s) en/of film(s) en/of
(een) gegevensdrager(s), te weten een of meer computer(s) en/of (een)
harddisk(s) en/of USB-stick(s) en/of SD-kaart(en), bevattende (een)
afbeelding(en)
heeft verspreid en/of heeft vervaardigd en/of in bezit heeft gehad,
terwijl op die afbeelding(en) (een) ontuchtige handeling(en) zichtbaar is/zijn
waarbij een mens en een dier is/zijn betrokken of schijnbaar is/zijn betrokken,
welke ontuchtige handeling(en) bestond(en) uit
- het door een dier oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het
lichaam van een persoon en/of
- het door een persoon betasten en/of aanraken van de geslachtdelen van een
dier en/of
- het door een persoon betasten en/of aanraken van de geslachtdelen van een
dier en/of
- het door een persoon likken aan de geslachtsdelen van een dier en/of
- het door een dier laten likken van de geslachtsdelen en/of de billen van een
persoon;
art 254a lid 1 Wetboek van Strafrecht
7.
hij in of omstreeks de periode van 21 februari 2011 tot en met 19 april 2014
in de gemeente Vianen en/of Werkendam, in elk geval in Nederland,
met een dier, te weten een hond, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, welke
ontuchtige handelingen bestonden uit:
- het in de mond nemen van de penis van die hond en/of
- een of meermalen likken aan de penis van die hond en/of
- het met de hand omvatten van de penis van die hond;
art 254 Wetboek van Strafrecht

Voetnoten

1.Voor zover niet anders vermeld, wordt in de hierna volgende voetnoten telkens verwezen naar bewijsmiddelen die zich in het aan deze zaak ten grondslag liggende proces-verbaal, nr. 2015030855 (onderzoek MDRBD15009), bevinden, volgens de in dat dossier toegepaste nummering (pagina 1 tot en met 969). Tenzij anders vermeld, gaat het daarbij om processen-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.De verklaring van verdachte ter zitting op 31 augustus 2016.
3.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 413-414.
4.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 431-432.
5.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 438-496, met name pagina 457-458 en 460.
6.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 522-562, met name pagina 532-33 en 535.
7.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 443-444 en pagina 457-458.
8.De verklaring van verdachte ter zitting op 31 augustus 2016.
9.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 413-414.
10.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 443-444.
11.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 963-964.
12.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 581-586.
13.Het proces-verbaal van verhoor aangeefster [aangeefster] , pagina 591-599, met name pagina 592.
14.De verklaring van verdachte ter zitting op 31 augustus 2016.
15.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 413-414.
16.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 431-432.
17.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 442 en 459 en 461.
18.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 527 en 534 en 536.
19.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 424.
20.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 868-869.
21.De verklaring van verdachte ter zitting op 31 augustus 2016.
22.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 413-414.
23.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 424.
24.De verklaring van verdachte ter zitting op 31 augustus 2016.
25.Eigen waarneming van de rechtbank ter zitting op 31 augustus 2016, als bedoeld in artikel 340 Sv.
26.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 424.
27.Het proces-verbaal van verhoor aangeefster [aangeefster] , pagina 591-592.
28.Het proces-verbaal van verhoor aangeefster [aangeefster] , pagina 735.
29.Het proces-verbaal van bevindingen (studioverhoor [slachtoffer 3] ), pagina 723.
30.Het proces-verbaal van bevindingen (studioverhoor [slachtoffer 3] ), pagina 724.
31.Het proces-verbaal van getuigenverhoor [getuige] , pagina 741.
32.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 727.
33.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 726-731, op pagina 729.
34.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 731.
35.Het rapport van onderzoek naar de betrouwbaarheid van de verklaringen van [slachtoffer 3] in de zaak tegen [verdachte] , 28 juli 2016, pagina 10 van 11.
36.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 783.
37.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 784.
38.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 758.
39.De verklaring van verdachte ter zitting op 31 augustus 2016.
40.De verklaring van verdachte ter zitting op 31 augustus 2016 en het proces-verbaal van bevindingen, pagina 763-767 en het proces-verbaal van bevindingen, pagina 868-869.