In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 5 december 2016 uitspraak gedaan in een geschil over de herziening van het AOW-pensioen van eiseres, die sinds 5 juli 2015 een AOW-pensioen naar de norm van een alleenstaande ontvangt. Eiseres is op 21 december 2015 gehuwd met de heer [A] in Gambia. De Sociale Verzekeringsbank heeft het pensioen van eiseres per januari 2016 herzien naar de hoogte van een gehuwdenpensioen, omdat zij niet aannam dat eiseres en haar echtgenoot duurzaam gescheiden leven. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld, stellende dat zij en haar echtgenoot duurzaam gescheiden leven, ondanks hun huwelijk. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres en haar echtgenoot ieder afzonderlijk hun leven leiden, zonder intentie tot samenwoning, en dat deze situatie bestendig is. De rechtbank oordeelt dat de herziening van het AOW-pensioen naar de norm van een gehuwde niet kan standhouden, omdat verweerder ten onrechte heeft aangenomen dat er geen sprake was van duurzaam gescheiden leven. Het beroep van eiseres is gegrond verklaard, het bestreden besluit is vernietigd en verweerder is veroordeeld in de proceskosten van eiseres.