10. Chavez-Vilchez verblijfsrechten zijn afgeleide verblijfsrechten. Deze rechten komen een derdelander ouder van wie het kind afhankelijk is toe, om te voorkomen dat het kind, dat Unieburger is, gedwongen de Unie moet verlaten. De derdelander ouder heeft dus geen eigen zelfstandig verblijfsrecht.
10. Het geschil tussen partijen draait om de vraag of er bedenkingen zijn tegen het verblijf van eiseres voor onbepaalde tijd.
10. Volgens artikel 8 van de RWN komt slechts die verzoeker in aanmerking voor het Nederlanderschap tegen wiens verblijf voor onbepaalde tijd geen bedenkingen bestaan. Volgens paragraaf 3 van de Handleiding is een Chavez-Vilchez verblijfsrecht naar zijn aard tijdelijk, omdat het is gebaseerd op het bestaan van een afhankelijkheidsverhouding met een minderjarige. Om die reden is dit verblijfsrecht een verblijfsrecht waarbij bedenkingen bestaan tegen het verblijf voor onbepaalde tijd, aldus de Handleiding.
10. De rechtbank is van oordeel dat er inderdaad bedenkingen zijn tegen verblijf voor onbepaalde tijd. De rechtbank baseert haar oordeel op het volgende.
10. Uit de hierboven aangehaalde jurisprudentie van het HvJEU kan worden afgeleid dat een Chavez-Vilchez verblijfsrecht kan worden beschouwd als een soort restcategorie. Het is, zo heeft het HvJEU ook meerdere keren benadrukt, een afgeleid verblijfsrecht dat in het leven is geroepen om te voorkomen dat een (minderjarige) burger van de Unie geen gebruik kan maken van de rechten die horen bij het Unieburgerschap. Een Chavez-Vilchez verblijfsrecht is geen autonoom recht. Hierin verschilt het Chavez-Vilchez verblijfsrecht bijvoorbeeld van een verblijfsrecht onder artikel 8 van het EVRM. Dat verblijfsrecht is immers gebaseerd op eigen rechten die de vreemdeling heeft op bescherming van het familie- of gezinsleven. In het geval van Chavez-Vilchez wordt niet het recht op eerbiediging van het familie- of gezinsleven beschermd, maar de rechten van de Unieburger om vrijelijk gebruik te maken van diens eigen rechten onder het EU-recht. Om die rechten te kunnen eerbiedigen is het noodzakelijk dat derden waarvan een Unieburger afhankelijk is, zoals eiseres, een verblijfsrecht krijgen.
10. Het HvJEU heeft in het arrest Alarapeantwoord heeft gegeven op de vraag of een afgeleid verblijfsrecht zoals het Chavez-Vilchez verblijfsrecht kan leiden tot een duurzaam verblijfsrecht in de zin van de Verblijfsrichtlijn. Het HvJEU heeft deze vraag ontkennend beantwoord. Volgens het HvJEU kunnen de perioden van verblijf die een derdelander familielid op grond van een afgeleid verblijfsrecht heeft gehad niet in aanmerking worden genomen voor de verwerving van het duurzaam verblijfsrecht in de zin van de Verblijfsrichtlijn.Eiseres heeft ter zitting ook erkend dat zij geen rechten ontleent aan deze richtlijn. Dit betekent dat ook na een verblijf van meer dan vijf jaar op grond van een Chavez-Vilchez verblijfsrecht, geen duurzaam verblijfsrecht op grond van de Verblijfsrichtlijn ontstaat.