Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 12 juli 2021 in de zaak tussen
[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres
Inleiding
Het geschil
Beoordeling door de rechtbank
2.3 Sprekenen
1.9.4. Geen afleiding door activiteiten van anderen,
1.9.6 Werksituatie zonder veelvuldige storingen en onderbrekingen, 1
.9.8 Werk waarin geen hoog handelingstempo vereist is,
2.3 Spreken,
2.12.1 Werk waarin meestal weinig of geen rechtstreeks contact met klanten is,
2.12.2 Werk waarin meestal weinig of geen direct contact met patiënten isen
4.16 Frequent zware lasten hanteren tijdens het werk. Ter onderbouwing van haar standpunt heeft zij een rapportage van 4 februari 2021 van een verzekeringsarts, de heer D. Erdogan , van adviesbureau 1Medisch Adviseur ingebracht.
1.9.4. Geen afleiding door activiteiten van anderenen
1.9.6 Werksituatie zonder veelvuldige storingen en onderbrekingen. Ook uit de door eiseres ingebrachte rapportage van Erdogan blijkt dat tijdens het gesprek met eiseres geen concentratiestoornissen door hem werden geobjectiveerd.
.9.8 Werk waarin geen hoog handelingstempo vereist is, geeft de verzekeringsarts bezwaar en beroep aan dat alleen een beperking kan worden aangenomen bij een ernstige depressie of ernstige neurologische beelden, hetgeen bij eiseres niet aan de orde is. Ter zitting geeft eiseres hierover aan dat zij dit niet als zodanig in CBBS kan terugvinden. De rechtbank stelt vast dat in de toepasselijke versie van CBBS staat dat het onvermogen om een hoog handelingstempo te realiseren zich zowel bij somatische als psychische ziektebeelden
kanvoordoen. Dat betekent dat het niet per definitie het geval hoeft te zijn. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de verzekeringsarts bezwaar en beroep voldoende gemotiveerd waarom bij eiseres niet is gebleken van een onvermogen tot het realiseren van een hoog handelingstempo. Het door eiseres ingebrachte rapport van Erdogan zaait geen twijfel op dat punt. Erdogan geeft weliswaar aan dat door aandriftverlies bij een depressie het realiseren van een hoog handelingstempo problematisch is, maar concretiseert onvoldoende waaruit dat dan bij eiseres blijkt. De rechtbank concludeert daarom dat het standpunt van de verzekeringsarts bezwaar en beroep onvoldoende is weersproken.
2.12.1 Werk waarin meestal weinig of geen rechtstreeks contact met klanten isen
2.12.2 Werk waarin meestal weinig of geen direct contact met patiënten isbrengt Groeneveld naar voren dat niet is gebleken, gelet op zijn onderzoeksbevindingen, dat eiseres helemaal niet of beperkt kan omgaan met klanten en patiënten of hulpbehoevenden. De rechtbank kan dit volgen. De door eiseres ingebrachte rapportage van Erdogan zaait ook op dat punt geen twijfel. Erdogan blijft namelijk algemeen in zijn formuleringen, waardoor hij onvoldoende specifieert waarom eiseres hierop beperkt moet worden geacht.
2.3 Sprekenvan de FML geeft Groeneveld in de aanvullende rapportage van 6 januari 2021 aan dat hij geen beperking heeft aangenomen, omdat dit niet met een medische oorzaak is te onderbouwen. Bij eiseres is namelijk geen sprake van aantoonbare orgaanafwijkingen of afwijkingen van het zenuwstelsel. Verder verwijst hij naar zijn bevindingen tijdens het spreekuur van 11 juni 2020, namelijk dat eiseres weliswaar soms enige moeite heeft om de juiste woorden te vinden, maar dat zij haar klachten en beperkingen wel voldoende kan weergeven. De rechtbank stelt vast dat ook de door eiseres ingeschakelde verzekeringsarts geen aanleiding ziet om hierop een beperking aan te nemen. Erdogan geeft namelijk aan dat tijdens het gesprek met eiseres geen spreekproblematiek werd geobjectiveerd. Ook een tekortkoming aan het gezichtsvermogen werd niet geobjectiveerd. Erdogan ziet daarom ook op dat punt geen aanleiding om daarvoor een beperking aan te nemen. In dat verband geeft Groeneveld aan dat hij eiseres in staat acht om 5 uur per dag beeldschermwerk te verrichten, gelet op de aangenomen urenbeperking en het feit dat eiseres alleen voor de uveïtis ooggel gebruikt. De rechtbank ziet geen aanleiding om deze onderbouwing voor onjuist te houden.
4.16 Frequent zware lasten hanteren tijdens het werkvan de FML brengt Groeneveld naar voren dat een beperking op dit beoordelingspunt niet kan worden aangenomen. Eiseres is namelijk op beoordelingspunt
4.14 Tillen of dragenlicht beperkt geacht, hetgeen volgens hem al zeer coulant gezien het stadium van haar ziektebeeld. Volgens de definitie van 4.16 vindt het hanteren van zware lasten van circa 15 kg ieder uur 10 maal plaats. Gelet op de aangenomen urenbeperking van eiseres, hoeft dit maximaal 5 uur per dag plaats te vinden. Ook om die reden acht Groeneveld dit voor eiseres haalbaar. De rechtbank kan dit volgen. Naar haar oordeel heeft Erdogan niet gemotiveerd onderbouwd waarom eiseres hierop beperkt moet worden geacht. Hij geeft namelijk slechts aan dat hiervoor een medische reden is. Ook ter zitting kon eiseres dit niet toelichten. De rechtbank overweegt hierbij nog dat het bij beoordelingspunt 4.14 gaat om tillen of dragen in het
dagelijks levenen bij 4.16 gaat het om zwarte lasten hanteren tijdens het
werk.
6.1 Perioden van het etmaal, namelijk geen avond- en nachtdiensten,
6.2 Uren per dag, namelijk maximaal 4 uur,
6.4 Overige beperkingen ten aanzien van werktijden, namelijk geen wisselende diensten. Ter onderbouwing van haar standpunt heeft eiseres een rapportage van 4 februari 2021 van een verzekeringsarts, de heer D. Erdogan , van adviesbureau 1Medisch Adviseur ingebracht.
6.2 Uren per dag, namelijk gemiddeld ongeveer 4 uur met een uitloop tot
6.3 Uren per week, namelijk gemiddeld ongeveer 20 uur met een uitloop tot 25 uur. De rechtbank ziet geen aanleiding voor de conclusie dat de aangenomen urenbeperking onvoldoende is. De verzekeringsarts bezwaar en beroep geeft in de aanvullende rapportage van 6 januari 2021 namelijk aan dat met de aangenomen urenbeperking al in ruime mate rekening wordt gehouden met de fysiek energetische beperkingen van eiseres, waarbij alle handelingen maximaal voor 5 uur per dag mogen plaatsvinden. Verder heeft eiseres met de aangenomen urenbeperking voldoende tijd om te recupereren. In aanvulling hierop geeft de verzekeringsarts bezwaar en beroep in de aanvullende rapportage van 13 april 2021 aan dat eiseres, gelet op de aangenomen urenbeperking, al ruim voldoende tijd heeft om te herstellen van activiteiten.
1.9.4 Geen afleiding door activiteiten van anderenen
1.9.6 Werksituatie zonder veelvuldige storingen en onderbrekingenvan de FML is de functie van administratief ondersteunend medewerker niet geschikt. Bij de functies van papierwarenmaker, dozenmaker en kartonnagemedewerker geldt ook een overschrijding van de belastbaarheid ten aanzien van beoordelingspunt
1.9.4 Geen afleiding door activiteiten van anderenvan de FML. Ter onderbouwing van haar standpunt heeft zij een rapportage van 4 februari 2021 van een verzekeringsarts, de heer D. Erdogan , en een arbeidsdeskundige, mevrouw A. Reckers , van adviesbureau 1Medisch Adviseur ingebracht.
Conclusie
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- veroordeelt verweerder in de door eiseres redelijkerwijs gemaakte proceskosten tot een bedrag van € 1.496,-;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 48,- aan eiseres te vergoeden.