ECLI:NL:RBMNE:2021:4335
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de beëindiging van de Ziektewet-uitkering en de aanvraag van een WIA-uitkering na een ongeval
In deze zaak heeft eiseres, die als medewerkster klantenservice werkte, een Ziektewet (ZW) uitkering ontvangen na een ongeval in 2015. De uitkering werd beëindigd op 1 maart 2017, omdat het Uwv oordeelde dat zij in staat was meer dan 65% van haar maatmaninkomen te verdienen. Eiseres heeft vervolgens een WIA-uitkering aangevraagd, die werd geweigerd omdat zij de wachttijd niet had volgemaakt. Eiseres verzocht het Uwv om de eerdere beslissing te herzien, maar dit verzoek werd afgewezen. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld. De rechtbank heeft de zaak behandeld en geconcludeerd dat het medisch onderzoek door het Uwv zorgvuldig is uitgevoerd. De rechtbank oordeelde dat de verzekeringsartsen van het Uwv de belastbaarheid van eiseres correct hebben vastgesteld en dat er geen nieuwe medische feiten zijn die aanleiding geven om de eerdere besluiten te herzien. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en oordeelde dat er geen reden was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan op 12 juli 2021.