ECLI:NL:RBMNE:2021:4396
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om terug te komen van besluiten inzake huurtoeslag, zorgtoeslag en kindgebonden budget
In deze zaak heeft eiser op 29 december 2020 een verzoek ingediend bij de Belastingdienst/Toeslagen om terug te komen van eerdere besluiten met betrekking tot huurtoeslag, zorgtoeslag en kindgebonden budget over het jaar 2020. De besluiten waar het om gaat zijn gedateerd op 22 mei 2020 en 23 november 2020. Het primaire besluit van de Belastingdienst, dat op 11 februari 2021 werd genomen, wees het verzoek van eiser af. Eiser ging tegen dit besluit in beroep, maar het bezwaar werd door de Belastingdienst ongegrond verklaard in het besluit van 24 maart 2021. De rechtbank heeft het beroep op 21 juli 2021 behandeld via een beeldverbinding, waarbij beide partijen zich lieten vertegenwoordigen door hun gemachtigden.
De rechtbank heeft in haar uitspraak geoordeeld dat de Belastingdienst terecht geen aanleiding heeft gezien om terug te komen van de eerder genomen besluiten. De rechtbank baseert zich op informatie van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), waaruit blijkt dat de partner van eiser per 23 maart 2020 geen rechtmatig verblijf meer had. Dit rechtmatig verblijf is essentieel voor het recht op toeslagen. De rechtbank concludeert dat er geen recht bestaat op de gevraagde toeslagen en het kindgebonden budget, omdat niet voldaan werd aan de voorwaarden van de Vreemdelingenwet 2000. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en er is geen proceskostenveroordeling uitgesproken. Partijen zijn gewezen op de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan tegen deze uitspraak.