ECLI:NL:RBMNE:2022:253
Rechtbank Midden-Nederland
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Ongegrond beroep tegen naheffingsaanslag parkeerbelasting met geregistreerde parkeervergunning op verkeerd kenteken
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 7 januari 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser en de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking gemeenten & hoogheemraadschap Utrecht. Eiser had een naheffingsaanslag parkeerbelasting van € 68,77 ontvangen, welke hij betwistte. De naheffingsaanslag was opgelegd omdat eiser op 1 oktober 2020 om 21:29 uur zijn auto had geparkeerd op een locatie waar betaald parkeren gold, maar geen parkeerbelasting had voldaan. Eiser beschikte wel over een parkeervergunning, maar deze was nog geregistreerd op zijn oude voertuig.
Tijdens de zitting op 7 januari 2022 heeft de rechtbank vastgesteld dat eiser niet had voldaan aan de voorwaarden van de parkeervergunning, aangezien het kenteken van zijn nieuwe voertuig niet was geregistreerd. De rechtbank oordeelde dat het voor risico van eiser kwam dat hij zijn nieuwe voertuig parkeerde zonder de parkeerbelasting te voldoen. De rechtbank benadrukte dat bij objectieve belastingen, zoals parkeerbelasting, geen rekening kan worden gehouden met persoonlijke omstandigheden van de betrokkene.
Eiser voerde ook aan dat de beslistermijn in bezwaar was overschreden, maar de rechtbank oordeelde dat dit niet leidde tot intrekking van de naheffingsaanslag. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees erop dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gemaakt op rechtspraak.nl en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan.