Op 2 april 2021 vond er in Utrecht een demonstratie plaats zonder voorafgaande kennisgeving. De directeur Veiligheid van de gemeente Utrecht waarschuwde eiser bij brief van 15 april 2021 dat het verplicht is om tijdig een kennisgeving te doen voor een demonstratie en dat het niet of te laat doen daarvan strafbaar is. Eiser werd gewaarschuwd dat bij een volgende demonstratie zonder (juiste) kennisgeving sancties zouden volgen. De rechtbank oordeelde dat deze waarschuwing geen besluit is in de zin van artikel 1:3, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en dat het bezwaar van eiser tegen de waarschuwing terecht niet-ontvankelijk is verklaard. De rechtbank stelde vast dat de waarschuwing geen rechtsgevolgen voor eiser heeft en dat er geen alternatieve route is om een rechterlijk oordeel over de waarschuwing te krijgen. De rechtbank concludeerde dat de waarschuwing geen besluit is en dat het beroep van eiser ongegrond is verklaard. De uitspraak werd gedaan op 3 oktober 2022.