[gedaagde] vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. Te bepalen dat [eiseres] heeft te gedogen dat er een huurprijsvermindering geldt over de periode 1 januari 2017 tot en met oktober 2018 van € 400,00 althans een zodanig bedrag als de kantonrechter in goede justitie zal bepalen op de overeengekomen huurprijs vanwege vermindering van huurgenot over die periode;
II. Te bepalen dat [eiseres] heeft te gedogen dat er een huurprijsvermindering geldt over de periode 1 maart 2020 tot en met maart 2022 van 50% van de huurprijs en aldus van [gedaagde] een bedrag overeenkomstig die helft van de huurprijs, althans een bedrag van € 15.600,00, althans een zodanig bedrag als de kantonrechter in goede justitie zal bepalen, niet kan vorderen c.q. [gedaagde] dat bedrag niet aan [eiseres] verschuldigd is;
III. [eiseres] te veroordelen om binnen twee weken na betekening van het in dezen te wijzen vonnis op haar kosten te hebben laten uitvoeren, zulks door aannemersbedrijf [onderneming 2] : de werkzaamheden welke volgens dat bedrijf nodig zijn om de gescheurde muur op deugdelijke wijze te doen herstellen;
IV. [eiseres] te veroordelen om binnen 2 dagen na betekening van het in dezen te wijzen vonnis aan [gedaagde] af te geven de sleutels van de achterdeur, opdat [gedaagde] die achterdeur (indien noodzakelijk) kan openen;
V. [eiseres] te bevelen toe te staan dat [gedaagde] , gelijk als voorheen het geval was, de gasflessen aan de achterzijde van het gehuurde kan stallen/plaatsen;
VI. [eiseres] te veroordelen om door een erkend bedrijf die werkzaamheden te laten uitvoeren die met zich brengen dat de gasaansluiting weer aan de buitenzijde van het gehuurde zal zitten en niet langer inpandig;
VII. [eiseres] te veroordelen om binnen een week na betekening van het in dezen te wijzen vonnis om afschriften van de originele afrekeningen van de servicekosten 2017 t/m 2021 die zij van de desbetreffende bedrijven heeft ontvangen te hebben verstrekt aan [gedaagde] ;
VIII. Alles op straffe van een dwangsom van € 1.000,00 per dag dat [eiseres] hieraan niet voldoet;
IX. [eiseres] te veroordelen om de door [gedaagde] betaalde kosten voor het herstel van de riolering van € 4.799,47 - indien en voor zover het beroep op verrekening met het bedrag van € 6.150,00 niet zal zijn toegestaan – aan hem terug te betalen en wel binnen een week na het in dezen te wijzen vonnis, met de bepaling dat [eiseres] de wettelijke handelsrente daarover verschuldigd is vanaf de datum van verzuim;
X. Te bepalen dat [gedaagde] vanaf 1 januari 2017 geen opstalverzekering verschuldigd is;
XI. [eiseres] te veroordelen om aan [gedaagde] te betalen een bedrag aan geleden schade van € 10.000,00, althans een zodanig bedrag als de kantonrechter in goede justitie zal bepalen;
XII. [eiseres] te veroordelen in de proceskosten.