ECLI:NL:RBMNE:2023:2588
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet-betalen griffierecht en verzoek om schadevergoeding
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 1 mei 2023, wordt het beroep van eiseres tegen de uitspraak op bezwaar van 2 februari 2022 behandeld. De zitting vond plaats via een MSTeams-verbinding op 20 maart 2023, waarbij eiseres niet zelf aanwezig was, maar vertegenwoordigd werd door haar gemachtigde, mr. D.A.N. Bartels. De verweerder, de heffingsambtenaar van de gemeente, was niet verschenen. De rechtbank oordeelt dat eiseres het griffierecht niet op tijd heeft betaald, wat leidt tot de niet-ontvankelijkheid van het beroep. Eiseres had een beroep gedaan op betalingsonmacht, maar de rechtbank oordeelt dat de onderbouwing hiervan onvoldoende was. De griffierechtnota was op naam van de B.V. van de gemachtigde gesteld, wat volgens de rechtbank correct was, aangezien de correspondentie via de gemachtigde liep. Eiseres had slechts een deel van het griffierecht betaald en de rechtbank concludeert dat er geen geldige reden was voor het niet tijdig betalen van het volledige bedrag.
Daarnaast heeft eiseres verzocht om een schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn. De rechtbank verwijst naar de regels van de Hoge Raad en concludeert dat er geen sprake is van overschrijding van de redelijke termijn, aangezien de termijn voor de uitspraak binnen de gestelde grenzen is gebleven. Het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen. De rechtbank besluit het beroep niet-ontvankelijk te verklaren, wat betekent dat de inhoudelijke behandeling van de zaak niet plaatsvindt.