Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 13 oktober 2023 in de zaak tussen
[eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres
Inleiding
Beoordelingskader
Beoordeling door de rechtbank
Inhoudelijk
Conclusie en gevolgen
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 13 oktober 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. R.J. Ouderdorp, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv), vertegenwoordigd door R.M.H. Rokebrand. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen de weigering van het Uwv om haar per 22 februari 2021 en 26 maart 2021 een Ziektewet (ZW) uitkering toe te kennen. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen hoorzitting heeft plaatsgevonden tijdens de bezwaarfase, wat in strijd is met de wet. Hoewel het Uwv heeft erkend dat dit een gebrek is, heeft de rechtbank geoordeeld dat eiseres niet benadeeld is door het ontbreken van de hoorzitting, omdat zij voldoende gelegenheid heeft gehad om haar standpunten in beroep naar voren te brengen.
De rechtbank heeft verder beoordeeld of het Uwv de medische rapporten en informatie van de huisarts op zorgvuldige wijze heeft betrokken bij de besluitvorming. De rechtbank concludeert dat het Uwv de informatie van de huisarts niet kenbaar heeft meegenomen in de beoordeling, wat leidt tot de conclusie dat het bestreden besluit onzorgvuldig tot stand is gekomen. De rechtbank heeft het beroep van eiseres gegrond verklaard, het besluit van het Uwv vernietigd, maar de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand gelaten. Dit betekent dat eiseres geen ZW-uitkering ontvangt voor de genoemde data, maar het Uwv is wel veroordeeld tot het vergoeden van het griffierecht en de proceskosten van eiseres.