In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 1 mei 2024, is het beroep van Stichting Voortgezet Onderwijs De Vechtstreek gegrond verklaard. De eiseres had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Stichtse Vecht, maar het bestuursorgaan had niet tijdig beslist op dit bezwaar. De rechtbank oordeelt dat de eiseres eerst een ingebrekestelling had moeten sturen, wat zij op 13 juli 2023 deed. De rechtbank legt uit dat als een bestuursorgaan niet binnen de gestelde termijn beslist, het verplicht is een dwangsom te betalen. In dit geval is de dwangsom vastgesteld op € 1.442,-, te betalen voor de periode van 27 juli 2023 tot 7 september 2023. De rechtbank verplicht het bestuursorgaan om binnen twee weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen. Daarnaast moet het bestuursorgaan een dwangsom van € 100,- per dag betalen voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. De eiseres heeft recht op een vergoeding van de proceskosten, die is vastgesteld op € 218,75, en het griffierecht van € 365,- moet ook door het bestuursorgaan aan de eiseres worden betaald. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.