In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 1 augustus 2024, is het beroep van eiseres tegen de Belastingdienst/Toeslagen behandeld. Eiseres had op 8 mei 2023 een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag, maar de Belastingdienst had niet tijdig beslist. Eiseres stelde dat het bestuursorgaan in gebreke was en ging te vroeg in beroep, aangezien de termijn van twee weken na de ingebrekestelling nog niet was verstreken. De rechtbank oordeelde echter dat het beroep toch ontvankelijk was, omdat de termijn inmiddels was verstreken en er nog steeds geen besluit was genomen door de Belastingdienst.
De rechtbank verklaarde het beroep gegrond en droeg de Belastingdienst op om alsnog binnen twee weken na de uitspraak een besluit te nemen. Tevens werd er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn werd overschreden, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank bepaalde ook dat het door eiseres betaalde griffierecht van € 51,- vergoed moest worden. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun recht om in verzet te gaan tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.