ECLI:NL:RBMNE:2024:5068
Rechtbank Midden-Nederland
- Verstek
- Rechtspraak.nl
Ambtshalve toetsing van consumentenbeschermende bepalingen in verstek
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 21 augustus 2024 een verstekvonnis gewezen in een civiele procedure tussen [eiseres] B.V. en [gedaagde], die niet verschenen was. De eisende partij vorderde een betaling van de gedaagde partij, gebaseerd op een veronderstelde overeenkomst. De kantonrechter heeft ambtshalve de consumentenbeschermende bepalingen in acht genomen en vastgesteld dat er geen bewijs was van een overeenkomst tussen partijen die een betalingsverplichting voor de gedaagde zou rechtvaardigen. De eisende partij had niet voldaan aan de informatieplicht met betrekking tot het herroepingsrecht, wat ook een reden was om de vordering af te wijzen. De kantonrechter benadrukte dat de eisende partij alle benodigde informatie bij de dagvaarding had moeten voegen, wat niet was gebeurd. Hierdoor kon niet worden vastgesteld dat er een overeenkomst tot stand was gekomen, en de vordering werd afgewezen. De kantonrechter veroordeelde de eisende partij in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagde partij op nihil werden vastgesteld.